Commissie: Particuliere Onderwijsinstellingen
Categorie: (non)conformiteit / Overeenkomst
Jaartal: 2022
Soort uitspraak: niet-ontvankelijkverklaringonbevoegdverklaring
Uitkomst: Niet bevoegdniet-ontvankelijk
Referentiecode:
172790/179848
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Het geschil betreft het niet verstrekken van een propedeuse. De consument is van mening ruim aan zijn studiepunten te hebben voldaan om de propedeuse te krijgen. Volgens de ondernemer is er discussie ontstaan over de ingeleverde opdracht van een verplicht vak. De examencommissie aangegeven dat de consument de toets mag herkansen. De consument heeft nochtans geen gebruik gemaakt van de herkansingsmogelijkheid en heeft derhalve ook niet voldaan aan de eisen die worden gesteld aan het afronden van de propedeutische fase. De commissie verwijst naar artikel 3 van het reglement van de Geschillencommissie Particuliere Onderwijsinstellingen waarin wordt vermeld dat de commissie tot taak heeft geschillen tussen consument en ondernemer te beslechten, voor zover het geschil betrekking heeft op door de ondernemer te leveren of geleverde diensten en/of zaken. Het verzoek van de consument valt niet onder de taak van de commissie. In plaats daarvan is, gelet op de van toepassing zijnde Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) en het toepasselijke examenreglement, onderworpen aan de in dat reglement voorziene regeling. De commissie is niet bevoegd het geschil te behandelen. De commissie verklaart de consument niet–ontvankelijk in zijn klacht voor zover die ziet op de kwaliteit van het onderzoek nu daarover door de consument een procedure aanhangig is gemaakt bij de rechter.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Het geschil betreft het niet verstrekken van een propedeuse.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument is van mening ruim aan zijn studiepunten te hebben voldaan om de propedeuse te krijgen.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument is per 1 augustus 2020 als student bij de ondernemer ingeschreven en heeft een aanvang heeft gemaakt met zijn studie. Uit de toepasselijke onderwijs- en examenregeling 2019/2020 blijkt dat het vak Economie en Duurzaamheid een verplicht onderdeel is van de propedeutische fase van de aangeboden opleiding. De consument heeft dit vak willen afronden. Over de ingeleverde opdracht is discussie ontstaan.
De examencommissie heeft per e-mail op 2 februari 2022 aangegeven dat de consument de toets mag herkansen. De consument heeft nochtans geen gebruik gemaakt van de herkansingsmogelijkheid en heeft derhalve ook niet voldaan aan de eisen die worden gesteld aan het afronden van de propedeutische fase. Voor het overige heeft de examencommissie geen beslissing genomen ter zake het kunnen uitreiken van een propedeuse. Voor zover de consument nog zou willen voldoen aan de eisen die aan de propedeutische fase zijn gesteld, is dus vanuit onderwijsrechtelijke perspectief noodzakelijk dat hij de toets herkanst.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Voor het geval de consument wenst te klagen over de kwaliteit van het onderwijs kan hij op de voet van artikel 5 onder c van het regelement Geschillencommissie Particuliere Onderwijsinstellingen niet in zijn klacht worden ontvangen nu daarover reeds een procedure bij de rechter aanhangig is gemaakt. Wat betreft de consument zijn verzoek te bepalen dat hij zijn propedeuse moet ontvangen van de ondernemer wijst de commissie op artikel 3 van het reglement geschillencommissie particuliere onderwijsinstellingen waarbij de commissie tot taak heeft geschillen tussen consument en ondernemer te beslechten, voor zover de geschillen betrekking hebben op door de ondernemer te leveren of geleverde diensten en/of zaken.
Dit verzoek valt dan ook niet onder de taak van de commissie maar is gelet op de van toepassing zijnde wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en op grond daarvan toepasselijke examenreglement onderworpen aan de in dat reglement voorziene regeling. De commissie is wat dit verzoek betreft dan ook niet bevoegd het geschil te behandelen.
Beslissing
De commissie verklaart de consument niet-ontvankelijk in zijn klacht voor zover die ziet op de kwaliteit van het onderzoek nu daarover door de consument een procedure aanhangig is gemaakt bij de rechter. De commissie verklaart zich onbevoegd ten aanzien van het verzoek van de consument de propedeuse te verkrijgen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Particuliere Onderwijsinstellingen, bestaande uit de heer mr. N. Schaar, voorzitter, de heer mr. J.A. Frederik, de heer mr. C.A. Bontje, leden, op 26 september 2022.