Commissie: Zorg Algemeen
Categorie: Informed consent / zorgvuldig uitvoeren ingreep / zorgvuldige klachtafhandeling
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
210299/225551
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Cliënte verwijt de zorgaanbieder dat hij een neuscorrectie ondeskundig heeft uitgevoerd met als gevolg dat ze een kostbare hersteloperatie in Turkije heeft moeten ondergaan ( van € 11.545 ,- ). De zorgaanbieder stelt dat cliënte voor de ingreep herhaaldelijk en uitgebreid ingelicht is over de verwachtingen in verband met het resultaat en mogelijke complicaties en eventuele alternatieven. Cliënte heeft een behandelovereenkomst ondertekend en er heeft nog een controlegesprek plaatsgevonden waarin het beoogde resultaat en de verwachtingen nogmaals zijn besproken. De commissie oordeelt dan ook dat er sprake is van informed consent. De ingreep is geheel volgens plan uitgevoerd en de commissie stelt vast dat de ingreep lege artis is uitgevoerd, zonder complicaties. De opererend arts heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting. Het resultaat was naar medische maatstaven aanvaardbaar. Verder is naar het oordeel van de commissie goed is omgegaan met de klacht van de cliënte, nu de behandelend KNO-arts zijn collega gevraagd heeft het resultaat van de ingreep mee te beoordelen. Nu deze arts mogelijkheden tot verbetering zag, is cliënte aangeboden een hersteloperatie te laten uitvoeren door de collega KNO-arts. Wanneer cliënte hier niets voor zou voelen, zou ze helft van de kosten van de ingreep terug krijgen. Zij heeft het aanbod niet geaccepteerd en heeft in Turkije een omvangrijkere en kostbare operatie laten uitvoeren. De commissie stelt dan ook vast dat de zorgaanbieder is niet in de gelegenheid gesteld een herbehandeling uit te voeren. De kosten van die operatie in Turkije kan de cliënte niet op de zorgaanbieder verhalen.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de kwaliteit van de geleverde zorg. De cliënte verwijt de zorgaanbieder dat hij een neuscorrectie ondeskundig heeft uitgevoerd ten gevolge waarvan de cliënte een kostbare hersteloperatie heeft moeten ondergaan. Daarbij verwijt de cliënte de zorgaanbieder een onjuiste handelwijze ten aanzien van haar klachten.
Standpunt van de cliënte
Op 20 juli 2021 heeft de cliënte een cosmetische neuscorrectie laten uitvoeren in de kliniek van de zorgaanbieder. De operatie werd uitgevoerd door dr. [naam].
Het resultaat was echter totaal niet wat was besproken en wat de cliënte verwacht had. Na de ingreep was de neus van de cliënte mismaakt. Dr. [naam] bagatelliseerde de klachten echter; het zou slechts gaan om een deukje in de neusbrug dat kon worden behandeld met fillers. Er was echter sprake van een deuk in de neusrug aan de rechterkant, een grote deuk in de neusvleugel ook aan de rechterkant, een breedteverschil in de neusbrug, en een symmetrieverschil van de neusvleugels. Ook ervoer de cliënte fysieke klachten zoals ademhalingsklachten, omdat tijdens het verrichten van inspanning haar neusvleugels dichtklapten. Na de ingreep waren de neusvleugels minder stevig dan voorheen. De cliënte heeft de indruk dat te veel kraakbeen is weggehaald. Daarbij is door de ingreep het neustussenschot scheef gaan staan waardoor de cliënte zeer regelmatig een verstopte neus had en slechter sliep dan voorheen. Een bril op haar neus dragen, was voor de cliënte te pijnlijk.
