consument zelf aansprakelijk voor schade als hij verhuisdozen zelf heeft ingepakt.

  • Home >>
  • Verhuizen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Verhuizen    Categorie: Schadevergoeding    Jaartal: 2016
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 97190

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Vergoeding van bij verhuizing veroorzaakte schade aan goederen van de consument, die zich tevens beklaagt over de lakse houding van de ondernemer bij het melden en afwikkelen van de schade.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

Bij de op 26 januari 2015 door de ondernemer uitgevoerde verhuizing is schade ontstaan aan de opbouw van een boxspring combinatie, een antieke porseleinkast, een kledingkast en een antieke Delftse klepkan. Nadat de schade door de consument op 27 januari 2015 aan de ondernemer was gemeld is de heer H.H. na op 12 februari 2015 niet op een afspraak bij de consument te zijn verschenen, op 18 februari 2015 gekomen om de schade te beoordelen. Deze was zeer onverschillig (“die dingen gebeuren nu eenmaal”), maar zegde toe de zaak te zullen regelen. Daarna heeft de consument lange tijd niets meer van de ondernemer vernomen en heeft hij zelf alles moeten doen om te trachten zijn schade vergoed te krijgen. Hij heeft op 19 mei 2015 de kwestie aangekaart bij de Organisatie van Erkende Verhuizers, welke contact met de ondernemer heeft opgenomen om contact met hem op te nemen. Dat laatste is niet gebeurd. Tevens adviseerde de Organisatie aan de consument om de zaak zelf bij de tussenpersoon van de verzekering van de ondernemer melden. Toen hij dat deed bleek de schade aldaar niet bekend. Nadat de schade door een expert was getaxeerd heeft de ondernemer uiteindelijk in augustus of september de schade aan de boxspring en kasten vergoed voor in totaal € 1532,80. De schade aan de klepkan, waarvan de waarde ooit was getaxeerd op € 750,– is ten onrechte niet vergoed. Deze schade moet ontstaan zijn door onoordeelkundig dan wel onvoorzichtig transport. De doos waarin de klepkan zat verpakt moet zijn omgevallen of te hardhandig zijn neergezet. De consument verlangt betaling van € 750,–.

Standpunt van de ondernemer

Deze erkent dat bij de verhuizing schade is ontstaan. Bij het contact daarover is een communicatiemisverstand ontstaan waardoor zaak veel te lang is blijven liggen. Toen men alsnog aan de bel trok is alles in het werk gesteld om de kwestie op te lossen en is aan de consument diens schade vergoed. De ondernemer is niet aansprakelijk voor de schade aan de klepkan, nu deze door de consument zelf is ingepakt. In dat geval sluiten de Algemene Voorwaarden aansprakelijkheid voor schade uit.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Met betrekking tot de schade aan de klepkan geldt dat de consument ter zitting heeft erkend dat hij de inhoud van de doos waarin de klepkan zat zelf heeft ingepakt. Daarbij heeft hij aangevoerd dat bij het verstrekken van de opdracht tussen hem en de ondernemer was besproken dat de consument de keus had om dozen zelf in te pakken. Hem had bij die gelegenheid moeten worden meegedeeld dat in dat geval eventuele schade voor zijn rekening zou blijven, en dat is niet gebeurd.

Deze redenering kan de consument niet baten. De door de consument ondertekende opdrachtbevestiging d.d. 17 november 2014 verwijst expliciet naar de Algemene Voorwaarden voor Verhuizingen. Daarin wordt in art 15 lid 3 aansprakelijkheid van de ondernemer voor schade aan de inhoud van door de consument zelf ingepakte dozen uitgesloten.

Deze uitsluiting van aansprakelijkheid kan alleen worden doorbroken wanneer zou komen vast te staan dat niettegenstaande degelijk inpakken schade is ontstaan door evident onoordeelkundig en/of onvoorzichtig transport van de doos door de ondernemer. Daarvan is echter onvoldoende gebleken.

De consument heeft in dit verband gesteld dat de ondernemer de hele verhuizing, getuige ook de overige schade, onzorgvuldig heeft uitgevoerd. Zo bleken vele dozen besmeurd met olie, die uit een ingepakte, weliswaar leeg gemaakte maar niettemin waarschijnlijk scheef gehouden, frituurpan was gelopen. Omdat de schade aan de kan er uit bestond dat de gehele glazen bodem er in stukken uit was gevallen, moet dit zijn veroorzaakt door te hardhandig neerzetten.

Deze redenering wordt echter ontkracht door het feit, zoals door de consument ter zitting toegelicht, dat de klepkan zich in een verhuisdoos bevond te midden van andere breekbare voorwerpen, o.a. kristallen vazen. Deze hebben het transport echter ongeschonden doorstaan, zoals de consument heeft verklaard. Aldus is onvoldoende aangetoond dat sprake is geweest van onvoorzichtig transport als oorzaak van de schade aan de klepkan. Deze moet dan ook voor rekening van de consument blijven. In zoverre is de klacht ongegrond.

De consument heeft zich er echter in het door hem ingevulde klachtformulier terecht over beklaagd dat de ondernemer niet adequaat heeft gereageerd op de schademelding d.d. 27 januari 2015 door daar in het geheel niets mee te doen, iets wat de ondernemer in zijn verweerschrift lijkt te erkennen met de stelling dat “over de schade een communicatie misverstand is ontstaan”. De ondernemer heeft ter zitting niet aannemelijk kunnen maken dat hier sprake was van een reëel misverstand waaraan hij niet debet was. Integendeel, ter zitting is de indruk versterkt dat de ondernemer maandenlang hoegenaamd geen enkel gevolg aan de schademelding heeft gegeven en dat het aan de inspanningen van de consument te danken is geweest dat het uiteindelijk tot een afwikkeling van de schade is gekomen. Van de stelling van de ondernemer: “Toen men alsnog aan de bel trok is alles in het werk gesteld om de kwestie op te lossen.” is evenmin iets gebleken. Het lag op de weg van de ondernemer aanstonds na de melding van de schade actie te ondernemen, gezien het feit dat de te verhuizen inboedel blijkens het Garantiecertificaat door hem was verzekerd. In zoverre heeft de ondernemer niet gehandeld als van een goed verhuizer mocht worden verwacht en is de klacht gegrond.

Een en ander dient te leiden tot de volgende

Beslissing

De klacht is ongegrond ten aanzien van het niet vergoeden van de schade aan de klepkan.

De klacht is gegrond ten aanzien van het niet naar behoren omgaan door de ondernemer met de schademelding van de consument.

De ondernemer dient het door de consument betaalde klachtengeld ad € 77,50 aan deze te vergoeden.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 200,–.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Verhuizen op 16 december 2015.