
Commissie: Reizen
Categorie: Accommodatie
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
51346
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 1 juni 2010 met de reisorganisator totstandgekomen overeenkomst. De reisorganisator heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een vliegreis voor vier personen naar Rhodos in Griekenland met verblijf in een hotel basis van all inclusive, voor de periode van 3 t/m 17 augustus 2010 voor de som van € 5.511,50. Klager heeft op 23 augustus 2010 de klacht voorgelegd aan de reisorganisator. Standpunt van klager Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt. In de brochure staat vermeld dat er in het hotel drie à la carte restaurants (Mexicaans, Aziatisch en Italiaans) aanwezig zijn in het hotel. Dat was de reden dat we voor deze reis hebben gekozen. Er bleken geen à la carte restaurants aanwezig te zijn. Dat was al geruime tijd de situatie in het hotel. Er is dus duidelijk een fout gemaakt in de publicatie van de reisorganisator. Daarvan zijn wij de dupe geworden. Wij stellen de aanwezigheid van à la carte restaurants als voorwaarde, omdat we niet in een buffetrestaurant willen eten. We hebben het gekochte product niet geleverd gekregen. Onze dure vakantie is een teleurstelling geworden. Als het aan ons gelegen had waren we terug gekeerd, maar we zaten muurvast zonder tickets. Tijdens onze aanwezigheid was het Griekse à la carte restaurant niet geopend. De bewering van de reisorganisator dat dit geopend was, is niet juist. De betreffende locatie was overdag open tussen 12.00 en 17.00 uur voor het kopen van snacks De commissie verwijst kortheidshalve naar de brief van klager aan de reisorganisator d.d. 23 augustus 2010. De inhoud hiervan moet als hier ingevoegd worden beschouwd. Klager verzoekt de commissie in redelijkheid en billijkheid een vergoeding vast te stellen. Ter zitting heeft klager verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Het culinaire element tijdens de vakantie is voor ons belangrijk. Ik kook graag zelf en goed met verse producten. Ik wens geen ruim te voren klaar gemaakt eten te nuttigen. Standpunt van de reisorganisator Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt. Erkend wordt dat de in de publicatie genoemde à la carte restaurants niet aanwezig waren. De hotelier had de reisorganisator niet ingelicht over de sluiting van de restaurants. Het was wel mogelijk in een Grieks à la carte restaurant te eten. Er is niet gebleken dat klager hier ooit tijdens het verblijf heeft gereserveerd voor een diner. Het was gezien de drukte in het hoogseizoen niet mogelijk een alternatief hotel aan te bieden. Voor een à la carte restaurant moet men altijd reserveren. Dat impliceert dat de mogelijkheid bestaat dat er geen beschikbare plaatsen zijn. Wanneer het culinaire genot voor klager zo belangrijk was, dan had men gebruik kunnen maken van de plaatselijke restaurants en de kosten bij ons kunnen declareren. We hebben niet uit het dossier kunnen opmaken dat klager extra kosten heeft gemaakt. De commissie verwijst verder kortheidshalve naar de brief van de reisorganisator aan de commissie d.d. 17 februari 2011. De inhoud hiervan moet als hier ingevoegd worden beschouwd. De reisorganisator heeft d.d. 5 augustus 2010 een vergoeding aangeboden van € 200,–. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Klager heeft aannemelijk gemaakt dat haar keuze voor het hotel voor een belangrijk deel te maken had met de wens tijdens de vakantie à la carte te eten. Door de reisorganisator wordt erkend dat er een fout is gemaakt in die zin dat de in de brochure genoemde à la carte restaurants niet meer in het hotel aanwezig waren. Dat klager in het Griekse restaurant à la carte had kunnen dineren is niet komen vast te staan. Overigens zou dat wat eentonig zijn geweest voor een hele vakantie. De stelling dat voor een diner moet worden gereserveerd en men dus rekening moet houden met de mogelijkheid dat het restaurant vol is, is irrelevant. Bij tijdige reservering zou dat overigens voorkomen kunnen worden. De commissie constateert dat klager een stuk vakantievreugde heeft moeten missen. Op grond van het voorgaande en alle aan de commissie gebleken feiten en omstandigheden in aanmerking nemende, is de commissie van oordeel dat de reisorganisator bij het uitvoeren van het overeengekomene zodanig tekort is geschoten en klager daardoor zodanig ongerief heeft ondervonden, dat de reisorganisator klager een vergoeding verschuldigd is. De commissie stelt deze vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vast op het hierna te noemen bedrag. De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht gegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De reisorganisator betaalt aan klager een vergoeding van € 850,–. Het aanbod ten bedrage van € 200,– is hierin begrepen. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de reisorganisator bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies. De commissie wijst het meer of anders verlangde af. Bovendien dient de reisorganisator overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 100,– aan klager te vergoeden ter zake van het klachtengeld. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de reisorganisator aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 500,–. Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 14 april 2011.