Commissie: Wonen
Categorie: Non conformiteit
Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
177865/187180
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De consument heeft een bank aangeschaft bij de ondernemer. Het binnenwerk van de leuning van de bank is gebroken. De consument verlangt kosteloos herstel van de bank. De ondernemer heeft de klacht van de consument afgewezen, omdat er te veel druk op de leuning van de bank zou zijn uitgeoefend. Uit het deskundigenrapport blijkt dat de breuk niet door regulier gebruik van de bank kan ontstaan. De commissie oordeelt dat de bank voldoet aan hetgeen de consument ervan mocht verwachten. De ondernemer kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor onjuist gebruik van de bank door de consument. De klacht is dan ook ongegrond.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit de op 21 mei 2018 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. Daarbij heeft de ondernemer zich verbonden om een bank bij de consument af te leveren tegen een betaalde koopprijs van € 729,70.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdlijn als volgt.
Zoals sinds 25 maart 2022 bij de ondernemer bekend is, is het binnenwerk van de leuning van onze bank gebroken of los. De ondernemer beweert dat er op de leuning is gezeten, maar dat is niet zo en dat hebben zij op afstand ook niet kunnen vaststellen. Ze zijn niet komen kijken. Daarnaast zit er tien jaar garantie op de bank. De consument verlangt dat de ondernemer de leuning kosteloos komt maken.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdlijn als volgt.
Op de ingestuurde foto is duidelijk te zien dat er door invloeden van buitenaf druk is uitgeoefend op de leuning en de stof. Deze druk is zo dusdanig langdurig geweest dat de stof er zelfs naar is gaan ‘staan’. Daarom wijzen wij deze klacht af.
Deskundigenrapport
De deskundige heeft in het rapport in hoofdlijn het volgende geschreven.
Geef uw vaktechnisch oordeel over de klacht(en):
De bank is door deskundige ter plekke bij de consument thuis onderzocht. Deskundige heeft de bank opgemeten waarbij de stand van de armleuningen expliciet is geïnspecteerd. Ook heeft deskundige de linkerarm (voorstaand gezien) waar de klacht zich in bevindt, aan de onderzijde open gemaakt. Op deze wijze heeft deskundige in de arm gekeken en vast kunnen stellen wat de klacht veroorzaakt en waardoor deze is ontstaan.
Deskundige stelt vast dat de linkerarm scheef naar buiten staat ten opzichte van de rechte originele stand. De rechterarmleuning, waar geen klacht op is, staat volledig haaks ten opzichte van de horizontale zitting van de bank. Deze stand is de stand waarop de bank zowel links als rechts behoort te zijn. Zonder twijfel is de bank ook links en rechts met een volledig haakse stand ten opzichte van de horizontale delen van de bank afgeleverd. Zou dat anders zijn geweest was dat ongetwijfeld direct bij aflevering opgevallen en zou dat tot herstel bij levering hebben geleid.
In de armleuning heeft deskundige vastgesteld dat de bovenzijde van deze armleuning, bestaand uit spaanderplaat, is afgebroken. Op circa 30 cm van de achterzijde van de bank is een volledige breuk ontstaan die er toe heeft geleid dat het achterste deel van deze bovenkant volledig is verdwenen in de armleuning. De door deskundige waargenomen breuk is ontstaan door een stevige kracht van buiten, die op de bank is uitgeoefend. Aan de buitenzijde van de armleuning is waarneembaar dat er een deuk in de arm zit ter plekke van de afgebroken spaanplaat in de arm.
Deze zaken in ogenschouw genomen, is het vakinhoudelijk oordeel van deskundige dat de klacht (het afbreken van de bovenzijde van de armleuning) niet door regulier gebruik kan zijn ontstaan. De breuk is ontegenzeggelijk ontstaan door een uitgeoefende kracht van buitenaf tegen en/of op de armleuning. Omdat de breuk is ontstaan aan het eind van de armleuning, tegen de rug aan, zou de kracht kunnen zijn uitgeoefend door bij het liggen op de bank met een voet tegen deze armleuning te hebben aangedrukt. Ook een andere kracht, bijvoorbeeld het met stevig kracht op de arm druk uitoefenen, kan een dergelijke breuk hebben doen ontstaan. Het opvallend schuin naar buiten staan van deze armleuning ondersteunt dit vakinhoudelijk oordeel van deskundige. De constructie van de bank is regulair en zo dat van een bank in deze prijsklasse en segment is te verwachten. Een dergelijke breuk zal bij regulier gebruik (het zitten op de bank) nooit kunnen ontstaan.
De omvang van de klacht(en):
Opvallend.
Is herstel of reparatie technisch mogelijk?
Ja. De arm van de bekleding ontdoen en de arm aan de bovenzijde voorzien van een nieuwe spaanplaat afdekking. Daarna de arm regulier afwerken en terugplaatsen tegen de bank.
Beoordeling van het geschil
De commissie overweegt als volgt.
De consument klaagt in de kern dat de ondernemer tekort is geschoten door aflevering van een gebrekkige bank en niet-nakoming van de daarop verleende garantie.
Ongeacht of partijen de beweerde tienjarige contractuele garantie zijn overeengekomen, moet de ondernemer er op basis van de wet voor instaan dat de afgeleverde bank aan de overeenkomst beantwoordt, dus de eigenschappen bezit die de consument op grond van de koopovereenkomst heeft mogen verwachten. Een dergelijke contractuele garantie en die wettelijke conformiteitseis beschermen geen van beiden tegen afwijkingen die door verkeerd of onjuist gebruik zijn ontstaan. Verkeerd of onjuist gebruik komt in de relatie tussen partijen voor risico van de consument.
Volgens de deskundige kan de klacht niet door regulier gebruik zijn ontstaan, maar is deze veroorzaakt door een daarop uitgeoefende externe kracht. Mede gelet op het tijdsverloop tussen de aflevering van de bank in 2018 en de klachtmelding in 2022 staat op grond hiervan voor de commissie vast dat de klacht door verkeerd of onjuist gebruik is veroorzaakt. De commissie ziet dit ook bevestigd in de door de deskundige gerapporteerde vaststelling dat de (constructie van de) bank voldoet aan wat daarvan in deze prijsklasse en dit segment mag worden verwacht.
Nu de consument de ondernemer niet voor verkeerd of onjuist gebruik verantwoordelijk mag houden, concludeert de commissie dat de klacht ongegrond is. Wat partijen verder nog aanvoeren, bevat geen feiten die de commissie anders kunnen doen beslissen. De commissie beslist als volgt.
Beslissing
De commissie wijst het door de consument verlangde af.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Wonen, bestaande uit mr. M.G.W.M. Stienissen, voorzitter, B. Keijzer en mr. E.J.P.J.M. Kneepkens, leden, op 15 december 2022.