Commissie acht zich niet bevoegd om te beslissen over een verzekeringsovereenkomst

De Geschillencommissie




Commissie: Tweewielers    Categorie: (non)conformiteit / Overeenkomst    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 185994/189240

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Het geschil betreft de nakoming van de verplichtingen die voortvloeien uit door de consument gesloten E-Bike verzekering voor de fiets van diens echtgenote. Deze overeenkomst is ten tijde van de aanschaf van die e-bike tot stand gekomen door tussenkomst van de ondernemer, die daarbij optrad als  verzekeringsagent/assurantietussenpersoon. De commissie is van oordeel dat bovengenoemde fietsverzekering niet is aan te merken als een accessoire behorend bij de gekochte e-bike. Daarvan kan bij een verzekering uiteraard geen sprake zijn. Bovendien betreft de verzekeringsovereenkomst een overeenkomst tussen de verzekerde en de verzekeraar, waarbij de ondernemer in beginsel dus geen partij is, immers hoogstens tussenpersoon en degene die mogelijk een reparatie moet uitvoeren in opdracht van de verzekeraar. De commissie is daarom niet bevoegd om met bindend advies te beslissen in een geschil als dit waarbij wordt opgekomen tegen een trage/onvolledige uitvoering van de verzekeringsovereenkomst, waarbij allereerst de verzekeraar de aan te spreken contractpartij lijkt te zijn. De commissie verklaart zich onbevoegd het geschil te behandelen.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 30 juli 2022 tussen partijen tot stand gekomen koopovereenkomst.

Doel van die overeenkomst was dat de ondernemer wordt verplicht tot het leveren van Trek Roscoe 9, framemaat XL, maat wielen 29, kleur rood, tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 1.393,55 (inclusief € 29,– voor verzending en verwerking). Het genoemde bedrag is betaald, maar de ondernemer heeft geweigerd de fiets daarvoor te leveren.

De consument heeft op 2 augustus 2022 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt

De ondernemer weigert de fiets te leveren tegen overeengekomen prijs.

Ik heb de fiets online vergeleken en zag bij o.a. Google resultaten dat de goedkoopste aanbieder van deze fiets [aanbieder] was. Zoals veel mensen doen tegenwoordig vergelijk ook ik online bij overige aanbieders alvorens een aankoop te doen. Er is niet sprake van een kennelijke vergissing in de prijszetting.

De consument verlangt de ondernemer te verplichten tot levering van de gekochte fiets.

Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

Wij verkopen als fietsenwinkel veel fietsen, waarbij een groot deel van het zichtbaar maken van prijzen op onze website geautomatiseerd is. Tijdens het inboeken van de nieuwe, nog niet eerder aangeboden, 2023 modellen is een menselijke fout gemaakt door de verkoopprijs (à € 2.699,– inclusief BTW) en de inkoopprijs (à € 1.364,55 exclusief BTW) verkeerd om in te voeren. In de webshop verscheen de desbetreffende fiets, te weten de Trek Roscoe 9, dus voor de exclusief btw-inkoopprijs à € 1.364,55, wat inclusief BTW dus zelfs ruim onder onze inkoopprijs van het product is.

Het kortingspercentage boven de pagina wordt aan de hand van de prijs automatisch berekend en wordt overgenomen door zoekmachines en prijsvergelijkingswebsites.

Zoals de consument in de aangeleverde documenten laat zien werd de fiets daardoor aangeboden met 49% korting. Nadat de fout was ontdekt hebben we de prijzen direct aangepast in ons systeem en alle klanten die de fiets voor de verkeerde prijs besteld hadden een mooi aanbod gedaan als excuses van onze kant. In de periode dat de fiets op de website stond met de verkeerde prijs is hij een aantal keren besteld door verschillende klanten. Met alle klanten, op de consument na, zijn we er samen uitgekomen. De meest gehoorde reactie was: “De aanbieding was ook te mooi om waar te zijn.” En “zelfs oude modellen hadden veel minder korting.”

Een gloednieuw 2023 model, dat nog niet geleverd is aan dealers en (toen) nog niet op de markt is verschenen, aanbieden voor bijna de helft van de prijs is niet aannemelijk en berust op een vergissing. Op geen enkele Trek modeljaar 2023 fiets worden dit soort kortingen aangeboden, door ons niet, maar ook door geen enkele andere dealer. Zelfs op verouderde modellen uit modeljaar 2021 en 2022 kunnen kortingen niet zo hoog oplopen. Het is duidelijk dat een korting van 49% op een Trek mountainbike überhaupt en al helemaal op een nieuw 2023 model niet aannemelijk is, aangezien deze nergens bij andere aanbieders met dergelijke korting aangeboden wordt.

