Commissie: Openbaar Vervoer
Categorie: Schadevergoeding
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
29977/33976
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De consument heeft zijn vlucht als gevolg van een treinvertraging gemist. Hij heeft twee vertragingen gehad en een van zijn twee vertragingen vond plaats door een kapotte bovenleiding. De consument moest hierdoor een nieuwe vlucht boeken om zijn tussenstop te halen en heeft tweemaal extra kilo’s moeten betalen voor zijn tweede stuk bagage. De consument wil dat de ondernemer het gehele schadebedrag aan hem voldoet. De ondernemer zegt dat hij de schade niet opzettelijk veroorzaakt heeft en ook niet bewust roekeloos gehandeld heeft waardoor de schade is ontstaan. De ondernemer zegt ook dat de consument zelf onvoldoende marge heeft genomen om eventuele vertragingen op te kunnen vangen. De commissie oordeelt dat de vertragingsschade niet voor vergoeding in aanmerking komt omdat de ondernemer de schade niet opzettelijk heeft veroorzaakt en ook niet bewust roekeloos gehandeld heeft waardoor de schade is ontstaan. De klacht is ongegrond.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft schadevergoeding wegens vertraging.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Op 10 februari 2020 heeft de consument zijn vlucht naar Taipei/Kuala Lumpur/Perth gemist als gevolg van een treinvertraging.
De consument stapte in Culemborg op de trein van en reisde via Utrecht Centraal naar Schiphol. Door twee vertragingen heeft de consument geen 59 minuten over deze reis gedaan zoals gepland maar drie uur en 17 minuten. Een van de vertragingen vond zijn oorzaak in een kapotte bovenleiding.
De vertraging betekende voor de consument dat hij een nieuwe vlucht moest boeken om zijn tussenstop op Kuala Lumpur te halen. Hij heeft tevens tweemaal extra kilo’s moeten betalen voor zijn tweede stuk bagage. Al met al heeft de vertraging € 1.225,51, althans € 1.250,– extra gekost, bovenop de oorspronkelijke prijs van € 464,30.
De consument heeft beknopt aangegeven hoe het schadebedrag is opgebouwd.
Hij stelt voor het gehele schadebedrag aan hem te voldoen.
Standpunt van de ondernemer
De vertragingsschade komt niet voor vergoeding in aanmerking.
De ondernemer verwijst naar het Burgerlijk Wetboek artikel 108 van boek 8 en artikel 8.2 van de Algemene Voorwaarden.
De ondernemer kent wel een restitutieregeling bij vertragingen (Geld Terug Bij Vertraging). De consument kan met inachtneming van de voorwaarden, ingeval van vertraging aanspraak maken op gehele of gedeeltelijke restitutie van het treinkaartje.
De ondernemer heeft de schade niet opzettelijk veroorzaakt en heeft ook niet bewust roekeloos gehandeld waardoor de schade is ontstaan. De trein waarin de consument zich bevond kreeg te maken met een draadbreuk in de bovenleiding. Een stuk van de bovenleiding klapte tegen de trein en sloeg een ruit kapot.
De trein is als gevolg hiervan tussen Abcoude en Breukelen tot stilstand gekomen. In de trein bevonden zich ongeveer 1400 reizigers. Er is besloten de reizigers met een andere trein te evacueren. De situatie rond de trein moest veilig gemaakt worden, stroom van de bovenleiding gehaald en obstakels verwijderd. Er moest evacuatiematerieel en –personeel ter plaatse komen en er moest een trein naast de gestrande trein worden geplaatst. Dat heeft geruime tijd in beslag genomen. Uiteindelijk zijn de reizigers met een vertraging van iets meer dan twee uur op Schiphol aangekomen.
De consument heeft overigens zelf onvoldoende marge genomen om eventuele vertragingen op te kunnen vangen en heeft daarmee welbewust het risico genomen dat bij onverhoopte vertragingen de vlucht op Schiphol niet gehaald zou kunnen worden. Dat geldt temeer omdat de consument kennelijk met een behoorlijke hoeveelheid bagage reisde, aldus de ondernemer.
De vlucht naar Taipei vertrok om 11.00 uur. Op het vliegticket is te lezen dat boarding zou aanvangen om 10.10 uur en de bagage drop-off al om 10.20 sloot. Volgens de oorspronkelijke planning zou de consument om 8.58 uur aankomen op Schiphol, slechts iets meer dan een uur en een kwartier voordat de bagage drop-off zou sluiten en slechts twee uur voor vertrek van de vlucht. Luchthaven Schiphol adviseert reizigers op intercontinentale vluchten om drie uur van tevoren aanwezig te zijn. Dat advies heeft de consument niet opgevolgd en bovendien heeft de consument geen marge genomen in zijn treinreis om eventuele vertragingen op te vangen. Dat dient voor zijn eigen rekening te blijven. Er is derhalve schuld aan zijn zijde aan het missen van de vlucht.
De ondernemer verzoekt de klacht van de consument ongegrond te verklaren.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Vertragingsschade komt vooralsnog niet voor vergoeding in aanmerking op grond van de artikelen 8:108 Burgerlijk Wetboek en 8.2 Algemene Voorwaarden. De voorliggende vraag is of hier de door partijen geschetste omstandigheden aanleiding geven om van dit uitgangspunt af te wijken.
Die vraag dient naar het oordeel van de commissie negatief te worden beantwoord. De ondernemer heeft de schade niet opzettelijk veroorzaakt en heeft ook niet bewust roekeloos gehandeld waardoor de schade is ontstaan.
Een breuk in een bovenleiding overkomt zowel passagier als ondernemer. De ondernemer acht het mogelijk dat de windstoten die de breuk veroorzaakt zouden hebben, de nasleep kunnen zijn van de storm Ciara, die de zondagmiddag en –avond ervoor over het land trok. In ieder geval is gesteld noch gebleken dat de breuk het gevolg was van gebrek aan onderhoud.
Er is aldus geen sprake van opzet of bewuste roekeloosheid aan de zijde van de ondernemer, zodat de conclusie moet zijn dat de vertragingsschade niet voor vergoeding in aanmerking komt.
Er zijn naar het oordeel van de commissie geen omstandigheden gesteld die tot een ander oordeel nopen.
Beslissing
De commissie beslist als volgt.
Verklaart de klacht ongegrond.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Openbaar Vervoer, bestaande uit mr. B. Hagendoorn, voorzitter, mr. D. van Setten en mr. P. Rijpstra, leden, op 14 oktober 2020.