Consument klaagt over hetgeen de commissie eerder al over heeft geoordeeld, consument niet-ontvankelijk

  • Home >>
  • Recreatie >>
De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Recreatie    Categorie: Klacht / Ontvankelijkheid    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: voorbeslissing   Uitkomst: niet-ontvankelijk   Referentiecode: 217878

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument is van mening dat de ondernemer de eerder door de commissie genomen beslissing, met zaaknummer 193606/197644, niet is nagekomen. Daarom heeft de consument een nieuwe zaak tegen de ondernemer aanhangig gemaakt bij de commissie. De ondernemer heeft verweer gevoerd, waaruit blijkt dat de ondernemer van mening is dat hij de uitspraak van de commissie juist is nagekomen. De commissie is van oordeel dat de ondernemer conform de eerdere uitspraak heeft gehandeld. De consument is niet-ontvankelijk in zijn klacht, omdat hij klaagt over hetgeen de commissie eerder al bij bindend advies over heeft geoordeeld.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of de consument in zijn klacht ontvankelijk is.

De Geschillencommissie Recreatie (verder te noemen: de commissie) heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 22 augustus 2023 te Den Haag.

De commissie heeft de behandeling van het geschil op basis van de stukken, zonder mondelinge behandeling, afgedaan.

Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de door de ondernemer gehanteerde tarieven voor elektra.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

In de factuur van 31 mei 2023 wordt het verbruik in de periode 11 oktober 2021 tot en met 31 december 2021 afgerekend tegen tarieven voor het overeenkomstjaar 2022 en de eerste 100 kWh aan vastrecht over 2022 gerestitueerd tegen het elektriciteitstarief voor 2021.

De ondernemer geeft geen gehoor aan verzet tegen de voorgenomen onrechtmatigheid in de energie-update jaarplaatsen, het aangetekende bezwaar tegen voornoemde factuur en uw inmiddels verlopen nakomingsverzoek van het bindend advies.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer betwist uitdrukkelijk dat zij zich niet zou houden aan het bindend advies. Dat standpunt zal nader worden toegelicht. Conform het bindend advies en als bijlage aan het verweerschrift aangehechte berekening is overgegaan tot een eindafrekening. De consument stelt zich nu ten onrechte op het standpunt dat die berekening onjuist zou zijn. Wederom stelt hij de tarieven ter discussie en stelt zich ten onrechte op het standpunt:

De Geschillencommissie Recreatie heeft bepaald dat het totale elektriciteitsverbruik in het overeenkomstjaar 2022 door tweeën wordt gedeeld en voor 50% tegen €0, 39 per kWh en voor 50% tegen €0, 69 per kWh afgerekend wordt. Het nutsvoorzieningenverbruik over de periode 11 oktober 2021 tot 1 januari 2022 dient tegen de geldende voor het overeenkomstjaar 2021 vastgestelde tarieven te worden afgerekend.

Daarna is per brief d.d. 24 mei 2023 uitgebreid richting de consument gereageerd. Naar oordeel van de ondernemer wordt onder “het jaar 2022” verstaan de periode vanaf oktober 2021. Jaarlijks wordt namelijk in oktober de meterstanden opgenomen en een eindafrekening opgemaakt.

Op 1 januari 2022 zijn géén (tussentijdse) meterstanden opgenomen, waardoor hetgeen door de consument wordt gevraagd feitelijk ook onmogelijk is. Juist vanwege het ontbreken van tussentijdse meestanden is door de ondernemer een voorstel gedaan. Dat voorstel is door uw commissie redelijk bevonden. De ondernemer heeft derhalve wel degelijk gehoor en uitvoering gegeven aan het bindend advies. Het ontbreken van eerder meterstanden is uitgebreid op de mondelinge behandeling aan de orde geweest, resulterend in een bindend advies van de commissie. De consument blijkt graag de discussie opnieuw aan te gaan.

Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van een door de consument reeds eerder ingediende klacht heeft de commissie, in een andere samenstelling, deze klacht ongegrond verklaard en daarbij overwogen:

‘Ter zitting heeft de consument desgevraagd verklaard dat het jaargeld geen onderwerp van geschil meer is. De omvang van het geschil beperkt zich derhalve tot de tarieven voor elektra die de ondernemer heeft gehanteerd.

In september 2021 heeft de ondernemer de tarieven jaar- en seizoenplaatsen 2022 gecommuniceerd met zijn huurders, waaronder het tarief voor elektra, te weten € 0,39 per kWh (exclusief voorschot en vastrecht). Hierbij heeft de ondernemer opgenomen dat deze prijs kan fluctueren in verband met de doorberekening van de energiebedrijven.

Bij nieuwsbrief van 20 april 2022 heeft de ondernemer onder meer het volgende aan zijn huurders meegedeeld.

“Wij kunnen jullie nu vertellen dat we de prijs voor elektra voor 2022 vast kunnen zetten op € 0,69 per kWh. Met dit tarief zullen we aan het einde van het seizoen de afrekening maken”.

De consument is van mening dat de ondernemer niet het juiste tarief voor elektra heeft gehanteerd, in het kader waarvan hij van de ondernemer verlangt dat de betreffende energiefacturen worden gecrediteerd met inachtneming van het tarief van € 0,39 per kWh dat de ondernemer aanvankelijk in september 2021 heeft aangekondigd.

