Commissie: Post
Categorie: Bevoegdheid
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
63783
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de aflevering van een poststuk. [De consument] heeft op 3 mei 2011 de klacht voorgelegd aan PostNL. Standpunt van [de consument] Het standpunt van [de consument] luidt in hoofdzaak als volgt. [De consument] heeft met een onderneming een koopovereenkomst gesloten. De onderneming heeft de zaken verpakt en verzonden naar het adres dat de consument had opgegeven. Het betreffende pakket is via PostNL aangetekend verzonden. Het pakket met inhoud is echter nooit aan [de consument] afgeleverd. Doordat het pakket niet is afgeleverd, lijdt [de consument] schade. De inhoud van het pakket had een bepaalde financiële waarde. PostNL heeft aan de onderneming een bedrag van € 50,– vergoed. [De consument] vindt dit onterecht omdat hij de schade lijdt. [De consument] verlangt dat PostNL hem een schadevergoeding betaalt van € 650,–. Standpunt van PostNL Het standpunt van PostNL luidt in hoofdzaak als volgt. [De consument] is de geadresseerde van het poststuk dat de onderneming aangetekend naar hem heeft verzonden. Binnen het vervoersproces is het poststuk zoekgeraakt. De onderneming is de afzender van het poststuk. Omdat de afzender een vervoersovereenkomst met PostNL heeft gesloten, is PostNL jegens de afzender aansprakelijk voor de schade die de afzender lijdt. Die schade is wettelijk vastgesteld op een bedrag van € 50,–. PostNL heeft dit bedrag aan de onderneming betaald. Aangezien de geadresseerde niet de vervoersovereenkomst met PostNL heeft gesloten, is de commissie op grond van haar Reglement niet bevoegd in dit geschil te oordelen. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Vaststaat dat niet [de consument] maar de onderneming als afzender een vervoersovereenkomst met PostNL heeft gesloten. Ook staat vast dat het pakket nimmer aan is afgeleverd en dat [de consument] daardoor schade heeft geleden. De commissie heeft op grond van artikel 3 van haar Reglement tot taak geschillen tussen een (natuurlijke) persoon en PostNL te beslechten. De geschillen hebben betrekking op de totstandkoming en/of de uitvoering van overeenkomsten die een (natuurlijke) persoon met PostNL sluit. De (natuurlijke) persoon wordt in artikel 3 aangeduid met het woord “consument”. In het onderhavige geval is [de consument] niet aan te merken als de “consument” die door middel van het sluiten van een vervoersovereenkomst met PostNL gebruik maakt van de dienst van PostNL. Ook kan de geadresseerde jegens PostNL geen enkel recht ontlenen aan het feit dat de afzender wèl de contractuele wederpartij van PostNL is. Gezien het bepaalde in artikel 3 van haar Reglement en hetgeen de commissie hiervoor heeft overwogen, is de commissie van oordeel dat zij onbevoegd is het geschil te behandelen. Beslissing De commissie verklaart zich onbevoegd het geschil te behandelen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Post op 31 januari 2012.