Beleid betalingsregeling onvoldoende gecommuniceerd

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Energie    Categorie: Verkorte procedures    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: ENE09-1257

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een door de consument gewenste afbetalingsregeling voor de jaarnota van de ondernemer van 20 april 2009 (betreffende de periode 13 maart 2008 tot 16 maart 2009 voor de levering van gas en elektriciteit) ten bedrage van in totaal € 921,91.
 
De consument heeft op 13 mei 2009 de ondernemer schriftelijk verzocht in te stemmen met een door haar gewenste afbetalingsregeling.
 
Standpunt van de consument
 
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
 
Ik heb de ondernemer verzocht om het openstaande bedrag van € 921,91 in zeven termijnen te betalen. De ondernemer heeft mijn verzoek om een afbetalingsregeling afgewezen. Ik ben niet in staat om het bedrag in één keer te betalen. Ik leef van een uitkering met mijn drie kinderen. Daarnaast heb ik gezondheidsproblemen en ben ik de Nederlandse taal niet goed machtig. Ik ben in staat om € 150,– per maand af te lossen.
 
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
 
Vanwege het feit dat ik met mijn kinderen van een lage uitkering moet rondkomen ben ik niet in staat om het bedrag ineens te betalen. Ik ben niet bekend met de door de ondernemer aangegeven voorwaarde dat ik vanwege het feit dat ik vorig jaar mijn termijnbedrag heb laten verlagen niet in aanmerking kom voor een afbetalingsregeling. Als dat al in het telefoongesprek met mij door de ondernemer is gezegd dan heb ik dat niet begrepen. Mijn Nederlands is namelijk niet goed. Ik ben nooit schriftelijk gewaarschuwd dan wel op de hoogte gesteld door de ondernemer van de door hem gestelde voorwaarden voor het verkrijgen van een afbetalingsregeling. De door mij aan de ondernemer verstuurde brieven zijn opgesteld door mijn dochter, die de Nederlandse taal wel goed beheerst.
 
De consument verlangt een afbetalingsregeling voor het openstaande bedrag van € 921,91 en wel in termijnen van € 150,– per maand.
 
Standpunt van de ondernemer
 
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
 
Er is geen betalingsregeling toegestaan over de jaarnota van € 921,91 omdat het termijnbedrag vorig jaar (in 2008) op eigen verzoek van de consument is verlaagd. Dat is telefonisch gebeurd op 21 april 2008. Daarbij is nadrukkelijk van de zijde van de ondernemer aan de consument medegedeeld dat er dan geen betalingsregeling mogelijk is op de nieuwe jaarnota. De ondernemer heeft een éénduidig beleid met betrekking tot het treffen van betalingsregelingen. Om een betalingsregeling over een jaarnota te verkrijgen dient aan de navolgende voorwaarden te worden voldaan:
 
·    Alle termijnnota’s moeten betaald zijn;
·    Er staan geen geschatte meterstanden op de afrekening;
·    Het termijnbedrag is het afgelopen jaar niet op verzoek verlaagd;
·    Er is geen brief ontvangen van een incassobureau/deurwaarder en er zijn nog geen incassokosten in rekening gebracht.
 
De consument voldoet niet aan de voorwaarden en komt derhalve niet in aanmerking voor een betalingsregeling. Daarvoor is zij expliciet gewaarschuwd en het gebrek aan taalvaardigheid, hetgeen niet blijkt uit de correspondentie, kan thans niet het argument zijn om alsnog een betalingsregeling af te dwingen. Eén en ander komt voor rekening en risico van de consument.
 
De consument dient derhalve de jaarnota integraal en zo spoedig mogelijk te voldoen omdat de vervaldatum reeds ruimschoots is verstreken.
 
Beoordeling van het geschil
 
De commissie heeft het volgende overwogen.
 
De ondernemer hanteert een volgens hem éénduidig beleid ten aanzien van betalingsregelingen. Evenwel is niet dan wel onvoldoende gebleken en aannemelijk geworden dat de consument van dat beleid goed op de hoogte is gesteld. Het beleid is niet neergelegd in de toepasselijke algemene voorwaarden, is niet nader tussen partijen overeengekomen in de tussen hen gesloten overeenkomst en is ook anderszins niet schriftelijk aan de consument medegedeeld. Over de inhoud van het telefoongesprek van 21 april 2008 waarnaar de ondernemer verwijst zijn partijen het niet eens, althans het is de consument in dat gesprek klaarblijkelijk niet duidelijk geworden dat zij door de toentertijd gemaakte afspraak over een verlaging van het termijnbedrag naderhand geen betalingsregeling meer met de ondernemer zou kunnen treffen. Bij gebreke van het daadwerkelijk kunnen vaststellen van deze tussen partijen gemaakte afspraak, waarop de ondernemer zich beroept en waarvan de ondernemer dan ook de bewijslast (en het bewijsrisico) draagt, gaat de commissie voorbij aan die stelling van de ondernemer. Het risico dat één en ander niet (goed) met de consument is gecommuniceerd komt derhalve voor rekening en risico van de ondernemer. Daar komt bij dat de commissie ter zitting heeft bemerkt dat de consument de Nederlandse taal inderdaad niet goed machtig is en dat het de dochter van de consument is die de schriftelijke correspondentie namens de consument met de ondernemer heeft gevoerd/opgesteld. Onder dit gesternte acht de commissie de klacht van de consument gegrond zodat zij wel aanspraak kan maken op een met de ondernemer overeen te komen afbetalingsregeling. Mede gelet op de zeer beperkte financiële armslag van de consument acht de commissie de door de consument voorgestelde afbetalingsregeling voor een bedrag van € 150,– per maand alleszins redelijk. De commissie komt dan ook tot het oordeel dat met ingang van 15 augustus 2009 de ondernemer met de consument een afbetalingsregeling dient overeen te komen waarbij voor de consument voor het openstaande bedrag van € 921,91 een afbetalingsregeling zal gelden van € 150,– per maand.
 
Derhalve wordt als volgt beslist.
 
Beslissing
 
De klacht is gegrond.
 
De ondernemer zal met de consument een betalingsregeling overeenkomen ter zake de jaarnota van 20 april 2009 ten bedrage van € 921,91, waarbij de consument met ingang van 15 augustus 2009 maandelijks een bedrag van € 150,– zal afbetalen.
 
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 25,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
 
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 25,–.
 
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie en Water op 15 juli 2009.