Afgeleverd bed voldoet volgens consument niet aan verwachtingen

De Geschillencommissie




Commissie: Wonen    Categorie: (non)conformiteit / Deskundigenonderzoek / Schadevergoeding product/dienst    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 98387/103166

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Nadat de motor en het frame spontaan zijn afgebroken toen de consument in het bed lag en de rugleuning omhoog wilde doen, heeft de consument de klacht aan de ondernemer voorgelegd. Het bed is nog als nieuw, maar de ondernemer zei niets te kunnen doen en dat fabrikant failliet is. De consument dacht een goed en deugdelijk product te hebben gekocht waar hij zeker 10 jaar plezier van zou hebben. De ondernemer is, volgens de consument, verplicht om het bed te repareren of te vervangen en anders het geld terug te betalen. De ondernemer is van mening dat de schade is ontstaan door te veel of onbedoelde druk van buitenaf en dat de schade niet meer te herstellen is. De schade valt niet onder garantie. Nu niet (voldoende) aannemelijk is dat het door de ondernemer afgeleverde bed niet aan de overeenkomst beantwoordt, concludeert de commissie dat de klacht ongegrond is.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit de op 22 september 2017 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst.
Daarbij heeft de ondernemer een elektrische boxspring met toebehoren (hierna: bed) aan de
consument verkocht tegen een betaalde koopprijs van € 3.500,–. De aflevering bij de consument heeft
plaatsgevonden op 25 november 2017.

Standpunt van de consument
Het ter zitting toegelichte standpunt van de consument luidt in hoofdlijn als volgt.
Nadat de motor en het frame spontaan zijn afgebroken toen de consument in het bed lag en de
rugleuning omhoog wilde doen, is de klacht op 7 april 2021 eerst aan de ondernemer voorgelegd.
Het bed is nog als nieuw, maar de (medewerker van de) ondernemer zei niets te kunnen doen en dat
fabrikant failliet is. Bij aankoop is evenwel gezegd dat dit bed minimaal 10 jaar zou meegaan. De
consument dacht een goed en deugdelijk product te hebben gekocht waar hij zeker 10 jaar plezier van
zou hebben. De ondernemer is verplicht om het bed te repareren of te vervangen en anders het geld
terug te betalen.

Nadat de ondernemer eerst aangaf te zullen bekijken of er iets geregeld kon worden, deed de
ondernemer een coulancevoorstel voor een nieuw onderstel dat men zelf al niet passend achtte
vanwege kleurverschil en bijpassendheid. Ook bood de ondernemer een nieuw bed van € 2.000,– aan
tegen bijbetaling door de consument van € 1.000,– tot € 1.500,–, wat voor de consument een groot
financieel probleem is.

Het elektrische bed is van groot belang voor de consument vanwege zijn incomplete dwarslaesie. Ook
zijn vrouw is chronisch ziek. De ondernemer lijkt niet te beseffen hoe urgent dit probleem voor de
consument en zijn vrouw is. De ondernemer maakt de consument boos en emotioneel door de
consument er van te beschuldigen moedwillig de motor en het frame afgebroken te hebben. De
ondernemer blijft maar zeggen dat dit alles niet spontaan kan gebeuren na 3,5 jaar en dat er bouten
zijn afgebroken. De ondernemer heeft echter een ondeugdelijk product verkocht en nu fabrikant niet
meer bestaat, wil de ondernemer de schade in de schoenen van de consument schuiven. Dit is
onacceptabel en zeer klantonvriendelijk.

De consument verlangt kort gezegd ontbinding van de koopovereenkomst.

Standpunt van de ondernemer
Het ter zitting toegelichte standpunt van de ondernemer luidt in hoofdlijn als volgt.
In januari 2018 heeft de consument een niet eerder gezien gaatje in de stof van een box gemeld en
die box is kosteloos omgeruild zonder de oorzaak te kennen. In september 2020 heeft de consument
gemeld dat de kous van hun topperkern was gescheurd en hoewel het discutabel was of het een
garantiekwestie was, heeft de ondernemer het kosteloos opgelost en ook hiervan de oorzaak in het
midden gelaten.