Invoeren in de zoekmachine was al genoeg geweest om te zien dat deze fiets nergens voor een ook maar enigszins vergelijkbare prijs, of zelfs maar met korting, te verkrijgen was. Het lijkt er overigens op dat ook de consument de aanbieding voordat hij bestelde al te mooi vond om waar te zijn. Voordat de bestelling werd geplaatst, werd namelijk al een dossier aangelegd met screenshots van de fiets en de (verkeerde) prijs, om hier later aanspraak op te maken, vanaf de eerste communicatie heeft de consument ook aangegeven dat hij naar ConsuWijzer en daarna de Geschillencommissie wilde stappen.

Ons standpunt is dus dat het zeer duidelijk gaat om een kennelijke vergissing en wij er alles binnen onze macht aan gedaan hebben om gezamenlijk met [consument] tot een goede oplossing te komen.

Graag verwijzen wij ook naar voorgaande zaken met bijbehorende referentiecodes bij de geschillencommissie: 1. 31663/35939 2. 115456 3. 2258/6337 Vooral de laatste zaak is zeer vergelijkbaar, wij hebben [consument] ook meerdere voorstellen gedaan om tot een oplossing te komen, allen door de consument afgewezen, in een zaak waarin spraken is van een zeer grote prijsfout.

Wij wensen dus dat de koopovereenkomst met de consument ontbonden wordt.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Artikel 2 lid 5 van de hier van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden BOVAG Tweewielerbedrijven Koop/Reparatie & Onderhoud bepaalt het volgende: “Kennelijke vergissingen in het aanbod binden de ondernemer niet.”.

In geschil is dus of hier sprake van een kennelijke vergissing.

Op basis van de in het geding gebrachte screenshots is zichtbaar dat de fiets aan de consument is aangeboden met meteen op de eerste webpagina een in rood in het oog springend blok met de aanduiding “49% korting”. Op een volgende pagina is duidelijk zichtbaar gemaakt dat op de kennelijk oorspronkelijke – maar met een streep doorgehaalde – prijs van € 2.699,–, in opvallend groen een korting wordt toegepast van € 1.334,45, waarna groot in vet zwart de uiteindelijke prijs volgt van € 1.364,55. Over BTW wordt niet gerept, en deze moet (dus) geacht worden in die prijs te zijn begrepen. Immers elke consumentenprijs wordt wettelijk geacht inclusief BTW te zijn. Bij de facturering e.d. is vervolgens ook uitgegaan van die koopsom inclusief BTW van € 1.334,45.

Gelet op het samenstel van voormelde voor de consument op eerste gezicht kenbare duidelijke informatie over de prijs en hoe die prijs tot stand is gekomen, is de commissie van oordeel dat de ondernemer zich niet met succes kan beroepen op voormelde bepaling in de algemene voorwaarden.

Dit oordeel behoeft de volgende toelichting.

In het bijzonder is niet aannemelijk geworden dat hier sprake is geweest van een “kennelijke vergissing”. De ondernemer kan zich hier verschuilen achter een – naar zeggen van de ondernemer – verkeerd gegane “automatische prijsbepaling”. Ook is niet (voldoende) aannemelijk gemaakt dat de inkoopprijs excl. BTW als koopsom is vermeld. Zo is er ook geen informatie in het geding gebracht waaruit blijkt dat de inkoopprijs inderdaad € 1.364,55 exclusief BTW is geweest.

Ook is onvoldoende aannemelijk geworden dat ook voor een consument aanstonds duidelijk moet zijn geweest dat hier sprake was van een vergissing. Dat komt allereerst door voormelde op de website vermelde duidelijkheid hoe de prijs tot stand is gekomen, en hoe de korting is toegepast. Maar ook, thans zoekend via Google, zelfs voor deze fiets een nieuwprijs zichtbaar is van iets meer dan € 1.700,–. Dergelijke prijzen liggen niet ver verwijderd van de hier overeengekomen koopsom. De consument mocht er naar het oordeel van de commissie dan ook vanuit gaan dat sprake was van een prijsstunt, en niet van een vergissing.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.

Op basis van het reglement van de commissie is de ondernemer in dat geval gehouden om het klachtengeld te voldoen aan de consument en om de bijdrage in de behandelingskosten te voldoen aan het secretariaat van de commissie. Die behandelingskosten zullen de ondernemer separaat bij factuur in rekening worden gebracht.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De commissie

Verplicht de ondernemer tot nakoming van de koopovereenkomst door levering binnen 4 weken na de verzenddatum van dit bindend advies, van de gekochte fiets aan de consument.

Wijst af de reconventionele vordering van de ondernemer tot ontbinding van de koopovereenkomst.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 77,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan het secretariaat van de commissie de bijdrage in de behandelingskosten van het geschil verschuldigd.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Tweewielers, bestaande uit mr. M.L.J. Koopmans, voorzitter, de heer A.M. Velberg en mr. C.R.J.M. den Hartog-Kaaij, leden, op 5 december 2022.