De consument heeft haar vakantie Thailand afgebroken vanwege dreiging met afsluiting elektriciteit; ondernemer te kort is geschoten in adequate reacties naar de consument.

  • Home >>
  • Energie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: Afsluiting    Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 95478

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de dreiging met afsluiting elektriciteit en de ten gevolge daarvan gemaakte kosten.

De consument heeft op 28 februari 2015 de klacht bij de ondernemer aangekaart.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

Hoewel de consument reeds 10 maanden klant was bij de ondernemer, werd haar tijdens haar vakantie in Thailand een mail gestuurd waarin stond dat zij zou worden afgesloten van energie omdat een verkeerde meter was geplaatst of een verkeerd EAN nummer was ingevoerd. Ondanks meerdere verzoeken om een en ander na haar vakantie te regelen bleef de ondernemer volharden in afsluiting.

De consument heeft haar vakantie afgebroken en is huiswaarts gekeerd om vorstschade aan onder andere de waterleidingen te voorkomen. De consument had namelijk een elektrisch toestel geactiveerd om de waterleiding tegen vorstschade te beschermen.

De ondernemer wenst de reiskosten ad € 1.419,76 niet te vergoeden en biedt slechts € 200,– als schadeloosstelling aan.

De consument wijst er op dat zij ook vier reisdagen op haar vakantie heeft moeten inleveren en wenst dat alsnog de kosten ad € 1.425,– worden vergoed.

Standpunt van de ondernemer

Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

De ondernemer heeft de consument per 9 mei 2014 op een verkeerde meter aangemeld. In februari 2015 is dit opgelost door de consument af te melden voor de verkeerde meter en aan te melden voor de juiste meter. Het betreft een administratieve af- en aanmelding. De consument ging ervan uit dat het adres fysiek zou worden afgesloten. De ondernemer kan alleen de levering beëindigen, maar gaat nooit over tot afsluiting.

De ondernemer vraagt zich af waarom de consument geen contactpersoon in Nederland telefonisch of per e-mail om nadere uitleg heeft laten vragen. Terugvliegen was toch niet de enige optie.

De ondernemer biedt excuses aan voor het feit dat zij de consument niet juist heeft geïnformeerd en niet tijdig heeft gereageerd op de e-mails die de consument heeft gestuurd. Voor het ongemak heeft de ondernemer een vergoeding van € 200,– aangeboden.

De consument heeft geen enkel bewijs van de gestelde schade aangedragen. De ondernemer kan de schade dan ook niet beoordelen en blijft bij het door haar gedane aanbod van € 200,–.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Ter zitting heeft de ondernemer nog eens ruiterlijk erkend dat zij te kort is geschoten in adequate reacties naar de consument. Het heeft met name ontbroken aan uitleg over de gebezigde terminologie.

De commissie is van oordeel dat enerzijds begrijpelijk is dat de consument verontrust is geworden door het bij haar opgewekte idee dat de elektriciteit ook feitelijk zou worden afgesloten, anderzijds is onbegrijpelijk dat de consument niet iemand in Nederland heeft ingeschakeld om de belangen van de consument te behartigen en rechtstreeks contact met de ondernemer op te nemen alsook dat de consument niet bij de ondernemer heeft geïnformeerd of de situatie zodanig was dat overkomen naar Nederland geboden was.

Daarbij komt dat de consument wel heeft gesteld dat zij vliegtickets heeft gekocht en de vlucht niet meer kon annuleren, maar zij heeft geen enkel bewijs daarvan aangedragen.

Vaststaat dat de ondernemer al voor de indiening van de klacht bij de commissie een schadevergoeding van € 200,– heeft aangeboden. De consument acht een schadevergoeding tot dat bedrag onvoldoende.

De commissie is van oordeel dat – gelet op alle omstandigheden als hiervoor vermeld – de ondernemer een passende schadevergoeding heeft aangeboden. De commissie zal dat aanbod volgen. De ondernemer is dan ook gehouden haar aanbod tot betaling van € 200,– gestand te doen.

Op grond van het voorgaande, met name het feit dat aan de consument niet meer wordt vergoed dan haar reeds door de ondernemer is aangeboden, is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
 
Mitsdien wordt beslist als volgt.

Beslissing

De commissie is van oordeel dat de klacht ongegrond is.

De commissie wijst het door de consument verlangde af.

De commissie bepaalt dat de ondernemer binnen veertien dagen na de verzenddatum van dit bindend advies een bedrag van € 200,– betaalt aan de consument.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie op 30 juli 2015.