Meerdere gesprekken met de andere arts van de kliniek, dr. [naam], maakten voor de cliënte duidelijk dat dr. [naam] onbekwaam was en niet de kennis en ervaring had om de operatie van de cliënte uit te voeren. Dr. [naam] heeft tijdens deze gesprekken aangegeven dat hij de bezwaren van de cliënte snapte en dat er verbeteringen nodig waren. Hij gaf aan dat dr. [naam] de operatie met zijn kennis en ervaring heeft geprobeerd tot een goed einde te brengen, maar hem dit niet gelukt was. Als de cliënte dit vooraf had geweten, had zij de operatie nooit door dr. [naam] laten uitvoeren. Toen de cliënte haar klachten uitte, heeft dr. [naam] haar een terugbetaling van de helft van de operatiekosten ( € 2.500,–) aangeboden, of in plaats daarvan een door hem zelf uit te voeren revisieoperatie. Die operatie zou dan plaatsvinden in het Radboudumc waar dr. [naam] als KNO-arts werkzaam is en waarvoor de cliënte een verwijsbrief van haar huisarts moest vragen. Het ziekenhuis zou dan de kosten van de operatie kunnen claimen bij de zorgverzekeraar van de cliënte. De cliënte had haar bedenkingen, omdat het haar bekend is dat dit soort cosmetische ingrepen niet voor vergoeding in aanmerking komt. Dr. [naam] bleef echter aangeven dat het een kosteloze hersteloperatie betrof. De cliënte had de indruk dat hiermee de verantwoordelijkheid en gevolgen van de aan de cliënte toegebrachte schade werden afgeschoven en afgewenteld op de zorgverzekeraar en daarmee op de maatschappij. De cliënte had haar vraagtekens bij deze dubieuze werkwijze en na advies van een advocaat heeft zij besloten hier niet in mee te gaan. De cliënte had een behandelovereenkomst met de kliniek en niet met het Radboudumc. Het was dan ook aan de kliniek om de problemen op te lossen en daar de financiële consequenties van te dragen.
De cliënte heeft een revisieoperatie ten bedrage van € 11.545 ,– moeten laten uitvoeren in Turkije. Tijdens de consulten hieraan voorafgaand bleek dat ook andere problemen waren ontstaan door de ingreep door dr. [naam]. Een intensieve hersteloperatie was dan ook noodzakelijk.
De cliënte begrijpt dat er risico’s zijn aan een ingreep, maar het zeer slechte resultaat maakt dat de cliënte de zorgaanbieder verwijt dat hij niet heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting ten opzichte van haar.
Omdat het de cliënte niet gelukt is om met de zorgaanbieder tot een aanvaardbare oplossing te komen, heeft zij haar klacht voorgelegd aan de commissie. De cliënte verlangt een erkenning van haar klachten die zij ter zitting middels geluidsopnames van de gesprekken met de zorgaanbieder nader wenst toe te lichten.
Voorts verlangt de cliënte een vergoeding van de schade die zij door toedoen van de zorgaanbieder heeft geleden ter hoogte van € 24.795,–. Dit bedrag bestaat uit de kosten van de revisieoperatie van € 11.545,– , bijkomende kosten van onder meer reis en verblijf in Turkije van € 6.750,– en een vergoeding voor de immateriële schade ten bedrage van € 6.500,–.
Standpunt van de zorgaanbieder
De cliënte heeft zich op 24 maart 2021 bij de kliniek van de zorgaanbieder gemeld met een hulpvraag voor een kleinere neus vanuit het zijaanzicht, een smallere tip van de neus en een recht dorsum (neusrug) in het vooraanzicht. Na onderzoek werd in overleg met de cliënte een plan opgesteld voor een operatie eind juli 2021. De cliënte is voorafgaand aan de ingreep herhaaldelijk en uitgebreid geïnformeerd over de verwachtingen ten aanzien van het resultaat en mogelijke complicaties en eventuele alternatieven. Op 19 juni 2021 heeft de cliënte de behandelovereenkomst ondertekend en op 30 juni 2021 vond een controlegesprek plaats waarin het beoogde resultaat en de verwachtingen nogmaals zijn besproken. Er was dan ook sprake van informed consent. Op 20 juli 2021 is de ingreep uitgevoerd, die geheel volgens plan verliep. De cliënte toonde aanvankelijk haar tevredenheid.
Nadien bleek de cliënte niet tevreden over enkele aspecten van het bereikte resultaat en heeft zij eerst een gesprek gevoerd met dr. [naam], de behandelend arts. Hij heeft haar een vervolgbehandeling met fillers aangeboden en voorgesteld zijn collega dr. Ingels mee te laten denken over eventuele andere oplossingen. Vervolgens heeft dr. [naam] verder onderzoek verricht en aangeboden om een revisieoperatie uit te voeren om de ontevredenheid weg te nemen, of de helft van de kosten van de neusoperatie terug te betalen. De cliënte heeft van deze oplossingen geen gebruik gemaakt en heeft zich, zonder de zorgaanbieder daarvan in kennis te stellen, voor een revisieoperatie tot een plastisch chirurg in Turkije gewend.
