Eenzijdig afwijken van een gesloten overeenkomst is in beginsel niet aanvaardbaar

  • Home >>
  • Reizen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Reizen    Categorie: Accommodatie    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 54432

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 3 oktober 2010 met de reisorganisator totstandgekomen overeenkomst, waarbij de reisorganisator zich verplicht heeft tot het leveren van een verblijf in een hotel voor 2 personen te Hurghada in Egypte op basis van half pension, voor de periode van 14 november 2010 tot en met 21 november 2010 voor de som van € 1.257,–.   Klager heeft op 23 november 2010 de klacht voorgelegd aan de reisorganisator.   Standpunt van klager   Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.   Het door ons geboekte hotel bleek na aankomst in Egypte niet beschikbaar te zijn. Daarop werden we ondergebracht een kwalitatief beduidend minder hotel. Ondanks herhaalde verzoeken onzerzijds was overplaatsing naar het overeengekomene hotel niet mogelijk. In het hotel is een voedselvergiftiging opgelopen. Daarop zijn we vroegtijdig naar Nederland teruggekeerd.   Klager verlangt een vergoeding van € 2.000,–.   Standpunt van de reisorganisator   Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt.   De overboeking wordt erkend. Door een probleem ter plaatse was het niet mogelijk om klager onder te brengen in het door hem geboekte hotel. Klager is echter geplaatst in een gelijkwaardige accommodatie. Desondanks is aan klager een vergoeding toegekend van 25% van de accommodatiekosten, zijnde € 157,50. Voorts is klager eerder naar huis vertrokken. Naar zijn zeggen wegens ziekteverschijnselen in verband met het eten in het hotel. Het causale verband tussen de ziekteverschijnselen en de maaltijden in het hotel is door hem geenszins aangetoond. Deze kosten komen derhalve voor rekening van klager.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Op grond van de overgelegde bescheiden en het verhandelde ter zitting heeft de commissie vastgesteld, dat de door de reisorganisator aangeboden alternatieve accommodatie alleen al vanwege de situering ervan, te weten in een andere plaats, niet gelijkwaardig was aan de door klager geboekte. De reisorganisator doet het dan wel voorkomen alsof een overboeking naar een (volgens hem) gelijkwaardig alternatief als vanzelfsprekend geaccepteerd moet worden, maar uiteraard is dit niet het geval. Het eenzijdig afwijken van een gesloten overeenkomst is daarom in beginsel niet aanvaardbaar. In dit geval heeft klager voldoende duidelijk gemaakt, dat het door de reisorganisator geboden alternatief niet voldeed aan zijn eisen. Op grond van het voorgaande en alle aan de commissie gebleken feiten en omstandigheden in aanmerking nemende, is de commissie van oordeel dat klager minder heeft ontvangen dan wat klager op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst redelijkerwijs mocht verwachten. De commissie acht de klachten van dien aard dat de reisorganisator klager een hogere vergoeding verschuldigd is dan deze heeft geboden. De commissie stelt deze vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vast op het hierna te noemen bedrag.   Tot slot deelt de commissie ter voorlichting van klager nog het volgende mede. De commissie kan ingevolge artikel 5, onder b, van haar reglement het geschil niet behandelen voorzover de klacht betrekking heeft op ten gevolge van de uitvoering van de reisovereenkomst ontstane ziekte of lichamelijk letsel. De commissie ziet in het onderhavige geschil onvoldoende aanleiding om van haar reglement af te wijken.   De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht gegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De reisorganisator betaalt aan klager een vergoeding van € 750,– (de door de reisorganisator geboden vergoeding daaronder begrepen). Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Bovendien dient de reisorganisator overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 100,– aan klager te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de reisorganisator aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 500,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 9 juni 2011.