Toen in april 2021 deze klacht werd gemeld, is vastgesteld dat zowel de motor als het frame waren
afgebroken. Dat kan alleen ontstaan door te veel of onbedoelde druk van buitenaf en de schade is niet
meer te herstellen. De schade valt niet onder garantie. Dat de fabrikant inmiddels failliet is,
compliceert de kwestie bovendien nog eens: er is geen andere partij die een soortgelijk frame kan
leveren. De ondernemer heeft meermalen een coulante en passende oplossing gezocht, bijvoorbeeld
een laatstelijk nog gedaan aanbod om naast € 250,– een complete nieuwe motor van een andere
fabrikant te leveren. De consument staat echter niet open voor enige bijbetaling.

Deskundigenrapport
De deskundige heeft in het rapport in hoofdlijn het volgende vastgesteld.

Vaktechnisch oordeel: Het gebrek is, dat de motor en het frame bij een van de boxsprings is
afgebroken. Om hiervan de oorzaak vast te stellen is lastig. Consument lag in zijn bed om het
ruggedeelte van de boxspring te bedienen en op dat moment braken de motor en het frame af.
Opvallend is wel de stang, een onderdeel van het frame dat normaal recht moet zijn, maar dat was na
het euvel krom. Om een oorzaak in deze te bedenken is lastig, maar dat het er zo ernstig uitziet o.a.
een kromme stang en een deel van de motor afgebroken, kan naar de mening van de deskundige niet
vanzelf komen. Deskundige denkt aan evt. metaalmoeheid en door invloeden van buitenaf door
krachten.

Omvang van de klacht(en): Ernstig.

Technisch herstel of reparatie is niet mogelijk: De onderdelen van de motor en frame zijn niet meer
leverbaar aangezien de fabrikant failliet is.

Beoordeling van het geschil
De commissie overweegt als volgt.

De consument stelt terecht dat de ondernemer er voor moet instaan dat het bed aan de overeenkomst
beantwoordt en de eigenschappen bezit waarvan de consument de aanwezigheid niet behoefde te
betwijfelen. De consument klaagt dat de ondernemer een bed heeft afgeleverd dat gebrekkig is
gebleken.

Voor zover de consument zich er op beroept dat de (verkoper van de) ondernemer bij aankoop heeft
opgemerkt dat het bed met motor en frame zeker 10 jaren meegaan, houdt die opmerking nog geen
keiharde garantie in en heeft de consument dat zo ook niet mogen begrijpen.

Ook de ingeroepen gezondheidstoestand van de consument en/of zijn vrouw heeft op zichzelf geen
invloed op de eigenschappen die het bed voor een normaal en gangbaar gebruik hoort te hebben. Dat
komt in de relatie tussen partijen voor risico van de consument.

Dit geding spitst zich toe op de (kern)vraag of het afgeleverde bed met toebehoren de eigenschappen
bezit die voor een normaal gebruik nodig zijn en die een gemiddelde consumentkoper mocht
verwachten.

Blijkens zijn verklaringen ter zitting heeft de consument zijn vermoedens over de klachtoorzaak (ook)
aan de deskundige kenbaar gemaakt, maar desondanks rapporteert de deskundige geen
professionele waarnemingen of bevindingen waaruit (voldoende) volgt dat het afgeleverde bed niet de
eigenschappen bezit die voor een gangbaar gebruik nodig zijn en die een gemiddelde
consumentkoper mocht verwachten. Nu niet (voldoende) aannemelijk wordt dat het door de
ondernemer afgeleverde bed niet aan de overeenkomst beantwoordt, concludeert de commissie dat
de klacht ongegrond is. Wat partijen verder nog aanvoeren, kan hieraan niet afdoen en onbesproken
blijven.

Door de ondernemer gedane schikkingsvoorstellen zijn vervallen doordat de consument deze niet
tijdig heeft aanvaard. De ondernemer mag een vervallen aanbod alsnog gestand doen, maar is dat
niet (meer) verplicht. De commissie beslist als volgt.

Beslissing
De commissie wijst het door de consument verlangde af.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Wonen, bestaande uit mr. M.G.W.M. Stienissen, voorzitter,
J.E. Lübbers en dr. H.W.M. Joosten, leden, op 26 januari 2022.