Commissie: Voertuigen
Categorie: Product voldoet niet aan verwachtingen(non-conformiteit)
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
3779/7623
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De consument vindt dat het benzineverbruik van zijn nieuwe auto veel hoger is dan in de verkoopfolder staat vermeld. Hij wenst dan ook ontbinding van het koopcontract of vervanging van de auto. Volgens de ondernemer voldoet de auto aan de overeenkomst. In de folder wordt namelijk aangegeven dat het daadwerkelijke verbruik kan afwijken van de genoemde cijfers. De commissie schakelt een deskundige in. De deskundige maakt een proefrit en komt tot een lager brandstofverbruik dan door de consument wordt beweerd. Hij stelt dan ook dat er geen sprake is van een (technisch) gebrek. De commissie neemt deze bevindingen over. Zij wijst erop dat het een feit van algemene bekendheid is dat het officiële verbruik van het praktijkverbruik afwijkt. De klacht wordt ongegrond verklaard.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 27 juli 2018 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een nieuwe Citroën C3, tegen een door de consument te betalen prijs van € 26.065,98.
De overeenkomst is uitgevoerd op 16 augustus 2018.
De consument heeft op 24 september 2018 de klacht bij de ondernemer ingediend.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Het benzineverbruik van de nieuwe auto van de consument is veel hoger dan is beloofd. Sinds de aankoop bedraagt het verbruik gemiddeld 1 op 12 à 13. Dat geldt ook voor snelwegritten. De ondernemer heeft een test uitgevoerd en komt tot een gemiddelde van 1 op 16 à 18. Met een verbruik van gemiddeld 1 op 17 kan de consument leven.
Ook de fabrikant zelf geeft toe dat de opgegeven verbruikscijfers niet juist zijn. Volgens de opgave van de ondernemer zou het gemiddeld verbruik 1 op 20,41 moeten zijn.
De consument wijst op een uitspraak van Hof Amsterdam van 2012 waaruit kan worden afgeleid dat een afwijking in het geval van de consument van 33% een voldoende grond voor ontbinding van de koopovereenkomst is. Dit blijkt ook uit de uitspraak van rechtbank Limburg van 4 december 2013, (ecli:RBLIM:2013:9404).
De consument wenst geen informatie over het verbruik met als doel om dat te vergelijken met andere auto’s, maar wil een opgave van het werkelijke verbruik.
De consument wenst ontbinding dan wel vervanging van de auto.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De consument voelt zich bedrogen. Het door de deskundige vastgestelde verbruik is nog steeds 27% hoger dan het opgegeven gemiddelde verbruik. De vorige auto’s van de consument van dit merk waren veel zuiniger in vergelijking met deze auto.
De consument heeft inmiddels een auto van een ander merk gekocht en de auto daarop ingeruild. De consument verlangt om die reden een vergoeding van de meerkosten als gevolg van het hogere verbruik.
De consument is bij de aankoop verkeerd voorgelicht. Er is sprake van dwaling en bedrog.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De ondernemer is van mening dat de auto aan de overeenkomst voldoet. Van een gebrek is geen sprake aangezien het daadwerkelijke verbruik niet afwijkt van hetgeen in de folder staat beschreven.
In de periode van 21 tot en met 25 januari 2019 heeft de ondernemer een verbruiksmeting gedaan, waarbij een verbruik van 1 liter op 12,41 km werd gemeten. Er was sprake van winterse omstandigheden.
De consument liet de ondernemer in februari 2019 weten dat het werkelijke verbruik zeer aanzienlijk afweek van het verbruik dat in de verkoopfolder werd genoemd. De consument ervaarde een verbruik van gemiddeld 13,1 liter per 100 km.
De ondernemer heeft daarop gereageerd en aangegeven dat in de folder staat vermeld dat het daadwerkelijke verbruik kan afwijken van de in de folder genoemde cijfers. Die metingen zijn gerealiseerd onder uniforme en gestandaardiseerde condities en zijn door derden uitgevoerd. Deze testcijfers en de Europese Richtlijnen zijn niet bedoeld om het daadwerkelijke verbruik aan te duiden, maar om als vergelijkingsmaatstaf met andere (vergelijkbare) auto’s te dienen.
In de periode van 20 tot en met 24 mei 2019 heeft de ondernemer opnieuw een meting uitgevoerd. Het feitelijk gemeten verbruik was 1 liter op 18,8 km; terwijl het verbruik dat de boordcomputer had gemeten 1 liter per 16,95 km was.
De commissie heeft in haar beslissing van 10 maart 2017 overwogen dat het een feit van algemene bekendheid is dat er verschil bestaat tussen het praktijkverbruik en het officiële brandstofverbruik.
De ondernemer is van mening dat de consument op de hoogte kon zijn van een afwijkend praktijkgebruik, dat van een gebrek en dus ook van non-conformiteit geen sprake is.
Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De rijomstandigheden hebben een grote invloed op het verbruik. Ook is het rijgedrag van grote invloed. Het gemiddeld verbruik verschilt per berijder. De folders zijn afkomstig van de fabrikant en bevatten de waarschuwing dat het praktijkverbruik anders kan en zal zijn.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.
