Buitenlandse reisorganisator: boekingskantoor wordt aangemerkt als reisorganisator

  • Home >>
  • Reizen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Reizen    Categorie: Totstandkoming    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 56249

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit tussen partijen gesloten reisovereenkomst waarbij de reisorganisator zich heeft verplicht tot het leveren van een vliegreis voor 2 personen naar Antalya in Turkije met vertrek op 22 juli 2010 en terugkeer op 29 juli 2010 op basis van all inclusive voor de prijs van € 1.600,– in totaal.   Standpunt van klager   Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.   Wij hadden een all inclusive vakantie geboekt met een tweepersoonskamer zonder balkon. Na aankomst kregen wij de beschikking over een kamer van drie bij drie met een klein luchtvenster en in een kelder. Er is nooit met ons overlegd dat wij de kans liepen om een dergelijke kamer te krijgen. Op de website zag de goedkoopste kamer er nog veel aantrekkelijker uit. Wij hebben de dag na aankomst onmiddellijk geklaagd en een klachtenformulier op laten maken. Wij hebben aan de contactpersoon ter plaatse tot 16.00 uur die dag de gelegenheid geboden om een oplossing te zoeken. Er werd een alternatief hotel aangeboden maar dan moesten wij € 75,– per dag per persoon bijbetalen. Dit was onaanvaardbaar. Omdat wij een dergelijke kamer niet hoefden te verwachten, zijn wij meteen daarop naar huis terug gevlogen. Wij hebben behalve de kosten voor de extra vliegtickets ook nog kosten gemaakt voor telefoonverkeer. Met inbegrip van een vergoeding voor gederfd vakantiegenot willen wij een vergoeding van € 2.112,73. Door de uitvoerende Duitse touroperator is ons een vergoeding geboden van € 369,90. Die hebben wij geweigerd.   Ter zitting heeft klager verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   Bij de klacht wordt volhard. Wij hebben bij de wederpartij op het kantoor de reis geboekt. Ik leg een foto over van de website van de wederpartij waarop een standaardkamer is te zien. Wij zijn direct na aankomst gaan klagen. Bij de balie vroeg men ons of wij wel wisten dat wij een kleine kamer gekocht hadden. De volgende dag bood ook de hostess geen alternatief omdat alles vol was. Wij hebben ook geïnformeerd bij de balie van het hotel. Heel Turkije zat vol.   Standpunt van de reisorganisator   Het standpunt van de reisorganisator luidt samengevat en in hoofdzaak als volgt.   Klager heeft een kamer gekregen zoals door hem is geboekt. Er was expliciet vermeld dat er geen balkon zou zijn. Aan klager is op de bevestiging doorgegeven, dat een Duitse reisorganisatie de reis uitvoerde. Aan klager is nooit een afbeelding vertoond van de door hem geboekte kamer. Het is misschien een discussiepunt of door de Duitse touroperator vermeld had moeten worden dat de betreffende kamer in het souterrain gelegen zou zijn. Er valt ons geen fout te verwijten. Vervolgens is aan klager een alternatief hotel aangeboden. Dat heeft hij evenwel geweigerd. Dat aan het geboekte hotel bij verlaten een bedrag van € 75,– per persoon zou moeten worden bijbetaald, vinden wij een raar verhaal. Mogelijk zou het om te betalen annuleringskosten gaan maar dan had klager het resterende bedrag terug gekregen. Misschien had het hotel, als het om een vieze lucht in de kamer ging, wel een oplossing kunnen bieden middels een schoonmaak, maar daar zijn wij niet verantwoordelijk voor. Tenslotte heeft klager door onmiddellijk te vertrekken geen mogelijkheid geboden om een ander alternatief te onderzoeken. Daardoor is de mogelijkheid ontnomen om de zaak alsnog op te lossen. Achteraf kan er geen vergoeding worden gegeven. De touroperator heeft klager nog een vergoeding van € 369,90 aangeboden.   Ter zitting heeft de reisorganisator verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   Bij de boeking is geen kamer aangewezen welke aan klager gegeven zou worden. Wel heb ik op de website foto’s van het hotel laten zien. Ik heb de informatie van de Duitse touroperator laten zien. Ik heb zelf met Turkije gebeld of er helemaal niets anders was. Ook de uitvoerende touroperator zegt altijd dat ter plaatse een kwestie moet worden opgelost. Ik heb een budgetkamer geboekt vanwege het prijsverschil. Op advies van de wederpartij hebben wij gepoogd bij onze reisverzekering nog een schadevergoeding te verkrijgen. Opgegeven werd daarbij, dat de reis was afgebroken wegens ziekte. Er is geen vergoeding uitgekeerd.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Na kennisneming van de overgelegde stukken met inbegrip van ter zitting door klager overgelegde fotokopieën en na het horen van partijen ter zitting is gebleken dat op de klacht gegrond moet worden beoordeeld. Allereerst zij echter opgemerkt dat de wederpartij van klager te dezen jegens klager als reisorganisator moet worden aangemerkt omdat de reisovereenkomst met klager werd uitgevoerd door een buitenlandse touroperator (artikel 500 lid 2 BW). Dat de wederpartij als boekingskantoor in beginsel niet aansprakelijk zou zijn is dus niet juist. Voor wat de klacht aangaat is de commissie van oordeel, dat de reisorganisator jegens klager toerekenbaar is tekort geschoten door niet te presteren als redelijkerwijs verwacht mocht worden. Weliswaar is aan klager een eenvoudige kamer zonder balkon verkocht doch klager hoefde bij het aangaan van de overeenkomst, gelet op de aan hem verstrekte informatie, niet te rekenen op een kamer als door hem omschreven en door de reisorganisator niet bestreden. Het komt de commissie voor dat de reisorganisator zich bij de boeking er onvoldoende van vergewist heeft welke kamer er geboekt werd. Waar verder onvoldoende gebleken is van een redelijk alternatief ter oplossing van de klacht heeft klager – naar het oordeel van de commissie – op goede gronden het besluit kunnen nemen aanstonds naar Nederland terug te keren. Derhalve is voldoende komen vast te staan, dat klager door de tekortkoming van de reisorganisator in ernstige mate reisgenot heeft gederfd en extra kosten voor onder andere vliegtickets en telefoonkosten heeft moeten maken. Een vergoeding van de gehele reissom vermeerderd met een bedrag van € 200,– voor de totale door klager geleden schade acht de commissie, gelet op alle omstandigheden van het geval, redelijk en billijk. Het door de Duitse touroperator gedaan aanbod is naar de mening van de commissie ontoereikend. Ten overvloede merkt de commissie nog op de wijze, waarop door de reisorganisator aan klager geadviseerd is bij het claimen bij de reisverzekering, onjuist en onaanvaardbaar te achten.   Beslissing   De reisorganisator betaalt aan klager een vergoeding van € 1.800,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   Bovendien dient de reisorganisator overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 100,– aan klager te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de reisorganisator aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 500,–.   Hetgeen door klager meer of anders is verlangd wordt afgewezen.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 1 juni 2011.