De cliënte verwijt de zorgaanbieder:
- dat dr. [naam] niet bekwaam zou zijn om de operatie uit te voeren.
Dr. [naam] is echter sinds 2007 werkzaam als KNO-arts in het Radboudumc en gespecialiseerd in de plastische en reconstructieve aangezichtschirurgie en is een bekwaam arts met een ruime ervaring op het gebied van neuscorrecties.
- dat dr. [naam] zijn inspanningsverplichting ten aanzien van de cliënte niet zou zijn nagekomen.
Niet alleen heeft dr. [naam] zich voor en tijdens de operatie ingespannen om voor de cliënte een goed resultaat te bereiken en is de ingreep lege artis uitgevoerd, maar heeft hij zich ook nadien tezamen met dr. [naam] ingespannen om de ontevredenheid van de cliënte weg te nemen en haar daartoe meerdere opties geboden. De zorgaanbieder benadrukt dat esthetische plastische chirurgie geen exacte wetenschap is en dat het bij de waardering van het resultaat gaat om een grotendeels subjectief oordeel. Garanties over een te bereiken resultaat zijn niet gegeven en zijn ook niet te geven.
- dat de zorgaanbieder ten onrechte zou hebben gepoogd de kosten voor de hersteloperatie te laten vergoeden door de zorgverzekeraar.
Gelet op de neusobstructieklachten die de cliënte aangaf te ervaren, bestond de mogelijkheid om de revisieoperatie onder te brengen bij het Radboudumc. Het Radboudumc zou de kosten kunnen declareren bij de zorgverzekeraar; er was immers sprake van een medische noodzaak en niet van een cosmetische ingreep. Dit is door dr. [naam] met de cliënte besproken.
De zorgaanbieder is van mening dat de klachten van de cliënte ongegrond zijn en er geen reden is voor het toewijzen van een schadevergoeding.
Beoordeling van het geschil
De commissie dient te beoordelen of de zorgaanbieder (de KNO-arts) zorgvuldig heeft gehandeld voor, tijdens en na de neusoperatie die hij op 20 juli 2021 bij de cliënte heeft uitgevoerd.
Bij de beoordeling van deze klacht geldt het volgende beoordelingskader. De overeenkomst die is gesloten tussen de cliënte en de zorgaanbieder is aan te merken als een geneeskundige behandelingsovereenkomst in de zin van artikel 7:446 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Bij de uitvoering van de geneeskundige behandelingsovereenkomst moet de hulpverlener – in dit geval de KNO-arts – de zorg van een goed hulpverlener in acht nemen. Daarbij moet de hulpverlener handelen in overeenstemming met de op hem rustende verantwoordelijkheid die voortvloeit uit de voor hulpverleners geldende professionele standaard (artikel 7:453 van het BW), die mede bepaald wordt door onder meer de stand en inzichten van de medische wetenschap, richtlijnen en protocollen. Deze zorgplicht houdt in dat de hulpverlener die zorg moet betrachten die een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot/hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
De zorgplicht houdt in beginsel geen resultaatsverplichting in, maar wordt aangemerkt als een inspanningsverplichting. Van een tekortkoming kan dan ook pas worden gesproken indien komt vast te staan dat de hulpverlener zich onvoldoende heeft ingespannen of bij de inspanning een fout heeft gemaakt.
De commissie dient te onderzoeken of de KNO-arts bij de uitvoering van de geneeskundige behandelingsovereenkomst in de gegeven omstandigheden al dan niet de hiervoor omschreven zorgplicht heeft nageleefd.
De commissie heeft het volgende overwogen.
De cliënte had op 24 maart 2021, toen zij zich bij de kliniek van de zorgaanbieder meldde, een precieze en gedetailleerde wens voor een kleinere neus vanuit het zijaanzicht, een smallere tip van de neus en een rechte neusrug in het vooraanzicht. Uit het dossier is de commissie gebleken dat de KNO-arts de mogelijkheden en onmogelijkheden van de wensen van de cliënte en de verwachtingen en resultaten van de ingreep met haar heeft besproken en haar heeft gewezen op mogelijke complicaties en risico’s.
