Consument behoefde schade niet te verwachten, ook al is deze ontstaan buiten de door de ondernemer verstrekte garantieperiode

  • Home >>
  • Wonen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Wonen    Categorie: Garantie    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: WON-D01-0394

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil   Het geschil vloeit voort uit een op 28 december 1995 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een keuken tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van ƒ 12.470,–. De keuken is door de consument geïnstalleerd. De levering is geschied op of omstreeks 22 maart 1996.   De consument heeft in oktober 1999 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak:   De consument heeft (kort samengevat) de navolgende klacht aangegeven. Op een aantal plaatsen gaat de toplaag van de deuren zwellen.   De consument verlangt nieuwe keukenfronten dan wel een redelijke tegemoetkoming in de aankoop daarvan.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak:   De ondernemer heeft (kort samengevat) aan de commissie het volgende medegedeeld. Er is vastgesteld na onderzoek, dat het probleem niet is gelegen in een productiefout, maar dat het is ontstaan door het inwerken van vocht. Voorts is de garantietermijn verstreken.   De ondernemer heeft aangeboden bij brief d.d. 18 december 2000 aan de consument om nieuwe deurfronten te leveren tegen kostprijs.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld:   Indien hier sprake zou zijn van vocht, dan zouden nog veel meer plekken ditzelfde verschijnsel vertonen. Zo hier en daar laat de toplaag van de onderlaag los, hetgeen doet vermoeden dat er of een chemische reactie plaatsvindt of dat de toplaag nooit goed op de onderlaag heeft vastgezeten.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen:   De commissie onderschrijft de technische bevindingen van de deskundige en maakt zijn gegeven oordeel tot het hare. Dit betekent, dat er ook in de ogen van de commissie sprake is van een opvallende klacht, waarvoor de ondernemer aansprakelijk moet worden gesteld. Immers anders dan de ondernemer heeft aangegeven is de oorzaak van de schade een productiefout en niet ontstaan door vochtinwerking, zoals deze heeft gesteld. Deze schade behoefde de consument ook niet binnen deze termijn te verwachten. Dat de schade is opgetreden buiten de door de ondernemer verstrekte garantieperiode doet aan de verwachtingen, die de consument mocht hebben, in het geheel niet af. In dit verband heeft de commissie mede laten wegen, dat garantiebepalingen slechts een minimum garantie voor de consument geven. Zij sluiten geenszins uit dat in geval van een tekortkoming van de ondernemer alle gevolgen daarvan voor diens rekening komen. Gelet op het vorenoverwogene heeft de consument het coulancevoorstel van de ondernemer terecht en op goede gronden afgewezen. De commissie is dan ook tot de conclusie gekomen dat onder de hier tevoren geschetste omstandigheden de ondernemer gehouden is aan de consument nieuwe deurtjes te leveren. Wel dient de consument gezien de verstreken gebruiksduur een deel van de kostprijs voor zijn rekening te nemen. Naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid stelt de commissie het door de consument bij te betalen bedrag vast op ƒ 500,–.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is en dat als volgt dient te worden beslist.   Beslissing   De ondernemer voert de volgende werkzaamheden uit: De ondernemer levert de consument nieuwe keukenfronten. De consument betaalt daarvoor ƒ 500,– (€ 226,89) aan de ondernemer. De montage geschiedt voor rekening van de consument.   Een en ander dient te geschieden binnen een termijn van drie maanden na de verzenddatum van dit bindend advies.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Indien een en ander door handelen of nalaten van de ondernemer niet binnen de gestelde termijn is geschied, kan de consument zich weer tot de commissie wenden zonder opnieuw klachtengeld te betalen.   Bovendien betaalt de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie aan de consument een bedrag van ƒ 250,– (€ 113,45).   Aldus beslist door de Geschillencommissie Wonen, op 20 december 2001.