Commissie: Doe-Het-Zelfbedrijven
Categorie: Informatie
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
71412
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 10 april 2010 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van kliklaminaat tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 459,60. De levering vond plaats op of omstreeks 10 april 2010.
De consument heeft op 27 december 2011 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Het geleverde laminaat voldoet niet aan de overeenkomst. Binnen een jaar na het leggen bollen de kopse kanten als eerste op, waarna na verloop van tijd bij enige langsnaden de toplaag loslaat.
Hetzelfde materiaal ligt op de eerste verdieping op de vloer en geeft daar geen problemen. De klacht doet zich alleen voor op de begane grond. Zowel boven als onder wordt het laminaat intensief gebruikt (rolstoel en trippelstoel). Een zoon van de consument heeft hetzelfde laminaat en rijdt daar ook met een bureaustoel overheen. Daar doet zich het probleem niet voor.
Vóór aankoop heeft de consument zich laten voorlichten door een verkoper en gevraagd of het materiaal geschikt was voor een woning waarin met een rolstoel en trippelstoel werd gereden. Dat is toen door de verkoper bevestigd.
De ondernemer heeft ter beoordeling van de klacht een medewerker van de fabrikant laten komen. Die is niet onafhankelijk. Bovendien heeft de consument niet met de fabrikant gecontracteerd, maar met de ondernemer. De expert heeft geoordeeld dat de klacht zijn oorzaak vindt in het gebruik van de rolstoel en trippelstoel. De consument betwist dat en merkt op dat de expert niet de moeite heeft genomen om bij hem boven te gaan kijken.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Boven ligt het zelfde laminaat als beneden, maar niet uit dezelfde partij. Boven is een jaar eerder gelegd dan beneden. Het is boven op dezelfde manier gelegd als beneden, door dezelfde parketteur als beneden en op dezelfde ondervloer. Die heeft de problemen met het laminaat beneden niet opgemerkt.
De problemen beneden zijn begonnen onder de bank, op een plaats die helemaal niet wordt belast door de rolstoel of de trippelstoel. Bij het leggen beneden, waren er al een paar vloerdelen waarvan de kopse kanten opliepen. Er kan sprake zijn geweest van een productiefout. Ik heb het probleem van de oplopende kopse kanten al gezien een week nadat de vloer was gelegd, op een moment waarop er strijklicht op de vloer viel. Later is het laminaat gaan afbladderen op de plekken waar de kopse kanten omhoog kwamen.
Ik heb in de winkel nog gevraagd of het laminaat geschikt was om bereden te worden met een rolstoel. Mij is toen verzekerd dat dat het geval was.
De consument verlangt, zo begrijpt de commissie, vervanging van het materiaal en vergoeding van de legkosten.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
Het gekochte materiaal is niet geschikt voor gebruik met een rolstoel en/of trippelstoel. De naden worden daardoor te zwaar belast, waardoor de clickverbinding inscheurt. Het gebruik van een trippelstoel is dermate specifiek dat een verkoper niet uit zichzelf, spontaan, hoeft te waarschuwen dat het gekochte laminaat daar niet geschikt voor is. Het had op de weg van de consument gelegen om daarnaar te informeren.
De ondernemer wil zich wel conformeren aan een uit te voeren onderzoek door een deskundige van de geschillencommissie.
Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Wij moeten afgaan op de bevindingen en conclusies van de expert die we naar de vloer hebben laten kijken. Vervolgens hebben wij uit coulance een aanbod gedaan dat volgens ons alleszins redelijk was.
Wat er in het verkoopgesprek aan de consument is medegedeeld is voor ons niet meer te achterhalen.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.
Bij de consument trof de deskundige in zijn woonhuis op de begane grond en op de eerste verdieping laminaatvloeren aan. De deskundige is begonnen met beoordelen op de eerste verdieping en trof daar een prima gelegde laminaatvloer aan, waar hij niets op aan te merken heeft.
Vervolgens heeft de deskundige op de begane grond de hal, woonkamer en keuken beoordeeld. Daarbij heeft hij een groot verschil geconstateerd met de eerste verdieping. Vele kopkanten komen omhoog en zijn gescheurd. Ook enkele delen zijn opgeschoven, wat waarschijnlijk is te wijten aan de rolstoel die door consument wordt gebruikt.
Het bevreemdt de deskundige dat consument zowel beneden als boven noodgedwongen gebruik maakt van een rolstoel en dat boven totaal geen onvolkomenheden aan het laminaat zijn
geconstateerd, maar beneden juist een ernstig probleem.
