Gebreken aan auto vallen onder normaal onderhoud, ondernemer hoeft deze niet te herstellen

  • Home >>
  • Voertuigen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Voertuigen    Categorie: Product voldoet niet aan verwachtingen(non-conformiteit)    Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 3772/11665

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument heeft een gebruikte auto aangeschaft bij de ondernemer. Hij klaagt over het feit dat de auto is afgeleverd met gebreken en stelt dat de ondernemer deze kosteloos had moeten herstellen. Voor een aantal gebreken is dit het geval geweest. De overige reparaties heeft de consument door een andere ondernemer laten verrichten. De commissie oordeelt dat bij een dergelijke auto de kans groot is dat onderdelen die door normale slijtage verouderen bij of na de aankoop vervangen moeten worden. De koper moet hier rekening mee houden. De gebreken die niet door de ondernemer zijn hersteld vallen volgens de commissie onder normaal onderhoud en niet onder de BOVAG-garantie. De ondernemer is dan ook niet aansprakelijk voor het uitvoeren voor meer of andere reparaties dan hij na de aflevering van de auto al heeft verricht. De klacht wordt ongegrond verklaard.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 28 november 2018 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een gebruikte auto, merk Audi, type A7 2.8 FSI, datum eerste toelating 11 januari 2011, kilometerstand 131.720, tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 24.999,01. De levering vond plaats op of omstreeks 28 november 2018. De consument heeft op 11 december 2018 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

Kort na aflevering heeft de consument bemerkt dat de auto niet goed schakelde. Een tweetal reparatiepogingen van de ondernemer heeft het probleem niet verholpen. De consument heeft de auto vervolgens naar een merkdealer gebracht die een aantal punten heeft geconstateerd die volgens de consument bij aflevering of onder garantie opgelost hadden moeten worden. De ondernemer laat dat na. In een e-mailbericht van 25 april 2019 noemt de merkdealer de navolgende punten:
1. buitenspiegelmechanisme vervangen;
2. remvloeistof vervangen;
3. onderhoudsbeurt airco;
4. longlife onderhoudsbeurt;
5. olie automatische versnellingsbak vervangen;
6. interieurfilter vervangen;
7. bougies vervangen;
8. luchtfilter vervangen;
9. storingsmelding motor/nokkenasversteller;
10. update navigatiesysteem;
11. EHBO-set over de datum;
12. remblokken en -schijven voor vervangen;
13. rooster/grille voorbumper;
14. boutjes, montagemateriaal;
15. motorsteun rechts voor vervangen;
16. klep voor versnellingsbakkoeling vervangen.

Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Ik heb de resterende punten laten oplossen door een ander bedrijf. Daarvoor heb ik in totaal € 1.917,70 moeten betalen. Op dit moment is de auto in orde. Hij schakelt voor mijn gevoel nog niet lekker, maar dat kan een producteigenschap zijn.

Ik ben na aankoop geconfronteerd met uitgaven die ik niet had hoeven te verwachten, in elk geval niet tot zo’n bedrag.

Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

Naar aanleiding van de klacht over het schakelgedrag van de auto heeft de ondernemer de auto onderzocht en de klacht verholpen. Dat er zich daarna opnieuw problemen hebben voorgedaan met het schakelen was de ondernemer niet bekend.

De auto is op 11 december 2018 geleverd met zes maanden garantie. Kort voor aflevering heeft de auto een onderhoudsbeurt gehad. De merkdealer heeft de auto bekeken in april 2019. Er was toen 12.300 kilometer met de auto gereden.

Ten aanzien van de klachten van de consument merkt de ondernemer het navolgende op. Met de uitlijning van de auto was bij aflevering niets mis. Mogelijk is de consument ergens tegenaan gereden. Dat valt niet onder de garantie.

Ook de buitenspiegel functioneerde goed. Deze kraakte weliswaar iets, maar dat stond aan een normaal gebruik ervan niet in de weg.

De remvloeistof en verschillende filters waren bij het uitvoeren van de onderhoudsbeurt nog niet aan vervanging toe. Dat geldt ook voor de remschijven en -blokken. Dat is normaal onderhoud, net zoals het vervangen van de bougies.

