Commissie: Water
Categorie: Kosten / Onjuiste voorstelling van zaken
Jaartal: 2022
Soort uitspraak: niet-ontvankelijkverklaring
Uitkomst: niet-ontvankelijk
Referentiecode:
158001/162976
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Het gaat in deze zaak om de door de consument gevraagde aansluiting op het waternet van de ondernemer. De ondernemer blijft, volgens de consument, weigeren om een aansluiting te realiseren voor water, ondanks dat dit in de Drinkwaterwet geregeld is dat consument daar recht op heeft. De ondernemer is van mening dat de consument niet ontvankelijk verklaard moet worden nu door deze commissie over hetzelfde onderwerp reeds is beslist. Anders dan de consument beoogt kan herbeoordeling niet plaatsvinden door de commissie. De enige weg om een eventuele herbeoordeling te bewerkstelligen is via de gewone rechter, zo de mogelijkheid daartoe nog openstaat. Op grond van het voorgaande is de consument niet-ontvankelijk in de klacht.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het gaat in deze zaak om de door de consument gevraagde aansluiting op het waternet van de ondernemer.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer blijft weigeren bij de consument een aansluiting te realiseren voor water, ondanks dat dit in de Drinkwaterwet geregeld is dat consument daar recht op heeft (o.a. artikelen 5 en 8).
Vorig jaar heeft de geschillencommissie Water beslist dat de ondernemer de consument niet hoeft aan te sluiten; dit is echter gebeurd op valse gronden en valse inlichtingen van de ondernemer. De zaak is bij de commissie bekend. Vanwege corona werd er geen hoorzitting voor consument ingepland en is er geen hoor en wederhoor toegepast en is er beslist op foutief aangedragen gegevens door de ondernemer. Volgens de Drinkwaterwet waar de consument volledig aan voldoet, heeft hij recht op een drinkwater aansluiting.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer is van mening dat de consument niet ontvankelijk verklaard moet worden nu door deze commissie op 13 juli 2021 (zaak 90039/97429) over hetzelfde onderwerp reeds is beslist.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De consument erkent dat de door hem aangedragen klacht reeds eerder door deze commissie behandeld is, maar hij is om diverse redenen het niet eens met die beslissing. In feite vraagt de consument herbeoordeling waarbij de eerder gegeven beslissing vernietigd wordt.
Artikel 31 lid 1 van het toepasselijk reglement bepaalt als volgt:
“Vernietiging van het bindend advies van de commissie kan uitsluitend plaatsvinden door het ter toetsing voor te leggen aan de gewone rechter binnen twee maanden na de verzending van de uitspraak aan partijen. De rechter zal het bindend advies vernietigen, indien de uitspraak in verband met de inhoud of wijze van totstandkoming in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Door niet binnen voornoemde termijn de uitspraak aan de gewone rechter ter toetsing voor te leggen, wordt de uitspraak onaantastbaar.“
Anders dan de consument beoogt kan herbeoordeling niet plaatsvinden door de commissie. De enige weg om een eventuele herbeoordeling te bewerkstelligen is via de gewone rechter, zo de mogelijkheid daartoe nog openstaat.
Op grond van het voorgaande is de consument niet-ontvankelijk in de klacht.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De consument wordt in de klacht niet-ontvankelijk verklaard.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Water, bestaande uit de heer mr. R.J. Paris, voorzitter, de heer mr. E.F. Verduin en de heer H.W. Zuur, leden, op 19 mei 2022.