65-jarige consument wil bij verlenging abonnement automatisch lager tarief

De Geschillencommissie




Commissie: Openbaar Vervoer    Categorie: Prijs    Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 10027/17503

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument vindt dat bij het verlengen van een abonnement de ondernemer geen rekening heeft gehouden met het feit dat de consument 65 jaar is geworden en recht heeft op een lager tarief. De consument vindt het de verantwoordelijkheid van de ondernemer om hier op te letten. De ondernemer vindt dat de consument zelf verantwoordelijk is voor zijn abonnementskeuze, want de klant moet zelf opdracht geven voor verlenging van het abonnement. De ondernemer heeft de consument een brief gestuurd met daarin instructies hoe het abonnement verlengd kon worden. De consument heeft zijn abonnement niet gewijzigd en verlengd voor een jaar tegen het reguliere tarief. De commissie oordeelt dat de consument zelf verlenging heeft aangevraagd en daarvoor verantwoordelijk is. De ondernemer heeft aangegeven welk proces de consument moest doorlopen en hoe de abonnementsgegevens gewijzigd konden worden. De ondernemer hoeft niet achteraf het aangevraagde product te corrigeren. De klacht is ongegrond.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan ondernemer.

Het geschil betreft het verlengen van een jaarabonnement.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Bij het verlengen van een jaarabonnement vanaf 1 september 2018 heeft de ondernemer geen rekening gehouden met het feit dat de consument eerder de 65-jarige leeftijd heeft bereikt en dus ‘recht’ zou hebben op een gereduceerd tarief. De ondernemer stelt dat het de eigen verantwoordelijkheid is geweest van de consument om hierop te letten en de consument erkent dat tot op zekere hoogte maar is van mening dat bij het ooit verstrekken van zijn geboortedatum aan de ondernemer zijn administratie zo ingericht had kunnen zijn dat met ingang van de datum waarop het gereduceerde tarief van toepassing zou zijn, dit ook daadwerkelijk zou plaatsvinden. Mede gelet op de toenemende geautomatiseerde processen is dit de verantwoordelijkheid van de ondernemer.

Standpunt van ondernemer
Voor het standpunt van ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument had een jaarabonnement bij de ondernemer dat door hem per 1 september 2018 is verlengd tot 1 september 2019. In augustus 2019 heeft de consument contact opgenomen met de ondernemer met het verzoek tot terugbetaling van het verschil tussen het reguliere abonnementstarief en het gereduceerde abonnementstarief vanaf de dag dat hij de leeftijd van 65 jaren heeft bereikt, te weten 23 juni 2018. De ondernemer meent dat de consument zelf verantwoordelijk is voor zijn abonnementskeuze en heeft het verzoek om terugbetaling afgewezen. Verlenging van een jaarabonnement geschiedt niet automatisch, de klant dient daartoe opdracht te geven. Op 30 juli 2018 heeft de ondernemer de consument een brief gestuurd met instructies hoe het abonnement verlengd kon worden en op 10 augustus 2018 heeft de consument dat gedaan. Hierbij heeft hij zijn abonnement niet gewijzigd en is het abonnement voor een jaar verlengd tegen het reguliere tarief.

Dat de consument er een jaar later achter komt dat hij beter een abonnement had kunnen kiezen tegen het gereduceerde tarief kan niet tot gevolg hebben dat de ondernemer dan maar het verschil tussen het reguliere en het gereduceerde tarief vergoedt.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De consument heeft zelf de verlenging aangevraagd en mag verantwoordelijk gehouden worden voor de gevolgen daarvan. Door de ondernemer is aangegeven welk proces de consument daarin doorloopt en een van de stappen is dat de abonnementgegevens gecontroleerd moeten worden en zo nodig gewijzigd. De consument had in dit stadium zelf actie moeten ondernemen. De ondernemer heeft aangegeven dat de geboortedatum wordt opgevraagd om verschillende redenen maar niet om tussentijds een gereduceerd tarief te controleren.

De ondernemer heeft voorts gesteld dat zijn administratie niet zo is ingericht dat automatisch de leeftijd van 65 jaar wordt aangegeven. Een dergelijke verplichting kan ook niet aan genomen worden. Onweersproken is voorts gesteld dat geen toezegging is gedaan dat leeftijdskorting automatisch zou worden toegepast. De ondernemer kan daarom niet gehouden worden zelfstandig – achteraf – een correctie aan te brengen op een door de consument aangevraagd product.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Openbaar Vervoer, bestaande uit de heer mr. J.M.J. Godrie, voorzitter, de heer mr. D. van Setten, de heer mr. M.A. Keulen, leden, op 19 februari 2020.