Commissie: Verbouwingen en nieuwbouw
Categorie: Opleverklachten
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
55946
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 3 september 2010 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst van aanneming van werk. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van overeengekomen werkzaamheden tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 66.601,01. De oplevering van het werk heeft conform het proces-verbaal van oplevering plaatsgevonden op 31 januari 2011. De consument heeft van het gefactureerde bedrag een bedrag van € 4.518,18 niet aan de ondernemer betaald. De consument heeft dit bedrag bij de commissie in depot gestort. Standpunt van de consument Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komen de klachten op het volgende neer. De consument klaagt over de hieronder genoemde gebreken, die niet of onvoldoende door de onderneming zijn hersteld. Klacht 1: tegelwerk keuken; Klacht 2: afzuiging keuken; Klacht 3: tegelwerk vloer gang (tegels liggen ongelijk); Klacht 4: voegwerk kraan buiten; Klacht 5: vloer van de schuur (reeds door derden aangepast); Klacht 6: spoelknop wc functioneert niet; Klacht 7: radiator tussenkamer monteren; Klacht 8: niet afgedopte elektraleiding, aardlekschakelaar schiet eruit; Klacht 9: aansluiting close in boiler niet aanwezig. De consument verlangt herstel van alle gebreken. Ten aanzien van klacht 5 wenst de consument het reeds betaalde bedrag van € 616,– exclusief BTW gecrediteerd te hebben, nu de klacht door derden is hersteld. Ter zitting heeft de consument verder nog – samengevat – het volgende aangevoerd. Klacht 1: vooraf is duidelijk mondeling aangegeven dat er ook onder het keukenblok getegeld diende te worden. Uit de offerte (pagina 3 bij tegelwerk) blijkt niet of er wel of niet onder het keukenblok zal worden getegeld. Het aanbod van de ondernemer om de plint aan te passen heeft de consument niet geaccepteerd. Klacht 2: de ondernemer heeft aangegeven uit welke drie opties de consument kon kiezen, waarna de consument heeft gekozen voor aansluiting op de bestaande afvoer. Na de oplevering bleek dit geen goede keuze. Ook heeft de consument hierdoor geen ventilatie in het toilet. Klacht 3: de consument heeft dure tegels aangeschaft en had verwacht dat deze super strak zouden worden gelegd. De consument is er door de ondernemer niet op gewezen dat de tegels niet zo strak zouden kunnen worden gelegd op de bestaande ondergrond. Klacht 5: op 11 mei 2011 was er een afspraak met de ondernemer om te kijken naar de klacht. Toen heeft de consument de ondernemer de mogelijkheid geboden om te herstellen. De ondernemer heeft toen aangegeven dat eerst de openstaande factuur voldaan moest worden. Klacht 6 en 8: de consument accepteert het herstelaanbod van de ondernemer. Klacht 7: de consument accepteert het herstelaanbod van de ondernemer, maar merkt daarbij op dat de radiator in de muur gevreesd dient te worden en dat ook alle overige bijkomende werkzaamheden verricht dienen te worden, zoals het stucwerk. Klacht 9: de aansluiting staat inderdaad niet op de tekening. Dat komt omdat de close in boiler later zou worden aangebracht. Standpunt van de ondernemer Ook voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het verweer op het volgende neer. Klacht 1: De klacht is geen opleverpunt. Het betegelen onder het keukenblok is niet afgesproken en ook niet wenselijk in verband met de maatvoering. De tegelvloer is gelegd op de bestaande tegelvloer van de keuken, de bestaande vloer in de woonkamer en de nieuwe smeervloer in de aanbouw. Wegens ongelijkheid van de bestaande vloeren kon geen beter resultaat bereikt worden; Klacht 2: In het contract is de aanleg van een kanaal voor de afzuigkap niet opgenomen. De afzuigkap is door de consument zelf aangeleverd. Pas tijdens de bouw is de tekening van de keuken verstrekt. In overleg zijn drie mogelijkheden besproken en heeft de consument een keuze gemaakt. Tijdens de oplevering