Commissie: Waterrecreatie
Categorie: HISWA-voorwaarden voor de verkoop van gebruikte pleziervaartuigen
Jaartal: 2018
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
114095
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil heeft betrekking op de mast van de kajuitzeilboot Marieholm IF die de consument van de ondernemer heeft gekocht op 3 september 2017 voor een bedrag van € 3.500,–.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Toen op 23 oktober 2017 de consument de boot naar de winterstalling bracht op de wal, bleek dat de mast ten hoogte van de zalingen was gelast ter reparatie. De ondernemer ontkende dit eerst, maar later bleek er inderdaad sprake te zijn van een reparatie aan de mast. Vervolgens ontstond een discussie tussen partijen over de oplossing van het probleem aan de mast. De consument ervaart geen medewerking van de ondernemer. Zij wil de koop van de boot niet ontbinden, maar wil graag de boot naar haar wensen gaan restaureren. Daarom is uiteindelijk de consument zelf op zoek gegaan naar een vervangende mast, compleet en origineel. Om die reden verlangt zij van de ondernemer dat hij het gelaste deel van de mast vergoed, dus het mastprofiel.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De mast van de door de consument gekochte boot is in 2014 na schade gerepareerd door een kundig bedrijf. De mast heeft nadien drie jaar prima gefunctioneerd. De consument heeft voorafgaand aan de koop geen onderzoek verricht, dat is de ondernemer niet aan te rekenen. De mast is goed en voldoet aan het gebruik van het schip. Daarbij kan worden bedacht dat het schip meer dan 40 jaar oud is en derhalve niet in nieuwstaat kan verkeren; ook de koopprijs was navenant.
Na de melding van de schade aan de mast was de ondernemer uit coulance bereid om conform de HISWA voorwaarden de mast te vervangen. De consument werkte echter niet mee. De contacten met de consumenten werden steeds onprettiger. Om verder onplezierig contact en vervangingswerkzaamheden te voorkomen, heeft de ondernemer, geheel onverplicht, voorgesteld een betaling voorgesteld van € 300,–. De consument heeft dit aanbod niet aanvaard en daarmee was voor de ondernemer de kwestie afgedaan.
Ter zitting heeft de ondernemer nog benadrukt niet in de gelegenheid te zijn gesteld om de verplichtingen uit overeenkomst na te komen.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.
Een korte omschrijving van de klacht luidt als volgt:
Consument heeft op 3 september 2017 van de ondernemer voor € 3.500,– incl. btw een Marieholm IF, bouwjaar 1972 gekocht. De boot ging in het najaar van 2017 op het droge voor de winterstalling waarbij de mast van het schip werd gehaald. De mast is wit geschilderd en origineel goud geanodiseerd. Tijdens het demonteren van de zalingen constateerde consument dat de mast ter plaatse van de zalingen is gerepareerd, beschadigd en gelast. De consument is ontevreden over de mast.
Het vaktechnisch oordeel van de deskundige luidt als volgt.
De mast lag naast de boot van de consument en de verstaging inclusief het beslag was gedemonteerd.
Geconstateerd door de deskundige is dat de verflaag bij de zalingen plaatselijk is weggeschuurd.
De mast is bij het zalingbeslag gerepareerd, bestaande uit horizontale lassen.
De bout die dwars door de mast loopt voor bevestiging van de zalingen zit scheef.
De mastgleuf is ter plaatse van de zalingen beschadigd over een afstand van circa 7 cm.
Het profiel van de mast ter plaatse van de lassen is vervormd.
Er is een breuk in de mastgleuf op voornoemde plaats in het aluminium zichtbaar.
De conclusie van de deskundige is als volgt:
Deze mast is bij de zalingen geknikt geweest door een onbekende oorzaak (naar alle waarschijnlijkheid is een stag losgeraakt, met het dubbelknikken van de mast tot gevolg).