De olie van de versnellingsbak is vervangen in januari 2019 door de specialist die de ondernemer heeft ingeschakeld om de megatronic van de versnellingsbak te vervangen en de koppeling te reviseren. Daarbij is ook de klepkoeling van de versnellingsbak vervangen.

De motorstoring en melding met betrekking tot de nokkenasversteller is door de ondernemer verholpen.

Het updaten van de EHBO-set en het navigatiesysteem valt buiten de garantie.

De werking van de motorsteun is getest en bleek voldoende.

Op grond van het voorgaande is de ondernemer van mening dat hij aan zijn verplichtingen heeft voldaan en niet gehouden is om verder kosteloos herstel uit te voeren.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De punten die bij een controle door de merkdealer zijn opgemerkt zijn vastgesteld bij een zogenaamde ‘welkomstcheck’, een beoordeling van de auto die wordt uitgevoerd wanneer de klant zich meldt met een nieuwe auto. Die ondernemer heeft ook een commercieel bedrijf en verdient aan overhoud. De punten die op deze lijst staan zijn niet relevant voor de vraag of de auto bij aflevering aan de overeenkomst heeft beantwoord en deels ook onjuist.

Zo wijs ik bijvoorbeeld op het punt dat de olie in de versnellingsbak vervangen zou moeten worden. In mijn opdracht is de transmissie nagekeken en gerepareerd. Ik heb daarvan de factuur bij de stukken gedaan. U kunt daarop zien dat bij die reparatie de versnellingsbakolie is vervangen. Er zat dus nieuwe olie in de versnellingsbak en waarom die dan vervangen zou moeten worden is mij een raadsel.

Bij aflevering krijgt de auto een afleverbeurt. Maar nergens staat gedefinieerd wat dat inhoudt. Voor ons betekent dat dat we het onderhoud uitvoeren dat nodig is. In dat verband zijn door ons zowel het luchtfilter als het interieurfilter vervangen. Het kan niet zo zijn dat die filters na 13.000 kilometer opnieuw vervangen zouden moeten worden. De remblokken waren ook zo goed als nieuw. De auto is afgeleverd met een nieuwe APK en nieuwe banden.

De consument had met zijn punten ook naar mij toe kunnen komen, maar heeft ervoor gekozen de auto bij een andere ondernemer te laten onderhouden. Wat dat bedrijf uit commerciële overwegingen adviseert interesseert mij niet. Ik had die klachtpunten dan eerst zelf nog wel eens willen onderzoeken.
Naar aanleiding van de klacht over het schakelen heb ik de transmissie kosteloos laten nakijken en repareren en de nokkenasversteller vervangen, evenals de klep voor de versnellingsbakkoeling. Dat was veel werk, maar wij zijn nooit voor onze verantwoordelijkheid weggelopen. Maar alles wat wij nu opmerken wordt door de consument in twijfel getrokken. Dat is niet terecht.

Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.

Gelet op het feit dat de reparaties zijn uitgevoerd kan de deskundige niets meer controleren en niet vaststellen of het voertuig bij aflevering goed of niet goed is afgeleverd. Het is mogelijk dat de remschijven bij aflevering een dikte hadden van meer van 28 mm en dus wel aan de norm voldeden.

Volgens de consument voelt het schakelen niet lekker. Overigens heeft de merkdealer niets gemerkt aan de versnellingsbak.

De deskundige heeft het storingsgeheugen van met motormanagement uitgelezen en heeft daarin geen storingen aangetroffen die betrekking hebben op de versnellingsbak. Het geheugen bevatte wel een aantal andere storingsmeldingen, maar die hebben volgens de deskundige geen betrekking op de aflevering van het voertuig.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De consument beklaagt zich over het feit dat de auto is afgeleverd met gebreken die de ondernemer kosteloos had moeten herstellen. Een consument heeft op grond van de bepalingen over de koopovereenkomst in het boek 7 van het Burgerlijk Wetboek (BW) recht op levering van een auto die aan de overeenkomst voldoet. Een auto voldoet niet aan de overeenkomst, wanneer blijkt dat deze bij aflevering eigenschappen mist die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De consument mag in elk geval verwachten dat de auto bij aflevering de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik noodzakelijk zijn en waarvan de consument de aanwezigheid niet hoefde te betwijfelen.