is deze klacht niet ter sprake gekomen. De kosten voor het flexafvoerkanaal zijn uit coulance niet in rekening gebracht; Klacht 3: Het tegelwerk in de gang is volgens contract uit kostenoogpunt gelijmd op de bestaande tegelvloer. Het is geen opleverpunt. De ondernemer heeft aangeboden enkele tegels bij de plint opnieuw te leggen; Klacht 4: Het voegwerk bij de kraan is destijds aangeheeld. Indien dat niet goed is gedaan, wil de ondernemer dat herstellen; Klacht 5: Dit is geen opleverpunt. De klacht is niet bekend bij de ondernemer en de ondernemer is ook niet in de gelegenheid gesteld om het te herstellen; Klacht 6: De drukknop is door de consument aangeleverd. De loodgieter kon geen defect aan de werking van de drukplaat vinden. De ondernemer is bereid een veer te vervangen, indien dat het probleem oplost. Klacht 7: De levering van de radiator is meerwerk, het aansluiten niet. Indien de klant de radiator aanlevert, kan de ondernemer deze aansluiten. De installateur van de ondernemer kan de radiator niet leveren tegen de door de consument voorgestelde prijs; Klacht 8: De losse kabel in de schuur is de ondernemer niet bekend; Klacht 9: De aansluiting voor een close-in boiler is niet aangegeven op de installatietekening van de keuken. Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Klacht 1: de ondernemer heeft aangeboden om de plint aan te passen zodat het cement niet te zien is. Klacht 3: de ondernemer heeft aangeboden om het tegelwerk te herstellen volgens groep 2 in het deskundigenrapport. Klacht 6 en 8: de ondernemer biedt aan de klacht op te lossen. Klacht 7: de ondernemer biedt aan de radiator te plaatsen, indien de consument deze aanlevert. Klacht 9: de aansluiting stond wel op de offerte, maar niet op de keukentekening en is daarom niet aangebracht. Deskundigenrapport De commissie heeft een onderzoek laten verrichten door [de deskundige], die daarover schriftelijk heeft gerapporteerd aan de commissie. De inhoud van dit rapport geldt – voor zover hierna niet aangehaald – als hier herhaald en ingelast. Beoordeling van het geschil De commissie oordeelt als volgt. Klacht 1: Er is verschil van mening over hetgeen is afgesproken met betrekking tot het betegelen van de keukenvloer. In de offerte is het niet duidelijk opgenomen. De commissie is van oordeel dat de ondernemer heeft uitgevoerd wat gebruikelijk is. Indien de consument ook onder het keukenblok getegeld wilde hebben, had het op zijn weg gelegen hier expliciet naar te vragen, dan wel dit op te laten nemen in de offerte. De commissie wijst de klacht dan ook af. De ondernemer heeft aangeboden om de plint in de keuken aan te passen. De ondernemer zal op grond hiervan tot aanpassing van de plint worden veroordeeld, althans in zoverre als de consument daarop prijs stelt. Klacht 2: De commissie overweegt dat de ondernemer niet verantwoordelijk was voor het ontwerp van de keuken en dat hij de keukenapparatuur niet heeft geleverd. Tijdens de bouw werd de consument geconfronteerd met het probleem dat er voor de afzuigkap geen afvoer was. De ondernemer heeft -geheel onverplicht- meegewerkt aan oplossing van dit probleem en in overleg met de keukenleverancier drie opties aangeboden. De consument heeft gekozen voor aansluiting van de afzuigkap op het bestaande kanaal. Dat de doorsnede van het kanaal te gering is voor een deugdelijk functioneren van de afvoer is een omstandigheid die de ondernemer niet valt aan te rekenen en die niet onder zijn verantwoordelijkheid valt. Op grond hiervan is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Klacht 3: De commissie overweegt dat de deskundige heeft vastgesteld dat het tegelwerk in de gang niet voldoet aan de uitvoeringsrichtlijn voor het aanbrengen van wand- en vloertegels URL 35-101. De deskundige heeft getoetst aan tegelgroep 1. De ondernemer heeft aangegeven dat het hier een keramische tegel met een voegbreedte van 3 mm op een ruwe ondergrond betreft, zodat deze in tegenstelling tot hetgeen de deskundige heeft