
Commissie: Verbouwingen en nieuwbouw
Categorie: (non)conformiteit / Schadevergoeding
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
157298/170346
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Dit geschil vloeit voort uit een overeenkomst van aanneming. Ondernemer heeft werkzaamheden aan de badkamer verricht en consument vindt deze niet naar behoren. Consument wil een schadevergoeding en herstel van de gebreken. Ondernemer meent dat alle verplichtingen jegens de consument zijn nagekomen. Er is een deskundigenrapport opgesteld. De deskundige ziet geen tekenen van ondeugdelijk werk. Consument is het niet eens met het rapport, omdat de normen waaraan getoetst is niet zijn overeengekomen. De commissie volgt het oordeel van de deskundige en oordeelt dat er geen sprake is van het niet leveren van deugdelijk werk. Ook geeft de commissie aan dat consument dan zelf moet onderbouwen waarom het geleverde werk niet aan de overeenkomst voldoet als hij het niet eens is met het deskundigenrapport. De deskundige toetst immers aan de normen die de branche standaard hanteert. De commissie verklaart de klacht van consument ongegrond.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Partijen verschillen erover van mening in welk opzicht en in hoeverre de badkamer en twee toiletten niet voldoen aan hetgeen de consument mocht verwachten.
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij wege van bindend advies te laten beslechten door de Geschillencommissie Verbouwingen en Nieuwbouw (hierna te noemen: de commissie).
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Op 20 januari 2023 heeft te Den Haag de mondelinge behandeling van het geschil door de commissie plaatsgevonden.
De consument is, hoewel tijdig en behoorlijk opgeroepen om ter zitting te verschijnen, niet verschenen. De ondernemer is wel verschenen en heeft ter zitting zijn standpunt nader toegelicht. De ondernemer werd ter zitting vertegenwoordigd door [naam] en [naam].
Standpunt van de consument
De consument heeft bij de commissie de volgende klachten voorgelegd:
1. Doucheslang
De doucheslang is beschadigd geleverd. De nieuwe doucheslang moet nog geleverd en geplaatst worden.
2. Ladefront badmeubel
Het ladefront is niet (goed) af te stellen.
3. Tegels
De tegels zijn niet egaal aangebracht. De herstelwerkzaamheden hebben de klacht niet verholpen. Bovendien is er schade aan in ieder geval één tegel ontstaan. Deze beschadiging is niet, althans niet goed verholpen.
4. WC
De WC is bijgewerkt met een voegstift. Dit heeft niet het gewenste effect gehad.
De consument verlangt een door de deskundige vast te stellen vervangende schadevergoeding voor de klachten die nog niet zijn hersteld. De consument verwacht dat het om een bedrag gaat van circa € 4.000, .
Subsidiair verlangt de consument herstel van de gebreken door de ondernemer binnen een termijn van 30 dagen na het wijzen van het bindend advies.
Meer subsidiair verlangt de consument een door de commissie in redelijkheid te bepalen oplossing.
Standpunt van de ondernemer
In de kern komt het standpunt van de ondernemer erop neer dat hij al zijn verplichtingen naar de consument is nagekomen.
1. Doucheslang
De ondernemer is nooit op de hoogte gesteld van gebreken aan een doucheslang.
2. Ladefront badmeubel
Het ladefront in de badkamer is volgens de leverancier verstelbaar. De ondernemer meent dat de variant die bij de consument hangt niet verstelbaar is. De ondernemer kan het ladefront daarom niet bijstellen.
3. Tegels
De afwijking die de consument in de tegels ervaart is te wijten aan een bolling die in de tegel is gebakken. Deze afwijking valt binnen de acceptabele marge. Er is geen herstelwerk vereist. Bovendien is de genoemde afgebroken tegel niet genoteerd op het door de consument ondertekende opleveringsrapport. Dat de schade voor de oplevering is ontstaan is dan ook niet komen vast te staan.
4. WC
De ondernemer is van mening dat de reparatie succesvol is uitgevoerd.
