Consument zegt ligplaats tussentijds op, moet welkomstkorting terugbetalen

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Waterrecreatie    Categorie: Betaling / Ontbinding/opzegging/tussentijdse beëindiging    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 197693/203868

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Het geschil betreft de verhuur van een ligplaats. De consument heeft een ligplaats gehuurd voor een periode van drie jaar, maar heeft deze tussentijds opgezegd. De ondernemer verlangt terugbetaling van de welkomstkorting die de consument heeft ontvangen. De consument beroept zich op een mondelinge afspraak met een medewerkster van de ondernemer, waarbij was afgesproken dat de terugbetaling van de welkomstkorting verrekend zou worden op basis van de werkelijke duur van het contract. De ondernemer stelt dat er geen aantekeningen zijn van deze afspraak en dat de welkomstkorting terugbetaald moet worden bij vroegtijdige opzegging. De commissie overweegt dat de consument rechtsgeldig mocht opzeggen volgens de HISWA-voorwaarden en dat de ondernemer de opzegging heeft bevestigd. Het contract bepaalt dat de consument een eenmalige welkomstkorting ontvangt, en de terugbetalingsverplichting is duidelijk gecommuniceerd in een e-mail naar de consument. De commissie vindt onvoldoende grond om de ondernemer te verplichten tot restitutie en wijst de vordering van de consument af. Het geschil wordt als ongegrond beschouwd.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de verhuur van een ligplaats in de periode 1 april 2021 tot 1 april 2024, voor een
huurprijs van € 1.059,54 per jaar (liggeld), exclusief overige kosten. De consument heeft in november 2022
de klacht per e-mail aan de ondernemer voorgelegd.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt
het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft voor de duur van drie jaar een ligplaats gehuurd bij de ondernemer. Op 26 oktober
2022 heeft de consument de huur van deze ligplaats tussentijds opgezegd. De ondernemer verlangt
terugbetaling van de volledige welkomstkorting van € 211,91 per jaar voor twee jaar, omdat de consument
nog voor het einde van de drie jaarstermijn heeft opgezegd. De consument beroept zich op artikel 8 van de
HISWA algemene voorwaarden huur en verhuur lig- en/of bergplaatsen voor vaartuigen en aanverwante
artikelen (hierna: HISWA-voorwaarden), waarin onder meer is bepaald dat partijen de huurovereenkomst
voor een periode van één jaar aangaan, tenzij partijen iets anders overeenkomen.

De consument is van mening dat de verplichting tot terugbetaling van de welkomstkorting niet contractueel
is vastgelegd en bovendien heeft zij een mondelinge afspraak met een medewerkster van de ondernemer gemaakt, waarbij is afgesproken dat de terugbetaling van de welkomstkorting verrekend
zou worden op basis van de werkelijke duur van het contract en dat zij nu het contract twee jaar heeft
gelopen dus recht heeft op 15% korting. Desondanks heeft de ondernemer een incassobureau
ingeschakeld en heeft de consument onder protest het bedrag van € 488,14 betaald. De consument
verlangt terugbetaling van genoemd bedrag en daarnaast € 300,– extra voor door ontstane stress en
gemaakte tijd.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern
komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft met ingang van 1 april 2021 een driejarig contract met winterberging afgesloten. In het
contract is bepaald dat een éénmalige welkomstkorting van 20% per jaar geldt vanwege de contractduur
van drie jaar. In de e-mail van een (inmiddels oud-)medewerkster van 4 maart 2021, die voorafgaand aan
de ingangsdatum van het contract aan de consument is toegestuurd, is aan de consument meegedeeld dat
contracten per jaar opzegbaar zijn, waarbij een opzegtermijn van drie maanden geldt, maar dat de genoten
welkomstkorting dan wel door de klant moet worden terugbetaald. De ondernemer heeft geen
aantekeningen in het klantenscherm met betrekking tot eventuele mondelinge afwijkende afspraken tussen
de consument en de oud-medewerker, zoals de consument heeft gesteld. Ook heeft de ondernemer geen
schriftelijke bevestiging van de vermeende afspraak per e-mail van de consument ontvangen. De
ondernemer is zeer coulant/tolerant naar de klant toe geweest gezien de eerdere ervaringen met de
consument.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Vast staat dat de consument bij de ondernemer een ligplaats heeft gehuurd voor de periode 1 april 2021 tot
1 april 2024 en een eenmalige welkomstkorting van 20% vanwege de contractduur van drie jaar heeft
ontvangen van € 211,91 per jaar. Voorts staat vast dat de ondernemer bij e-mail van 4 maart 2021 aan de
consument heeft geschreven: “(..) Zoals u kunt lezen in de offerte krijgt u bij een 2 jarig contract 15%
korting en bij een 3 jarig contract 20% korting.

Toelichting hierbij is dat mocht u kiezen voor een 2 of 3 jarig contract u niet direct voor deze periode vast
zit. Contracten zijn per jaar opzegbaar (opzegtermijn 3 maanden), echter betaalt u alleen de genoten
korting terug indien u vroegtijdig opzegt. (..)”
Verder staat vast dat de consument de ondernemer op 26 oktober 2022 liet weten dat zij de ligplaats per 1
april 2023 wilde opzeggen. De opzegging vond aldus plaats tijdens de looptijd van de huurperiode van 1
april 2021 tot 1 april 2024, met inachtneming van de overeengekomen opzegtermijn.

De consument heeft ter zitting verklaard dat zij rechtsgeldig mocht opzeggen met een beroep op artikel 8
van de HISWA-voorwaarden. Dit is ook niet in geschil.

De ondernemer heeft bij e-mail van 27 oktober 2022 aan de consument de opzegging bevestigd en
meegedeeld dat de consument de genoten welkomstkorting dient terug te betalen als gevolg van de
vroegtijdige opzegging.

In het contract is bepaald dat de consument een eenmalige welkomstkorting van 20% vanwege
contractduur van drie jaar ad € 211,91 per jaar ontvangt. De terugbetalingsverplichting is in de e-mail van 4
maart 2021 uitdrukkelijk aan de consument kenbaar gemaakt. Deze e-mail is door de consument
ontvangen en zonder protest behouden. Niet gebleken is dat de consument op een later moment hiertegen
heeft geprotesteerd.

Evenmin is aannemelijk geworden dat de ondernemer een andersluidende afspraak met de consument
heeft gemaakt, zoals door de consument is gesteld. De commissie acht daarom onvoldoende grond
aanwezig om de ondernemer te verplichten een restitutie toe te passen. De vordering van de consument
wordt daarom afgewezen.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Waterrecreatie, bestaande uit de heer mr. J.N. de Blécourt,
voorzitter, de heer J. Zetzema, mevrouw J.M.A. van Haren, leden, in aanwezigheid van mevrouw
mr. M. Land Smorenburg, secretaris, op 17 april 2023.