Op 19 juni 2021 heeft de cliënte de behandelovereenkomst ondertekend waarmee sprake was van informed consent.
De commissie stelt vast dat de ingreep op 20 juli 2021 lege artis is uitgevoerd en zonder complicaties is verlopen. De zorgaanbieder heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting ten opzichte van de cliënte.
Het resultaat was naar medische maatstaven aanvaardbaar.
Voor de verwijten ten aanzien van de bekwaamheid van de KNO-arts heeft de commissie geen enkele aanwijzing gevonden. Beide KNO-artsen van de kliniek van de zorgaanbieder zijn als specialist verbonden aan het Radboudumc.
De commissie is van oordeel dat de zorgaanbieder vervolgens op juiste wijze is omgegaan met de klacht van de cliënte ten aanzien van het naar haar mening tegenvallende resultaat. Om de klacht van de cliënte nog beter te kunnen toetsen, heeft de behandelend KNO-arts zijn collega KNO-arts gevraagd om het resultaat van de ingreep mede te beoordelen. De zorgaanbieder heeft hiermee zorgvuldig ten opzichte van de cliënte gehandeld. Omdat de arts mogelijkheden tot verbetering van de neuscorrectie zag, is een aanbod gedaan om een revisieoperatie te laten uitvoeren door de collega KNO-arts of, als de cliënte hier niet voor zou voelen, om de helft van de kosten van de ingreep aan haar terug te betalen. Omdat de cliënte functionele neusproblemen ervoer, kon – anders dan voor een cosmetische ingreep – een vergoeding van de operatie aan de zorgverzekeraar van de cliënte worden gevraagd, zo begrijpt de commissie.
De cliënte heeft het aanbod van de zorgaanbieder niet geaccepteerd en heeft, zonder de zorgaanbieder hierin te kennen, een ingrijpende en kostbare revisieoperatie laten uitvoeren in Turkije.
De cliënte heeft de zorgaanbieder dan ook niet in de gelegenheid gesteld een herbehandeling of nacorrectie uit te voeren (zie artikel 6 van de behandelovereenkomst: “ (De cliënte verklaart) te hebben begrepen dat een eventuele herbehandeling of nacorrectie onderdeel uitmaakt van de behandeling indien deze ook door de arts zinvol en haalbaar geacht wordt”), maar heeft gekozen voor behandeling door een arts in Turkije en een ingrijpende operatie met een ander, meeromvattend karakter. Uit het dossier blijkt dat bij die operatie ook de concha (de neusschelpen) zijn betrokken, die geen onderdeel uitmaakten van de cosmetische ingreep door de KNO-arts. De kosten van die operatie kan de cliënte niet op de zorgaanbieder verhalen.
Omdat, zoals hiervoor is toegelicht geen sprake is van enig verwijtbaar handelen van de zorgaanbieder en hij aan zijn inspanningsverplichting en zorgplicht ten opzichte van de cliënte heeft voldaan, verklaart de commissie de klachten van de cliënte ongegrond. Het verzoek tot het toekennen van schadevergoeding wordt dan ook afgewezen.
In de ter zitting afgespeelde geluidsopnames van de tussen de cliënte en de zorgaanbieder gevoerde gesprekken heeft de commissie geen aanknopingspunten gevonden die zouden kunnen leiden tot een ander oordeel. Uit die opnames is de commissie gebleken dat de zorgaanbieder begrip heeft getoond voor de ontevredenheid van de cliënte en verschillende opties heeft aangedragen om die weg te nemen.
Wel is de commissie van oordeel dat de wijze van communiceren ten aanzien van een mogelijke vergoeding van kosten van de aangeboden revisieoperatie tot onduidelijkheid bij de cliënte heeft kunnen leiden. Dat maakt echter de klacht niet gegrond.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht van de cliënte ongegrond;
– wijst af het verzoek tot het toekennen van schadevergoeding.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Zorg Algemeen, bestaande uit de heer mr. H.A. van Gameren, voorzitter, de heer dr. M.B. Bouman en de heer J. Zomerplaag, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.C. Quint, secretaris, op 6 oktober 2023.