Bedrag factuur werkzaamheden badkamer vele malen hoger dan de offerte

De Geschillencommissie




Commissie: Installerende bedrijven    Categorie: Kosten / Onjuiste voorstelling van zaken    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 179017/185012

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Het geschil vloeit voort uit een offerte waarbij werkzaamheden in de badkamer van de consument zijn aangeboden voor € 1675,–. De consument heeft uiteindelijk een factuur ontvangen van € 4238,36. De consument stelt dat zij een factuur heeft ontvangen en een bedrag moest betalen dat vele malen hoger is dan de offerte. Volgens de consument valt uit de omschrijving af te leiden dat alles is inbegrepen. Nu blijkt op de factuur dat er € 4238,36 betaald moet worden omdat alle werkuren extra worden gerekend. Daar is de consument het niet mee eens. De ondernemer geeft aan dat er in de offerte staat beschreven dat de werkzaamheden mee of tegen kunnen vallen. Omdat de werkzaamheden tegen vielen (het was zeer nat achter en onder de douche) zijn ze 21 uur met een eerste monteur en 21 uur met een hulpmonteur bezig geweest. De commissie is van oordeel dat, gelet op de omschrijving op de offerte waarbij uitdrukkelijk wordt verwezen naar mogelijke extra kosten, de consument er niet zonder meer van mocht uitgaan dat voor het op de offerte vermelde bedrag de hele aangenomen en afgesproken werkzaamheden verricht zouden worden. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een offerte waarbij werkzaamheden in de badkamer van de consument zijn
aangeboden voor € 1675,–. De consument heeft uiteindelijk een factuur ontvangen van € 4238,36.
De consument heeft een bedrag van € 2563,36 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken.
De consument stelt dat zij een factuur heeft ontvangen en een bedrag moest betalen dat vele malen hoger
is dan de offerte. Volgens de offerte zou zij namelijk € 1675,– moeten betalen voor de werkzaamheden. Op
de offerte staat als omschrijving: “Levering en werkzaamheden. Verwijderen van douchebak en
douchescherm, acrylplaat plaatsen. Leveren en monteren van douchebak en douchescherm.”

Volgens de consument valt uit die omschrijving af te leiden dat alles is inbegrepen. Nu blijkt op de factuur
dat er € 4238,36 betaald moet worden omdat alle werkuren extra worden gerekend. Daar is de consument
het niet mee eens.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken.
Het houdt in dat de offerte zoals deze is gestuurd aan de consument uit een bedrag bestaat van € 1675,–
inclusief BTW voor de levering van de materialen. Tevens staat in de offerte dat de uren op basis van
nacalculatie worden verrekend en verder dat de verwachting is dat twee monteurs twee dagen (dus 16 uur
eerste monteur en 16 uur hulpmonteur) bezig zullen zijn.

Omdat de werkzaamheden tegen vielen (het was zeer nat achter en onder de douche) is er 21 uur met een
eerste monteur en 21 uur met een hulpmonteur bezig geweest.

Ook staat er in de offerte dat het kan zijn dat de werkzaamheden mee of tegen kunnen vallen. Dit omdat
het een oud pand is en omdat we van tevoren niet door de douchebak en wandtegels kunnen kijken. Je ziet
de onderliggende situatie pas als alles gesloopt is. De consument was dus op de hoogte van de
arbeidskosten, en het feit dat deze mee of tegen zouden kunnen vallen. De consument stelt ten onrechte
dat het bedrag van € 1675,– inclusief BTW de totaalprijs is voor de levering van de materialen en voor het
monteren hiervan.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De offerte houdt in als omschrijving van leveringen en werkzaamheden:
“Het verwijderen van de douchebak en het douchescherm. Tegen de wanden in de douchehoek renovatie
platen plaatsen. Acrylaat-Plexiglas wandpaneel, dikte 4mm. Leveren en monteren van
een nieuwe douchebak. Inclusief bijbehorende sifon, aangesloten op de bestaande afvoer. Op de
douchebak een nieuwe douchewand monteren.

Bovengenoemde levering voor de totaalprijs van € 1.675,– inclusief BTW.
Bovengenoemde werkzaamheden op basis van nacalculatie, ik verwacht twee dagen werk te hebben met
twee monteurs, het ploeguurtarief bedraagt op het moment € 122,09 inclusief BTW. De werkzaamheden
kunnen mee- of tegenvallen en dus langer of korter duren.

Een en ander exclusief:
Werkzaamheden, anders dan hierboven omschreven. Alle in deze aanbieding genoemde prijzen zijn strikt
netto en vast tot en met één maand na datum van deze offerte.

Wijzigingen van in deze aanbieding vermelde hoeveelheden en uitvoeringen, alsmede veranderingen van
loonkosten, grondstofprijzen en overheidsheffingen, geven ons het recht onze prijzen dienovereenkomstig
aan te passen”.

Gelet op de omschrijving op de offerte waarbij uitdrukkelijk wordt verwezen naar mogelijke extra kosten,
mocht de consument er niet zonder meer van uitgaan dat voor het op de offerte vermelde bedrag de hele
aangenomen en afgesproken werkzaamheden verricht zouden worden. De ondernemer heeft in zijn offerte
een onderscheid willen aanbrengen tussen de levering van materialen (die al kon worden gecalculeerd) en
de arbeidskosten (de tevoren niet exact konden worden berekend). Daarbij overweegt de commissie dat –
als de tekst voor de consument niet duidelijk was geweest of twijfel had opgeroepen – de consument door
niet nader te informeren het risico heeft genomen (uiteindelijk) met een hogere prijs te worden
geconfronteerd. Dit temeer nu naar het inzicht van de commissie de door de consument begrepen prijs wel
erg laag was.

Redelijkheid en billijkheid gebiedt dat beide partijen zich moeten inspannen om vast te stellen dat er
wilsovereenstemming bestaat. Ter zitting bleek dat de ondernemer meende daar geen twijfel over te
hoeven hebben.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Met inachtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend. Het zal worden
overgemaakt aan de ondernemer.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven, bestaande uit mevrouw mr. E. van Die,
voorzitter, de heer drs. H.H.F.M. van den Oever, mevrouw mr. M.J. Boon, leden, op 9 december 2022.
mevrouw mr. E. van Die