De ondernemer heeft de mast laten repareren met een inwendige bus en het lassen van het aluminium. Een mast die op deze manier is beschadigd, moet als verloren worden beschouwd, omdat het mastprofiel is vervormd. Tevens is dit ook nog eens op een kritieke plaats, de aanhechtingen van de onderwanten en de zalingen van het hoofdwant.
De reparatie is vaktechnisch niet goed uitgevoerd om de volgende redenen:
– de mast heeft na de reparatie nog steeds niet de originele vorm;
– de boutverbinding is scheef;
– de mast gleuf is beschadigd en nog gebarsten;
– het aluminium is rondom gelast. Lassen brengt thermische spanning met zich mee op deze kritische plaats. Het materiaal zal hierdoor verzwakken.
Dat er met deze gerepareerde mast is gezeild is een feit. Dat wil niet zeggen dat dit technisch gezien verantwoord is geweest. Herstel is niet mogelijk. Het mastprofiel moet worden vernieuwd.
Het beslag, zoals de zalingen en verstaging kunnen worden overgezet.
De herstelkosten hiervan zijn:
(bij benadering de kosten van materiaal en/of arbeid (incl. BTW) specificeren)
Twee hands mast profiel Proctor mast € 550,00
Overzetten oude beslag 4 x € 25,- € 100,00
Transport kosten mast € 100,00
TOTAAL inclusief btw € 760,00
Deze Proctor, goudkleurig geanodiseerde masten zijn niet op voorraad leverbaar. Deze moet speciaal worden gemaakt. De mast is meer dan 45 jaar oud en is onderhevig aan slijtage. Een aftrek “nieuw voor oud” van zo’n 70% zou een redelijke afschrijving zijn.
Consument heeft een tweede hands, gelijkwaardige mast gevonden die te koop is voor € 550,–. Omdat dit voor de consument een uitstekende oplossing is, heeft de deskundige deze waarde overgenomen.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft gelet op hetgeen over en weer door partijen voor zover hier relevant het volgende overwogen.
De klacht betreft de constatering, kort na aankoop van de boot, dat de mast is gerepareerd, beschadigd en gelast.
De commissie heeft een deskundige opdracht gegeven om de klacht van de consument te onderzoeken. De commissie neemt de technische bevindingen van de deskundige, zoals hiervoor weergegeven, over en maakt die tot de hare.
Dat de mast bij de zalingen geknikt is geweest, is niet door partijen weersproken, zodat dit als vaststaand wordt aangenomen. De deskundige concludeert dat een mast die op deze manier is beschadigd, als verloren moet worden beschouwd, omdat het mastprofiel is vervormd. Tevens is dit ook nog eens op een kritieke plaats, de aanhechtingen van de onderwanten en de zalingen van het hoofdwant. Reparatie van de mast, in opdracht van de ondernemer, is naar het oordeel van de deskundige niet goed uitgevoerd. Vervolgens is de boot aan de consument verkocht voor een bedrag van € 3.500,–.
