De storing is tijdens de garantieperiode van 5 jaar opgetreden, dus ondernemer moet die voor zijn rekening herstellen, tenzij het defect aantoonbaar is veroorzaakt door onjuist gebruik van consument.

  • Home >>
  • Glas, Porselein en Aardewerk >>
De Geschillencommissie




Commissie: Glas, Porselein en Aardewerk    Categorie: Garantie    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: GPA04-0005

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 12 november 2002 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een [keukenmachine] tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 459,–.   De consument heeft op 31 oktober 2003 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Op 31 oktober 2003 raakte het apparaat defect, terwijl er brooddeeg mee werd bereid. Zeker 8 maanden daaraan voorafgaand is er hetzelfde brooddeeg mee bereid zonder dat storingen optraden. Voor 1 bereiding werd de machine gemiddeld 5-7 minuten gebruikt. Ondernemer dient het defect kosteloos te herstellen, aangezien op het apparaat een garantie van 5 jaar zit. Consument heeft geen schuld aan het defect. Het apparaat is inmiddels gerepareerd en bevindt zich (inmiddels al veertien maanden) bij ondernemer omdat consument weigert de rekening te betalen.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Ondernemer verwijst naar een brief d.d. 31 januari 2004 van [de fabrikant], die het apparaat heeft gerepareerd, waarin wordt vermeld dat het veiligheidstandwiel van het apparaat is gebroken, hetgeen moet zijn gebeurd door onjuist gebruik, bijvoorbeeld blokkade van de draaigang met een voorwerp (lepel), te hoge dosering van ingrediënten, waardoor de weerstand op de as te groot wordt, of bij langer gebruik dan toegestaan (maximaal 10 minuten achtereen).   De garantie is dus in dit geval niet van toepassing. Consument moet dus de reparatienota betalen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Partijen verschillen er niet met elkaar over van mening – de aankoopbon vermeldt dat overigens ook – dat op het apparaat een garantie zit van 5 jaar en dat de storing tijdens de garantieperiode optrad. Storingen of defecten die tijdens de garantie aan een apparaat optreden dient ondernemer voor zijn rekening te herstellen, tenzij hij aantoont dat het defect veroorzaakt is door verwijtbaar onjuist gebruik door consument.   Volgens de deskundige is het apparaat door de fabrikant/leverancier hersteld en zijn de oorspronkelijke onderdelen niet meer voorhanden. Het apparaat is daarom slechts visueel gecontroleerd en kort onbelast getest. Verder onderzoek, door bijvoorbeeld demontage, is niet zinvol. Over de oorzaak van het defect verklaart de deskundige verder niets.   Uit de brief van de fabrikant, die door ondernemer wordt aangehaald, valt niet af te leiden dat andere oorzaken dan de daar genoemde uitgesloten zijn en naar het oordeel van de commissie zijn andere oorzaken, bijvoorbeeld een kwalitatief minder goed veiligheidstandwiel, ook niet ondenkbaar. Daarbij komt dat indien onjuist gebruik door consument de oorzaak zou zijn geweest, daarmee de verwijtbaarheid nog niet vaststaat. De fabrikant spreekt bijvoorbeeld over een ‘te hoge dosering van ingrediënten’ zonder uit te leggen wat ‘te hoog’ inhoudt en hoe de consument daarvan dan kennis had moeten hebben.   De ondernemer is er dan ook niet in geslaagd aan te tonen dat het defect is ontstaan door verwijtbaar onjuist gebruik door consument. Dit betekent dat de herstelwerkzaamheden aan het apparaat voor rekening zijn van ondernemer en dat ondernemer het apparaat aan de consument moet teruggeven.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer is gehouden het voorwerp waarop het geschil betrekking heeft zonder kosten binnen veertien dagen na verzenddatum van dit advies terug te bezorgen bij de consument.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 35,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 75,–.   Aldus beslist door de Algemene Geschillencommissie voor Consumentenzaken, op 21 december 2004.