Consument doet alleen een beroep op fabrieksgarantie

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Voertuigen    Categorie: Bevoegdheid    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 42972

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 4 mei 2007 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een nieuwe [merk en type], tegen een door de consument te betalen prijs van € 40.400,–. De overeenkomst is op 8 mei 2007 uitgevoerd.   De consument heeft een bedrag van € 446,77 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.   De consument heeft op 6 april 2010 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Aan het voertuig moeten binnen de garantieperiode diverse werkzaamheden worden uitgevoerd die volgens de ondernemer niet kunnen worden uitgevoerd wegens het faillissement van de importeur. De consument is van mening dat de ondernemer deze garantie dient na te komen. De consument is niet akkoord gegaan met facturering van de helft van de kosten. De reparatie valt onder de fabrieksgarantie en moet kosteloos worden uitgevoerd.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De naam op de aankoopfactuur is wel van zijn bedrijf, maar het adres is zijn privéadres. De consument heeft de auto privé gekocht. Het kenteken staat op zijn naam evenals de verzekeringspolis.   Mogelijk heeft de consument ooit een kaartje van zijn bedrijf aan de ondernemer gegeven en heeft deze dat gebruikt.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   In het aan de commissie gestuurde dossier bevindt zich geen schriftelijk verweer van de ondernemer. De ondernemer heeft bij schrijven van 26 oktober 2010 een vijftal stukken aan de commissie doen toekomen.   Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De ondernemer stelt zich op het standpunt dat uit de door haar aan de commissie gestuurde stukken blijkt dat de consument de auto zakelijk heeft gekocht en zakelijk berijdt. De ondernemer heeft ten aanzien van ingediende garantieclaims na het faillissement van de importeur onderscheid gemaakt tussen particulieren en zakelijke rijders. Alle particuliere rijders zijn 100% kosteloos gesteld. De ondernemer heeft met de consument de afspraak gemaakt dat deze de helft van de reparatiekosten zou betalen. Daarop is de factuur van 5 maart 2010 gebaseerd.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Ingevolge het bepaalde in artikel 5 van het reglement van de commissie is de commissie niet bevoegd een geschil betreffende een nieuwe auto te behandelen indien wordt geageerd op basis van een door de fabrikant of importeur afgegeven garantie. Zowel uit de stukken als uit hetgeen ter zake door de consument tijdens de zitting is opgemerkt blijkt dat de consument zich in deze op een dergelijke garantie beroept. Dit brengt mee dat de commissie niet bevoegd is kennis te nemen van het onderhavige geschil.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De commissie verklaart zich onbevoegd het geschil te behandelen.   Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend. Het depotbedrag ad € € 446,77 wordt aan de consument teruggestort.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Voertuigen op 2 november 2010.