Deskundigenrapport
De commissie heeft een onderzoek laten uitvoeren door ing. [naam] (hierna te noemen: de deskundige), die daarover op 14 november 2022 schriftelijk aan de commissie heeft gerapporteerd. De inhoud van dit rapport geldt – voor zover hierna niet aangehaald – als hier herhaald en ingelast.
Partijen zijn in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het rapport van de deskundige.
De consument heeft op het rapport gereageerd per brief van 29 november 2022. De consument is het niet eens met de bevindingen van de deskundige. De consument heeft aangevoerd dat de normen waaraan getoetst wordt niet zijn overeengekomen en dat voor alle nog openstaande punten geen sprake is van goed en deugdelijk werk. Voor wat betreft de badkamer merkt de consument nog op dat deze goed was, maar alleen hersteld moest worden doordat de ondernemer schade had veroorzaakt. De ondernemer heeft het niet hersteld naar hoe het oorspronkelijk was, maar zich binnen de door de deskundige genoemde norm gehouden waardoor de consument ontevreden is en blijft over de tweede oplevering. Bij de eerste oplevering waren de tegels perfect.
De ondernemer heeft niet schriftelijk op het rapport van de deskundige gereageerd.
Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van hetgeen partijen schriftelijk en mondeling naar voren hebben gebracht en met inachtneming van de inhoud van de in het geding gebrachte stukken, overweegt de commissie als volgt.
Vaststaat dat tussen partijen op 6 oktober 2020 een overeenkomst tot stand is gekomen waarbij de consument opdracht heeft gegeven tot uitvoering van werkzaamheden aan zijn woning (hierna te noemen: de overeenkomst). Op de overeenkomst zijn de Consumentenvoorwaarden 2010 (Covo 2010) van toepassing.
Voor zover de consument zich erop heeft beroepen dat de normen en richtlijnen waaraan de deskundige heeft getoetst, niet tussen partijen zijn overeengekomen, geldt het volgende. Ook wanneer partijen dit niet uitdrukkelijk zijn overeengekomen, dient de ondernemer zich bij de verwerking van materialen en het realiseren van werken te houden aan de normen die zich in de praktijk als best practices hebben bewezen, neergelegd in bijvoorbeeld uitvoeringsrichtlijnen (URL) en SKG-normen. Wanneer toetsing aan die normen niet zou worden geaccepteerd, zouden ofwel voor iedere verwerking separaat afspraken moeten worden gemaakt, hetgeen tot een ‘papieren tijger’ zou leiden, ofwel consumenten in het ongewisse blijven over de wijze waarop een deugdelijk wijze van verwerking zou moeten worden uitgevoerd. In het laatste geval zou de consument zelf moeten onderbouwen waarom het geleverde werk niet aan de overeenkomst zou voldoen, hetgeen vanzelfsprekend ongewenste situaties zou opleveren. Algemeen aanvaard is dat deskundigen toetsen aan de normen die de branche als standaard hanteert, welke normen in dit geval ook door de deskundige zijn toegepast.
1. Doucheslang
De consument heeft klachtonderdeel 1 – doucheslang – tijdens de inspectie door de deskundige op 14 oktober 2022 ingetrokken. Dit onderdeel behoeft dan ook geen verdere bespreking.
2. Ladefront badmeubel
De deskundige heeft aan de rechterzijde van het badmeubel een verlopende sluitnaad vastgesteld. De sluitnaad verloopt van de boven- tot aan de onderzijde (in het vlak) van circa 1 tot circa 4 mm. Het verlopen van de betreffende naad kan door middel van nastellen niet worden verholpen.
De deskundige geeft aan dat voor onvlakheid van de ladefronten van keuken- en badmeubels ten opzichte van de kastrompen geen regels bestaan voor wat betreft de toegestane toleranties. Het verlopen van het ladefront ten opzichte van de kastromp aan de rechterzijde van het badmeubel was bij inspectie op circa
1 meter afstand niet dan wel nauwelijks zichtbaar. Het verlopen van het ladefront heeft geen invloed op het functioneren van de lade.