De ondernemer dient bij verkoop er voor in te staan dat de zaak de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Dit volgt uit artikel 7:17 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW). De commissie is van oordeel dat de boot vanwege de gerepareerde schade aan de mast niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Zulks impliceert dat de ondernemer (verkoper) aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het gebrek in de mast. De consument had weliswaar, gezien de betaalde prijs, bepaald geen boot in nieuwstaat mogen verwachten, maar naar het oordeel van de commissie had de consument wel mogen verwachten dat basale onderdelen als roer, kiel en mast in orde zouden zijn om met de boot te kunnen varen. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt bovendien dat de consument meerdere malen voor en tijdens de bezichtiging gevraagd heeft of er gebreken zijn of waren aan de mast, nu de mast door de ondernemer was geschilderd. Dat door de consument navraag is gedaan naar de mast, is van de zijde van de ondernemer niet weersproken, maar dat er een reparatie was uitgevoerd is destijds door de ondernemer ontkend. Later ontdekte de ondernemer in zijn administratie alsnog een reparatienota van het lassen van de mast, zodat de ondernemer naar het oordeel van de commissie, van de schade en reparatie op de hoogte had moeten/kunnen zijn. Naar het oordeel van de commissie staat daarmee vast dat de ondernemer van de reparatie had behoren te weten, nu dit uit zijn eigen administratie naar voren is gekomen. De ondernemer heeft in deze dan ook niet aan zijn mededelingsplicht voldaan. Als de ondernemer (verkoper) een mededelingsplicht heeft geschonden, zal in het algemeen niet aan de koper kunnen tegengeworpen dat hij/zij te weinig onderzoek heeft gedaan (HR 14 november 2008, ECLI:NL:HR:2008:BF0407, NJ 2008/588). Zeker nu de consument specifiek naar de staat van de mast heeft gevraagd, ziet de commissie geen aanleiding schending van onderzoekplicht van de zijde van de consument aan te nemen.
De ondernemer heeft, zij het naar zijn mening onverplicht, aangeboden de mast te repareren. Ter zitting heeft de ondernemer daarbij benadrukt dat hij op grond van de algemene HISWA voorwaarden eerst in de gelegenheid dient te worden gesteld door de consument om voor herstel van de mast zorg te dragen. De consument merkt in dit kader op dat zij de ondernemer voldoende in de gelegenheid heeft gesteld om voor een vervangende mast zorg te dragen, nu reparatie niet tot de mogelijkheden behoort. Zij had dan ook openheid van de zijde van de ondernemer verwacht over hoe hij de problemen aan de mast zou verhelpen. Duidelijke communicatie door de ondernemer bleef echter uit, waarna de consument zelf een mast heeft gekocht, die zij sinds drie weken in haar bezit heeft.
Naar aanleiding van wat partijen inzake vervanging en reparatie naar voren hebben gebracht, komt de commissie tot het navolgende oordeel. De ondernemer is voldoende in de gelegenheid gesteld om na te komen. De ondernemer heeft daarentegen niet voortvarend opgetreden, door vragen over de voortgang door de consument, niet adequaat te beantwoorden en meermaals aan te geven een en ander te willen bekijken/onderzoeken en nog steeds de optie van reparatie te willen overwegen. De commissie is van oordeel dat de consument terecht geïnformeerd wenste te worden over hetgeen de ondernemer concreet zou gaan doen, teneinde de overeenkomst na te komen. De ondernemer heeft daarin onvoldoende openheid geboden, terwijl het hier om een fundamenteel onderdeel van de boot gaat en de consument een boot verlangde die veilig was en waarmee zij kon doen waarvoor de boot bestemd was. Door het optreden van de ondernemer, heeft de ondernemer zijn recht om na te komen verspeeld en is daarmee in gebreke gekomen en schadeplichtig geworden jegens de consument.
Op grond van het voorgaande is de ondernemer verplicht tot het vergoeden van schade jegens de consument. Uit het deskundigenrapport volgt dat vervanging van de mast door een tweede hands mast inclusief het overzetten van beslag € 760,– (inclusief BTW) bedraagt. De commissie acht het op grond van het voorgaande redelijk en billijk de ondernemer de consument een (vervangende) schadevergoeding te laten betalen, te begroten op € 760,–.
Daarnaast dient de ondernemer het door de consument betaalde klachtengeld voor zijn rekening te nemen.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht van de consument gegrond is.
Derhalve zal de commissie als volgt beslissen.
Beslissing
Stelt vast dat de ondernemer is ontheven van diens verplichting tot nakoming/herstel van voormeld mastprofiel.
De ondernemer betaalt binnen 4 weken na ontvangst van dit bindend advies aan de consument ter zake (vervangende) schadevergoeding een bedrag van € 760,–.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 127,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Waterrecreatie op 15 maart 2018.