De deskundige leest in de brieven van de consument dat het laminaat voorheen onder een bank er net zo uit heeft gezien als nu in de hal, woonkamer en keuken. Dat deel is vervolgens vervangen voor nieuw laminaat en ligt er prima bij ondanks dat de consument er met de rolstoel erover heen rijdt.
De deskundige kan zich voorstellen dat de rolstoel die de consument gebruikt wel degelijk invloed kan hebben op het laminaat, maar er bestaat een groot verschil tussen het deel in de woonkamer en op de eerste verdieping waar consument ook regelmatig moet zijn.
De deskundige vindt het moeilijk om te beoordelen of de laminaatdelen waarbij ernstige
beschadigingen voorkomen (het komt ook niet bij alle delen voor in de hal, woonkamer en keuken) van een minder goede kwaliteit zijn. Mogelijk of waarschijnlijk zou er een partij laminaat delen
aanwezig zijn geweest die dan van een mindere kwaliteit is en niet bestand is tegen rolstoelen.
Het vervangen van de laminaatvloer in de hal, woonkamer en keuken behoort tot de mogelijkheden.
Maar 100% garanderen dat bij intensief gebruik van een rolstoel/trippelstoel geen beschadigingen zullen optreden is naar beste weten van de deskundige uitgesloten.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De aard en de omvang van de aangevoerde klachten zijn door de deskundige vastgesteld. De commissie is van oordeel dat de consument zich terecht beklaagt over de kwaliteit van het laminaat. Het is immers van tweeën één.
Bij gebreke aan andere aanwijsbare oorzaak wordt de klacht veroorzaakt door hetzij een gebrek aan het product, hetzij door het gebruik van de rolstoel en/of trippelstoel. In het eerste geval is duidelijk dat sprake is van een geleverd product dat niet aan de overeenkomst beantwoordt. Maar ook in het tweede geval is de commissie van oordeel dat dat het geval is.
De ondernemer heeft niet kunnen weerleggen dat de consument vóór aankoop van het laminaat bij winkelpersoneel heeft geïnformeerd of het laminaat geschikt was voor gebruik met een rolstoel en dat, na navraag, door het desbetreffende personeelslid is bevestigd dat dat het geval was. Verpakkingsmateriaal of handleidingen waaruit blijkt dat de consument erop bedacht had moeten zijn dat hij verkeerd was voorgelicht is niet in het geding gebracht. Evenmin is door de ondernemer aangevoerd dat de consument op eenvoudige wijze had kunnen waarnemen dat het product niet geschikt was om met een rolstoel overheen te rijden.
Een product is gebrekkig, wanneer het niet de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik noodzakelijk zijn en de eigenschappen die met het oog op een bijzonder gebruik zijn overeengekomen. In dit geval is de commissie van oordeel dat de ondernemer een partij laminaat heeft verkocht waarvan de consument mocht verwachten dat deze geschikt was voor gebruik met een rolstoel. Wanneer dan in de praktijk al zou blijken dat dat niet het geval is, staat in elk geval vast dat het product niet een eigenschap heeft bezeten waarvan de consument bij aankoop (op grond van de mededeling van het personeel van de ondernemer) mocht aannemen dat het die eigenschap wel bezat.
Het voorgaande voert de commissie tot het oordeel dat de ondernemer gehouden is de geleverde vloer te vervangen door een nieuwe, inclusief plinten, die bij de vervanging niet opnieuw gebruikt kunnen worden. Gelet op de bijzondere omstandigheden van dit geval (de consument is door een chronische ziekte niet in staat het laminaat zelf te leggen) acht de commissie daarnaast een vergoeding voor legkosten en kosten die gemaakt moeten worden voor het verwijderen van de oude vloer redelijk. De daarmee gemoeide kosten schat de commissie billijkheidshalve op € 500,–.
Het voorgaande voert dan tot na te melden beslissing.
Beslissing
De ondernemer levert aan de consument een nieuwe vloer van hetzelfde of een gelijkwaardig materiaal, met bijbehorende plinten, en draagt zorg voor het afvoeren van de door de consument te verwijderen oude vloerdelen.
Daarnaast betaalt de ondernemer aan de consument een vergoeding van € 500,– ter dekking van de kosten voor het verwijderen van de oude en het leggen van de nieuwe vloer. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 76,26 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Aldus beslist op 19 maart 2013 door de Geschillencommissie Doe-het-Zelfbedrijven.