In de eerste plaats wordt de vraag of de verkoper voldaan heeft aan zijn verplichtingen dus bepaald door wat de consument van het onderwerp van de verkoop mocht verwachten. In het onderhavige geval betreft het onderwerp van de koopovereenkomst een auto die bij aankoop bijna acht jaar oud was en ruim 130.000 kilometer had gelopen. Bij de aankoop van een dergelijke auto dient een koper erop bedacht te zijn dat hij een auto geleverd krijgt die niet zo goed is als nieuw. Sterker nog: de koper dient er rekening mee te houden dat de auto door een vorige eigenaar is ingeruild of verkocht omdat de auto onderhoud ging vragen waarvan de kosten zo hoog waren dat het inruilen voor een andere auto een aantrekkelijkere optie was. Met andere woorden: bij een auto als de onderhavige is de kans bijzonder groot dat onderdelen die door normale slijtage verouderen bij of na aankoop vervanging behoeven. Als het gaat om de verwachtingen die de koper van een auto als de onderhavige mag hebben, mag een koper met dit risico bekend verondersteld worden.
Hij kan bedingen dat hij vóór aankoop een aankoopkeuring uit mag laten voeren, hij kan garantie bedingen of bedingen dat bepaalde reparaties of bepaald onderhoud (zoals bijvoorbeeld de vervanging van remschijven of een distributieriem) vóór levering wordt uitgevoerd.

Vervolgens wordt de vraag of de verkoper heeft voldaan aan zijn verplichtingen bepaald door de vraag of de auto bij aflevering de eigenschappen bezat die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn. Volgens jurisprudentie van de Hoge Raad betekent dit in het geval van een tweedehands auto dat de koper daar ten minste mee moet kunnen rijden zonder de veiligheid van zichzelf of medeweggebruikers in gevaar te brengen. De consument heeft niet aangevoerd dat de auto bij aflevering zo slecht was dat daar niet veilig mee gereden kon worden. De na reparatie door de ondernemer nog resterende klachtpunten staan aan een dergelijk veilig gebruik niet in de weg.

De punten 5, 9, 15 en 16 zijn volgens de ondernemer door hem hersteld. De consument heeft dat niet weersproken. De deskundige heeft verder in het storingsgeheugen van de auto geen relevante storingen aangetroffen: geen storingen die duiden op gebreken die bij aflevering al aanwezig moeten of kunnen zijn geweest.

De resterende punten, waarvan de ondernemer overigens een aantal punten betwist, betreffen naar het oordeel van de commissie zaken die als producteigenschap kunnen gelden (als gevolg van een gebruikelijke veroudering) of behoren tot het normaal onderhoud van een auto als de onderhavige en geen gebreken in de zin van artikel 14 van de BOVAG-voorwaarden. Een ondernemer hoeft deze niet onder de BOVAG-garantie uit te voeren.

De ondernemer heeft nog aangevoerd dat de auto voor aflevering een afleverbeurt heeft gehad. In dat geval mag de consument volgens de brancheorganisatie ervan uitgaan dat regulier onderhoud het eerste halfjaar (of de eerste 6.000 km, wat het eerste komt) niet nodig is, evenmin als nieuwe banden of een nieuwe distributieriem. In deze zaak is niet gebleken dat de aangevoerde onderhoudspunten binnen een half jaar of 6.000 kilometer noodzakelijkerwijs uitgevoerd moesten worden.

De slotsom luidt dat de commissie niet is gebleken dat gronden hebben bestaan om de ondernemer aansprakelijk te achten voor het uitvoeren van meer of andere reparaties dan hij na aflevering van de auto nog heeft laten uitvoeren. De klacht van de consument is ongegrond. Daarom wordt beslist als na te melden.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Voertuigen, bestaande uit mr. R.J.M. Cremers, voorzitter, mr. H.C. Dobbelaar-ten Cate en de heer A.M. Velberg, leden, op 28 februari 2020.