De eigenaar constateerde een benzineverbruik dat veel hoger ligt als wat wordt vermeld in de brochure. Het brandstofverbruik in de brochure berust op de ECE Norm. De consument verklaarde dat het brand-stofverbruik sinds de aankoop zo rond de 1 liter benzine op 12 á 13 kilometer ligt. De consument vraagt zich af of er een defect aan het voertuig is wat het brandstofverbruik kan verklaren en is niet tevreden met het huidige brandstofverbruik.
Op dinsdag 19 november 2019 bezochten wij de ondernemer en ontmoetten aldaar de partijen. Wij bespraken nogmaals de geuite klacht en vroegen de ondernemer om het voertuig in de werkplaats te plaatsen om het voertuig te kunnen inspecteren.
Wij inspecteerden het voertuig. Hierbij werden de vloeistoffen op hun niveau gecontroleerd en indien nodig op peil gebracht. De banden werden op de door de fabrikant voorgeschreven spanning gebracht, bij een niet beladen voertuig wordt voorgeschreven bij een bandenmaat van 205/50R17 89V om een bandenspanning van 2.3 bar aan de voorzijde en 2.0 bar aan de achterzijde van het voertuig te hanteren. De banden van het voertuig zijn in een goede staat, evenals de rest van het voertuig. Wij vroegen de reparateur om het voertuig aan de fabriekstester aan te sluiten om het storingsgeheugen en logboek van het voertuig uit te kunnen lezen, er waren geen storingen of meldingen in het storingsgeheugen opgeslagen.
Wij controleerden het gemiddelde brandstofverbruik van de boordcomputer alvorens wij zelf met het voertuig zijn gaan rijden. Het gemiddelde brandstofverbruik stond op dat moment op 7.3/100 km (1 liter op 13.7 kilometer). Wij reden gezamenlijk met de consument naar een tankstation in Leeuwarden. Wij tankten het voertuig af met euro 95 (E10) bij pomp twee tot de eerste afslag van het tankpistool. Wij resetten de dagteller en de boordcomputer en maakten met de consument een gezamenlijke testrit. Direct nadat het voertuig werd volgetankt, bedroeg de tellerstand 12.489 kilometer. Tijdens de rit hebben wij zowel op 50 km/h-wegen, 80 km/h-wegen en autosnelwegen gereden. Wij hebben op alle wegen de maximaal toegestane snelheden gehanteerd en hebben hierbij een gemiddelde rijstijl aangenomen.
Het weerbeeld op 19 november 2019 was droog, 8 á 9 graden Celsius en een zwak tot matige wind van 2 á 3 beaufort uit west/zuidwestelijke richting. Gezien de buitentemperatuur hebben wij de volledige testrit met een ingeschakelde kachel gereden.
De tellerstand bij aankomst bij hetzelfde tankstation als waar wij de eerste maal het voertuig hadden afgetankt bedroeg 12.587 kilometers, door ons werd er in totaal 98 kilometer met het voertuig gereden. Wij tankten het voertuig in het bijzijn van de consument weer af met euro 95 (E10) bij pomp twee tot de eerste afslag van het tankpistool. Hierbij hebben wij 6.62 liter benzine getankt en 98 kilometers afge-legd. Het voertuig heeft in de door ons verreden kilometers 1 liter benzine verbruikt op 14.80 kilometer.
Wij hebben geen technische gebreken aan het voertuig kunnen vaststellen. Technisch is het voertuig in een goede staat en er zijn geen werkzaamheden die kunnen worden uitgevoerd om het brandstofverbruik te doen dalen. Het voertuig wordt geprogrammeerd door de fabrikant en dit kan niet zomaar worden aangepast.
Het brandstofverbruik dat in een folder staat is in de praktijk nooit realiseerbaar.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen
In het onderhavige geschil klaagt de consument over het brandstofverbruik van de door hem bij de ondernemer gekochte auto aanzienlijk afwijkt van de in de verkoopfolder genoemde verbruikscijfers.
De ondernemer voert daartegen gemotiveerd verweer.
De commissie stelt voorop dat nu geen van de partijen gemotiveerde kritiek op de bevindingen van de door haar ingeschakelde deskundige naar voren heeft gebracht, zij diens bevindingen zal overnemen en tot de hare zal maken.
Daarmee valt het doek voor de klacht van de consument. Van een gebrek is geen sprake. Wel is het praktijkverbruik aanzienlijk hoger dan in de folder staat vermeld, maar in de folder zelf wordt aangeven dat het daadwerkelijk verbruik zal – kunnen – afwijken.
De consument doet weliswaar voorkomen dat hij onjuist of vals is voorgelicht, maar weet die beschuldigingen op geen enkele wijze te staven, zodat de commissie daaraan voorbij gaat.
Bovendien is het niet alleen een feit van algemene bekendheid dat het officiële verbruik van het praktijkverbruik afwijkt, maar dat geldt ook voor het gegeven dat de rijomstandigheden en het rijgedrag daarvoor bepalend zijn.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist en vastgelegd door de Geschillencommissie Voertuigen, bestaande uit mr. F.C. Schirmeister, voorzitter, mr. P.B. Vos en A. Belt, leden, op 21 januari 2020.