De commissie volgt tot zover het oordeel van de deskundige. Het oordeel van de deskundige dat het verloop van de sluitnaad niet acceptabel is en dat sprake is van een minderwaarde (wegens strijd met de eisen van goed en deugdelijke werk) wordt door de commissie echter niet gevolgd. De ondernemer heeft tijdens de zitting aangegeven dat de verlopende sluitnaad nauwelijks zichtbaar is. De consument was niet bij de zitting aanwezig om dat te weerleggen.
De deskundige geeft in zijn rapport aan dat het verloop van de sluitnaad op 1 meter afstand niet dan wel nauwelijks zichtbaar is. Voorts leidt de commissie uit de foto’s en beschrijving af dat het, om de onvolkomenheid vast te stellen, noodzakelijk is om onder het badmeubel te kijken, hetgeen niet gebruikelijk is. Er is naar het oordeel van de commissie dan ook geen sprake van strijd met eis van goed en deugdelijk werk. Het klachtonderdeel is ongegrond en het door de consument verlangde wordt afgewezen.
3. Tegels
De deskundige geeft aan dat in verband met een breuk van de douchewand de tegel ter plaatse van de ingang van de douche is verlegd. Hierdoor zou ten opzichte van het aangrenzende vloertegelwerk een hoogteverschil aanwezig zijn. De deskundige heeft ter plaatse van de tegels het hoogteverschil ten opzichte van de aangrenzende vloertegels opgemeten. Dit hoogteverschil varieert van 0 tot ca. 1 mm. Volgens de URL 35-101 van SKG-ICOB (uitvoeringsrichtlijn voor het aanbrengen van wand- en vloertegels in reguliere binnentoepassingen van 13 april 2017) is een hoogteverschil tussen aangrenzende vloertegels van 1 mm toelaatbaar. Het vloertegelwerk voldoet aan deze uitvoeringsrichtlijn.
De commissie volgt het oordeel van de deskundige. Het tegelwerk voldoet aan de toepasselijke norm en ook overigens is er sprake van goed en deugdelijk werk. Het klachtonderdeel is ongegrond en het door de consument verlangde wordt afgewezen.
De consument heeft tijdens de inspectie een aanvullende klacht gemeld. Deze klacht is echter niet eerder voorgelegd aan de ondernemer en is evenmin op het vragenformulier van de commissie vermeld zodat deze klacht niet in behandeling wordt genomen. De consument is in zoverre niet-ontvankelijk in zijn klacht.
4. WC
De deskundige constateert dat in het toilet bij het tegelwerk op het inbouwreservoir bij de linkeronderhoek van de bedieningsknop van het wandcloset een voeg iets breder oogt dan het resterende voegwerk. Het betreft echter een beschadiging aan de wandtegel die door de ondernemer met een lakstift is bijgewerkt. De voegbreedte bedraagt aldaar circa 2,5 mm ten opzichte van circa 2 mm ter plaatse van het resterende deel van de voeg. Deze afwijking in het voegwerk valt binnen de toleranties volgens URL 35-101. Vanuit het oogpunt van goed en deugdelijk werk is geen sprake van een storend gebrek.
De commissie volgt het oordeel van de deskundige. Het klachtonderdeel is ongegrond en het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Beslissing
De commissie, beslissend naar redelijkheid en billijkheid, met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst en de daarvan deel uitmakende voorwaarden:
-verklaart de consument niet-ontvankelijk in de aanvullende klacht op klachtonderdeel 3;
-verklaart de klachtonderdelen 2, 3 en 4 ongegrond;
-wijst af hetgeen door de consument is gevorderd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Verbouwingen en Nieuwbouw, bestaande uit mevrouw mr. M.L. Braaksma, voorzitter, de heer ing. G.J. van Ingen en mevrouw mr. drs. S. Meinhardt, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. [naam], secretaris, op 20 januari 2023.