Het eerdergenoemde tarief van € 0,69 per kWh zou volgens de ondernemer gelden vanaf april 2022, maar hij heeft erkend dat in april 2022 geen meterstanden zijn opgenomen en in verband daarmee voorgesteld om de rekening voor het jaar 2022 als volgt op te maken. “Het totale verbruik aan kWh (over 2022) zal door tweeën worden gedeeld, waarbij 50% tegen een tarief van € 0,39 in rekening wordt gebracht en 50% tegen een tarief van € 0,69 per kWh”.

De commissie is van oordeel dat de ondernemer niet was gebonden aan het tarief voor elektra dat hij in september 2021 heeft aangekondigd, aangezien hij daarbij een expliciet voorbehoud heeft gemaakt, in die zin dat de genoemde prijs kan fluctueren in verband met de doorberekening van de energiebedrijven. Gelet op de ontwikkelingen in de energiemarkt vanaf begin 2022, onder meer als gevolg van de oorlog in Oekraïne, was er in korte tijd sprake van exorbitante verhogingen van de energietarieven, die de energieleveranciers bij hun afnemers in rekening brachten. Gelet op het gemaakte voorbehoud mocht de ondernemer deze verhogingen (geheel of gedeeltelijk) doorberekenen aan zijn huurders. Artikel 4, lid 2, van de Recron-voorwaarden biedt daartoe overigens uitdrukkelijk de mogelijkheid (tariefsverhoging bij lastenverzwaring).

De ondernemer heeft – gelet op het feit dat was verzuimd om in april 2022 de meterstanden op te nemen – de consument een voorstel gedaan waarbij voor de helft van 2022 toch het aangekondigde tarief van € 0,39 per kWh zou worden gehanteerd en voor de andere helft het tarief dat in april 2022 is meegedeeld. Daarmee heeft de ondernemer de consument voor een deel tegemoet willen komen. De consument heeft zich daar niet mee kunnen verenigen. De commissie acht het gedane voorstel echter redelijk en billijk en bepaalt dat voor het jaar 2022 conform dit voorstel afgerekend dient te worden’.

In het jaar 2022 is begrepen de periode 11 oktober 2021 tot en met 31 december 2021 waarover de consument thans weer klaagt.

Naar aanleiding van eerdergenoemd bindend advies heeft de ondernemer aan alle recreanten, waaronder de consument, op 10 mei 2023 schriftelijk aangekondigd:

‘Beste jaarplaatsgast,

In de vorige energie-update hebben wij jullie aangegeven dat wij op zijn  vroegst half april terug zouden kunnen komen op een besluit omtrent de foutieve energiefactuur van oktober 2022.

Dat jullie een deel van de foutief gefactureerde elektra vergoed zouden krijgen stond al vast. Daarnaast zal er ook nog een aangepast tarief gehanteerd worden voor het water- en het gasverbruik over de gehele periode oktober 2021 – oktober 2022.

Uitvoering
Alle eerder verstuurde facturen over de periode oktober 2021 – oktober 2022 gaan wij geheel crediteren. Vervolgens maken we 1 nieuwe factuur over deze gehele periode op. Hierbij hanteren wij de volgende tarieven:

– Water € 4,37 per m3

– Gas (propaan) € 3,75 per m3

– Elektra 50% € 0,39 per KWh

– Elektra 50% € 0,69 per KWh

Elektra toelichting
Er zijn verschillende elektra tarieven gecommuniceerd variërend van € 0,39 tot € 1,10. Aangezien wij fouten hebben gemaakt in deze communicatie en omdat wij niet op de juiste momenten de meterstanden hebben opgenomen zijn wij tot het volgende gekomen: Het gehele elektraverbruik over de periode oktober 2021 – oktober 2022 gaan wij in 2 gelijke delen splitsen. 50% van dit verbruik factureren we tegen een tarief van € 0,39. De andere 50% tegen een tarief van € 0,69.

Reeds gedane betalingen worden overgeheveld naar de nieuwe factuur. Mocht er een resterend bedrag zijn dan zullen wij dit verrekenen met het eventuele openstaande bedrag op de jaarfactuur 2023.

Mocht hierna nog een bedrag over zijn, dan zullen wij u vragen om een juist IBAN-nummer en dit resterende bedrag terugstorten.

Wij hopen aan eenieder van jullie in de maand mei een vernieuwde factuur te kunnen versturen.’

De ondernemer heeft ook conform het bindend advies van die commissie de nieuwe factuur opgesteld en aan de consument doen toekomen.

De consument klaagt thans wederom bij de commissie over hetgeen de commissie naar aanleiding van zijn eerdere klacht reeds bij bindend advies heeft geoordeeld.

Op grond van het voorgaande is de consument dan ook niet-ontvankelijk in de klacht.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De consument wordt in de klacht niet-ontvankelijk verklaard.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie, bestaande uit de heer mr. N. Schaar, voorzitter, de heer P.W.M. Meijkamp, mevrouw drs. P.C. Hoogeveen-de Klerk, leden, op 22 augustus 2023.