Consument moet betalen voor de redelijke kosten van het definitief gasloos maken

  • Home >>
  • Energie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: Kosten    Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 2795/10388

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument heeft bij de ondernemer een aanvraag om de gaslevering stop te zetten ingediend. Hij heeft duidelijk aangegeven niet voor het stopzetten en de werkzaamheden te willen betalen. De ondernemer heeft uitgebreid verweer gevoerd, wat er op neer komt dat de klacht ongegrond verklaard moet worden. Uit eerdere uitspraken van de commissie blijkt dat uit veiligheidsoogpunt twee manieren van verwijderen acceptabel zijn en dat de ondernemer dit aan de consument moet voorleggen. De bedoeling hiervan is de consument de gelegenheid geven geen onnodige kosten te moeten betalen. Wat betreft de kosten is de commissie alleen bevoegd in te grijpen als het gaat om een onredelijk tarief. In dit geschil blijkt dat de door de ondernemer uitgevoerde manier van verwijderen goedkoper is dan een andere methode, daarom heeft de consument geen belang bij een toetsing door de commissie van de manier van verwijderen. De commissie oordeelt dat de klacht ongegrond is.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft het verwijderen van een gasaansluiting.

De consument heeft een bedrag van € 687,– niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Ik wenste niet meer van de gas-diensten van de ondernemer gebruik te maken en heb bij de aanvraag om de gaslevering stop te zetten duidelijk, en meerdere keren, aangegeven niet voor het stopzetten en de daarbij door de ondernemer in werking gestelde werkzaamheden te willen betalen.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Kortheidshalve verwijst de commissie naar het uitvoerig gedocumenteerde verweerschrift van de ondernemer, waarin hij tot de conclusie komt dat de klacht ongegrond dient te worden verklaard. Voor zover nodig gaat de commissie op de verweren van de ondernemer in.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De commissie stelt voorop dat het leveren van gas een publieke voorziening is en onderworpen is aan publiekrechtelijke regels. Dat betekent dat het opzeggen van een overeenkomst tot levering van gas gevolgen heeft die niet ter vrije beschikking van de betrokken partijen, onder wie de consument, staan. Daarom was de consument niet bevoegd de aansluiting zelf te verwijderen. Los van de vraag of de consument onherroepelijk opdracht heeft gegeven tot verwijdering van de aansluiting, de ondernemer was gehouden de aansluiting te verwijderen. In vele uitspraken heeft de commissie niet alleen uitgemaakt dat de ondernemer gerechtigd is daarvoor redelijke kosten in rekening te brengen, maar dat de consument ook gehouden is deze te betalen. Met betrekking tot de hoogte van het tarief – waarover de ACM beslissingsbevoegd is – is de commissie slechts bevoegd in te grijpen wanneer een evident onredelijk tarief in rekening wordt gebracht. Daarvan is in het onderhavige geval geen sprake. Wel heeft de commissie al eerder uitgesproken dat uit veiligheidsoogpunt een tweetal manieren van verwijderen acceptabel zijn en dat het op de weg van de ondernemer ligt aan de consument een keus voor te leggen. De bedoeling daarvan was de consument de gelegenheid te geven niet onnodige kosten te moeten betalen. Nu in het onderhavige geval is gebleken dat de door de ondernemer uitgevoerde wijze van verwijderen goedkoper is dan een andere methode, heeft de consument geen belang bij een nadere toetsing van de manier waarop de aansluiting verwijderd is.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Hetgeen partijen overigens naar voren hebben gebracht, kan niet tot een andere beslissing leiden en behoeft derhalve geen afzonderlijke bespreking.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Met inachtneming van bovenstaande van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend.
Het in depot gestorte bedrag wordt aan de ondernemer overgemaakt.

Conform het reglement van de commissie zal aan de ondernemer een bijdrage in de behandelingskosten in rekening worden gebracht.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit de heer mr. D.J. Buijs, voorzitter, de heer mr. F.J. Pirard, de heer drs. L. van Rootselaar, leden, op 11 februari 2020.