Ondernemer heeft voldaan aan terugbetalingsverplichting in zelfde vorm

De Geschillencommissie




Commissie: Thuiswinkel    Categorie: Betaling    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 200441/211571

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument kocht goederen van de ondernemer via cadeaubonnen van de ondernemer. Deze cadeaubonnen heeft de consument elders gekocht met andere cadeaubonnen. Vervolgens heeft de consument de goederen teruggestuurd, omdat deze niet aan haar verwachtingen voldeden. De consument klaagt erover dat de ondernemer haar heeft terugbetaald in de vorm van tegoed op haar winkelaccount (cadeaubonnen van de ondernemer). De consument verlangt terugbetaling in de originele externe cadeaubon. De commissie oordeelt dat de ondernemer heeft voldaan aan de terugbetaalverplichting met hetzelfde betalingsmiddel als waarmee betaald is. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Thuiswinkel (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 10 juli 2023 te Den Haag, via een beeld- en geluidverbinding met het programma Zoom.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

De consument heeft ter zitting het standpunt toegelicht. Door de ondernemer is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid ter zitting het standpunt toe te lichten.

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft terugbetaling in hetzelfde betaalmiddel.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument had vijf [naam-]cadeaukaarten van elk € 50,– van haar werkgever ontvangen. Op 21 december 2022 heeft de consument op de website van de ondernemer goederen ad € 263,60 besteld. De consument heeft de vijf [naam-]cadeaukaarten ter waarde van € 250,– verzilverd en het resterende bedrag ad € 13,60 voldaan via iDeal. De consument heeft de goederen ontvangen. De consument heeft deze retour gestuurd, omdat deze niet voldeden aan haar verwachtingen.

De algemene voorwaarden (hierna: AV) zijn de consument niet ter hand gesteld voor of tijdens het sluiten van de overeenkomst c.q. voordat zij kon overgaan tot betaling van haar bestelling bij de ondernemer.

De ondernemer heeft de consument geen redelijke mogelijkheid geboden van de AV kennis te nemen en heeft niet aan zijn informatieplicht voldaan ex artikel 6:234 BW, zodat de AV niet van toepassing zijn.

Door de ontbinding van de overeenkomst is de ondernemer gehouden tot terugbetaling van het aankoopbedrag van € 263,60. De consument heeft daarvan een bedrag van € 250,– als shoptegoed op de website van de ondernemer ontvangen. De ondernemer heeft dit bedrag aan shoptegoed aan haar account op de website van de ondernemer toegevoegd en € 13,60 teruggestort op haar rekening.

De consument is het er niet mee eens dat € 250,– is toegevoegd aan haar account bij de ondernemer. Dit betekent dat zij verplicht is om dit bedrag bij de ondernemer uit te geven als zijnde shoptegoed ten behoeve van toekomstige aankopen. Deze handelwijze vormt een ongeoorloofde klantenbinding en is in strijd met geldende consumentenwetgeving en artikel 6:230r lid 2 BW. Het is immers niet hetzelfde betaalmiddel als de [naam-]cadeaukaarten, die zij bij diverse winkeliers kan besteden, anders dan enkel bij de ondernemer. Gelet op dit artikel moet de consument vijf [naam-]cadeaukaarten à € 50,– ontvangen, in plaats van € 250,– shoptegoed op haar account.

De consument verlangt terugbetaling van € 250,– in [naam-]cadeaukaarten of in contanten van de ondernemer.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft de bestelling niet betaald met [naam-]cadeaukaarten, maar met € 250,– aan cadeautegoed van de ondernemer en € 13,60 via iDeal. Na retournering van de goederen is het aankoopbedrag teruggestort in hetzelfde betaalmiddel dat gebruikt was om de bestelling te betalen, als cadeautegoed van de ondernemer ad € 250,– en € 13,60 naar de bankrekening van de consument. Sprake is van twee verschillende transacties. De eerste vond plaats bij [de cadeaukaartverstrekker], waar [naam-]cadeaukaarten omgeruild werden naar cadeaubonnen van de ondernemer, buiten de ondernemer om. De tweede is bij de ondernemer gedaan, waarbij met cadeautegoed van de ondernemer kleding is besteld.

Het is in de webshop van de ondernemer niet mogelijk om [naam-]cadeaukaarten te gebruiken, dat kan alleen met cadeaubonnen van de ondernemer. De [naam-]cadeaukaarten moesten daarom omgewisseld worden naar cadeaubonnen van de ondernemer op de website van [de cadeaukaartverstrekker]. [De cadeaukaartverstrekker] geeft zelf ook op haar website aan dat [naam-]cadeaukaarten niet gebruikt kunnen worden bij de ondernemer en omgewisseld moeten worden om vervolgens bij de ondernemer te winkelen met een nieuwe cadeaucode en dat dit onomkeerbaar is.