aangegeven in zijn rapport, onder tegelgroep 2 valt. De ondernemer is bereid te herstellen. De commissie is, mede op grond van de toelichting van de ondernemer, van oordeel dat getoetst dient te worden aan tegelgroep 2 van de uitvoeringsrichtlijn voor het aanbrengen van wand- en vloertegels URL 35-101. Ook dan voldoet het tegelwerk in de gang niet aan de norm. De commissie zal de ondernemer veroordelen tot herstel van het tegelwerk in de gang zodat dit voldoet aan tegelgroep 2. Klacht 4, 6,7 en 8: De commissie stelt vast dat de ondernemer de gebreken erkent en herstel heeft toegezegd. De commissie zal op grond van de erkenning van de gestelde gebreken de ondernemer veroordelen tot herstel. Ten aanzien van klacht 7 merkt de commissie op dat de afspraak is dat de consument de radiator aanlevert en dat de ondernemer deze zal plaatsen en tevens de bijkomende werkzaamheden zal uitvoeren. Klacht 5: De commissie stelt vast dat de vloer van de schuur inmiddels is hersteld door derden. De consument heeft gesteld dat hij de ondernemer in de gelegenheid heeft gesteld om te herstellen, maar dat de ondernemer alleen bereid was dit te doen nadat de factuur was voldaan. De consument heeft daarna de vloer laten herstellen. De consument heeft de factuur niet voldaan. De ondernemer betwist dat hij in de gelegenheid is gesteld om de vloer te herstellen. De commissie overweegt dat, nu niet is komen vast te staan dat de ondernemer gelegenheid heeft gehad om te herstellen, de kosten van herstel door een derde niet op hem kunnen worden verhaald. Het door de consument (terug-) gevorderde bedrag van € 616,– exclusief BTW zal niet worden toegewezen. Klacht 9: De commissie overweegt dat het in de bouw gebruikelijk is dat werkzaamheden aan de hand van een tekening worden verricht. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat hetgeen partijen zijn overeengekomen, is verwerkt in de tekening. De keukentekening is door de keukenleverancier opgesteld. De ondernemer mocht er van uitgaan dat hetgeen op de tekening stond vermeld juist was en dat daar de afspraken tussen de ondernemer en de consument in waren opgenomen. De commissie is van oordeel dat nu de close-in boiler niet op de tekening zichtbaar was, de ondernemer erop mocht vertrouwen dat de close-in boiler was komen te vervallen. De klacht zal dan ook worden afgewezen. De commissie zal de ondernemer veroordelen tot het crediteren van de eventueel in rekening gebrachte kosten voor het maken van een aansluiting voor de close-in boiler, nu partijen het er over eens zijn dat die aansluiting niet is gerealiseerd en de ondernemer heeft aangeboden de betreffende kosten, voor zover die in rekening zijn gebracht, te crediteren. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De ondernemer verricht binnen één maand na verzenddatum van dit bindend advies die werkzaamheden die nodig zijn om klachten 3, 4 en 6 t/m 8 te verhelpen alsmede de eventuele bijkomende werkzaamheden. Voor wat betreft klacht 1 zal de ondernemer, overeenkomstig zijn aanbod, worden veroordeeld tot aanpassing van de plint, althans in zoverre als de consument daarop prijs stelt. De ondernemer crediteert aan de consument het bedrag voor het maken van een aansluiting voor de close-in boiler, voorzover dat bedrag in rekening is gebracht. De commissie wijst het meer of anders verlangde af. De ondernemer dient, nu hij gedeeltelijk in het ongelijk is gesteld, overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 125,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld; dit bedrag zal worden verrekend met het depotbedrag. Met inachtneming van het vorenstaande wordt van het depotbedrag een bedrag van € 125,– overgeboekt op de rekening van de consument; het restant ter grootte van € 4.393,18 zal worden overgeboekt op de rekening van de ondernemer. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 750,– nu hij gedeeltelijk in het ongelijk is gesteld. Aldus beslist door de Geschillencommissie Verbouwingen op 16 maart 2012.