Nu [naam-]cadeaubonnen bij de ondernemer niet gebruikt kunnen worden is het ook niet mogelijk om een terugbetaling te doen in [naam-]cadeaubonnen. Dit staat ook in de bevestigingsmail van de bestelling.
De ondernemer heeft hiermee gehandeld volgens de wet en de AV.

Verzocht wordt de klacht ongegrond te verklaren.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de onbetwiste inhoud van de producties, staat tussen partijen het volgende vast.

De consument was in het bezit van € 250,– aan [naam-]cadeaukaarten. Zij heeft die [naam-]cadeaukaarten van € 250,– op de website van de [de cadeaukaartverstrekker] met een digitale cadeaucode omgewisseld naar cadeaubonnen c.q. tegoed van de ondernemer van € 250,–. De consument heeft vervolgens een bestelling van goederen op de website van de ondernemer gedaan ad € 263,50. Zij heeft dit gedaan met gebruikmaking van het cadeautegoed van de ondernemer van € 250,– en met een betaling van € 13,60 via iDeal. De overeenkomst is ontbonden en de consument heeft de goederen geretourneerd. De ondernemer heeft € 250,– aan cadeautegoed van de ondernemer aan het account van de consument bij de ondernemer toegevoegd en € 13,60 via iDeal op de bankrekening van de consument overgemaakt.

Artikel 6:230r BW bepaalt, voor zover hier van belang:
1. De handelaar vergoedt na ontbinding van de overeenkomst overeenkomstig artikel 230o (…) alle van de consument ontvangen betalingen, met inbegrip van de leveringskosten.
2. De handelaar komt de in lid 1 bedoelde verbintenis na, met gebruikmaking van hetzelfde betaalmiddel als door de consument is gebruikt ter voldoening van de voor de ontbinding op de consument rustende verbintenissen (…).”

Uit hetgeen hiervoor is weergegeven blijkt dat de consument de bestelling bij de ondernemer niet met [naam-]cadeaukaarten heeft betaald, maar met cadeautegoed van de ondernemer ad € 250,– en een betaling van € 13,60 via iDeal. De ondernemer heeft de consument overeenkomstig terugbetaald, nu hij € 250,– aan cadeautegoed van de ondernemer aan het account van de consument heeft toegevoegd en €13,60 via iDeal op haar bankrekening heeft overgemaakt. Hiermee heeft de ondernemer het aankoopbedrag terugbetaald met hetzelfde betaalmiddel dat gebruikt was om de bestelling te betalen. De commissie gaat ervan uit dat de consument gelet op de door haar verrichte handelingen – het op de website van [de cadeaukaartverstrekker] met een digitale code omwisselen van de [naam-]cadeaukaarten in cadeautegoed bij de ondernemer alvorens bij de ondernemer te bestellen – ervan op de hoogte was dat zij niet met [naam-]cadeaukaarten op de website van de ondernemer kon betalen.

Conclusie is dat door de ondernemer is voldaan aan de terugbetalingsverplichting in hetzelfde betaalmiddel als bedoeld in voormeld wetsartikel. Reeds gelet hierop faalt de klacht.

De consument heeft (in reactie op het verweer van de ondernemer) nog aangevoerd dat het op de weg van de ondernemer ligt om met hetzelfde betaalmiddel van de oorspronkelijke transactie, zijnde de [naam-]cadeaukaarten de restitutie te verzorgen. Voor een dergelijke zorgplicht bestaat echter geen grondslag.

Verder heeft de consument nog aangevoerd dat het voor rekening en risico van de ondernemer moet komen dat hij geen betaling met [naam-]cadeaukaarten accepteert en dit niet ten nadele van een consument mag komen. Zij meent dat door de handelwijze van de ondernemer sprake is van een ongeoorloofde klantenbinding waarbij de consument verplicht wordt om [naam-]cadeaukaarten die bij meerdere aanbieders verzilverd kunnen worden, enkel bij de ondernemer te mogen besteden. Het behoort echter tot de beleidsvrijheid van de ondernemer om te bepalen of hij zich als bedrijf aansluit bij het [naam-]cadeaukaartensysteem, terwijl het de eigen keuze van de consument was om deze [naam-]cadeaukaarten om te wisselen naar en te gebruiken als cadeautegoed bij de ondernemer en niet bij een ander bedrijf.

Al hetgeen de consument verder heeft aangevoerd stuit op het voorgaande af.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Thuiswinkel, bestaande uit mevrouw mr. I.K. Rapmund, voorzitter, de heer W.H.X. Amian, de heer mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden, op 10 juli 2023.