
Commissie: Installerende bedrijven
Categorie: (On)deugdelijke uitvoering overeenkomst
Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
177353/182957
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Het geschil vloeit voort uit een op 18 februari 2020 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot doen van onderzoek naar en het verhelpen van een lekkage bij de douche. Na onderzoek is de lekkage door de ondernemer op 18 februari 2020 verholpen. In oktober 2021 ontstond op dezelfde plaats opnieuw lekkage, maar dit keer ook op de overloop en in een andere slaapkamer. Een deskundige van de commissie heeft onderzoek naar deze lekkage gedaan is tot de conclusie gekomen dat de hoeveelheid water die nu zichtbaar is niet van een lekkage is die al lang bestaat zonder zichtbaar te worden. Wanneer de lekkage in eerste instantie niet juist zou zijn gerepareerd, was deze lekkage veel en veel eerder zichtbaar geworden. Met andere woorden: de lekkage van februari 2020 is op adequate wijze verholpen door aanbieder, er is immers in de 20 maanden na reparatie geen lekkage zichtbaar geweest. De commissie ziet geen enkele reden om te twijfelen aan de conclusie van de deskundige dat zich een nieuwe lekkage oorzaak heeft voorgedaan. De ondernemer is dus niet te verwijten dat hij in 2020 de hier aan de orde zijnde tweede (“nieuwe”) lekkageoorzaak over het hoofd moet hebben gezien, nu het om een recente nieuwe lekkage gaat. De klacht is ongegrond.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 18 februari 2020 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot doen van onderzoek naar en het verhelpen van een lekkage bij de douche, waarvoor de consument in rekening is gebracht € 414,28 (factuurnummer 200688 van 13 maart 2020; debiteurnummer 30042; “betreft: Inspectie lekkage onder douchebak/voeg-/ en kitwerk douchehoek vervangen”).
De overeenkomst is uitgevoerd op of omstreeks 18 februari 2020.
De consument heeft op 18 november 2021 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
In februari 2020 begon een deel van de houten vloer in slaapkamer 1 omhoog te komen, precies bij de muur met de douchecabine.
Om de oorzaak hiervan te achterhalen werd de ondernemer ingeschakeld. Die onderzocht de situatie op 18 februari 2020, o.a. door een gat te boren vanuit slaapkamer 1 en met een endoscoop onder de douchebak te kijken. De ondernemer constateerde geen lekkage onder de douchebak (zie werkbon) en concludeerde daarom dat de kitnaden tussen de douchebak en de muren rondom, en ook de voegen tussen de wandtegels de oorzaak vormden en aan vervanging toe waren. Hierop heeft de consument de ondernemer opdracht gegeven de oude kitnaden en voegen te verwijderen en nieuwe aan te brengen. Dit is gebeurd op 18 februari 2020 (zie werkbon). De factuur van de werkzaamheden bedroeg € 414,28 incl. BTW en die is betaald. Ook heeft de consument het hout in slaapkamer 1 verwijderd en laten vervangen.
Hiermee leek alles voldoende hersteld te zijn.
In oktober 2021 kwam echter opnieuw de vloer omhoog in slaapkamer 1, maar dit keer ook op de overloop en in slaapkamer 2. De consument heeft een lekdetectiebureau ingeschakeld om de oorzaak te achterhalen. Uit het onderzoeksrapport (zie bijlage) kwam naar voren dat de meest waarschijnlijke oorzaak een slechte kitafdichting of het helemaal ontbreken van een kitafdichting bij de douchekraan is. Die kitafdichting is niet door de ondernemer hersteld op 18 februari 2020 en de ondernemer heeft de ontbrekende kitafdichting bij de douchekraan over het hoofd gezien.
De consument heeft bij de ondernemer een prijsopgave gevraagd voor de herstelwerkzaamheden in de badkamer, waarbij dit keer ook de wand- en vloertegels verwijderd moeten worden om de wanden en de vloer te laten drogen, en daarna opnieuw betegeld moeten worden. De offerte bedroeg € 4.952,53 incl. BTW.
Echter, de werkelijk schade van de consument bedraagt:
lekdetectie: € 454,–
reparatiekosten badkamer (offerte): € 4.952,53
reparatiekosten houten vloeren: € 2.032,–
Totaal: € 7.438,53 inclusief BTW
Deze schade wenst de consument te verhalen op de ondernemer.
Bij e-mailbericht van 18 november 2021 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van de consument de schade ad € 7.438,53 inclusief BTW onderbouwd gevorderd van de ondernemer. Namens de ondernemer heeft haar aansprakelijkheidsverzekeraar afwijzend gereageerd bij e-mailbericht van 17 januari 2022. Volgens de ondernemer heeft de consument zijn opdracht aan de ondernemer beperkt tot het kijken onder de douchebak en hebben partijen in overleg besloten dat slechts enkele voegen moesten worden vervangen alsmede de kitrand rond de douche. Voorts beweert de ondernemer dat de douchebak op een houten lat op de wand rust die door de lekkage was aangetast en mogelijk is gaan rotten, waardoor er beweging is en op de kitnaad te veel spanning staat en deze plaatselijk loskomt.
De consument betwist dat hij de opdracht aan de ondernemer heeft beperkt. De consument heeft geen specialistische kennis op het gebied van (badkamer)installatie en hij zou nooit de opdracht aan de ondernemer beperken tot enkel een onderzoek onder de douchebak en daaropvolgend het vervangen van enkele kitvoegen. Evenmin zou de consument overgaan tot de kostbare vervanging van de houten vloer als hij niet zeker was dat met de werkzaamheden van de ondernemer het gebrek was verholpen. De ondernemer heeft geen enkel voorbehoud gemaakt over de omvang van zijn werkzaamheden en de eventuele gevolgen ervan. De ondernemer heeft niet voldaan aan haar waarschuwingsplicht. Tot slot rust de douchebak niet op een houten lat zoals de ondernemer stelt, maar staat deze op pootjes.
Bij e-mailbericht van 23 mei 2022 heeft de consument uit coulance een schikkingsvoorstel gedaan aan de ondernemer, maar daar is nooit een reactie op gekomen, waarna de consument zich genoodzaakt zag zich te wenden tot de Geschillencommissie.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Ik blijf bij wat door mij is aangevoerd. Ik heb toen niet de ondernemer maar het lekdetectiebedrijf ingeschakeld omdat ik door een derde getoetst wilde hebben wat er aan de hand was en of de ondernemer daarvan een verwijt viel te maken.
Ik heb aarzelingen over de objectiviteit van het deskundigenrapport, ook omdat dit is opgesteld door een deskundige die uit de installatiebranche komt. Zo is de douchefrequentie tendentieus weergegeven. Gezegd is dat de douche soms 6 x per dag wordt gebruikt; dat is echter uitzondering omdat normaal is een gebruik van 3x per dag. De deze lekkage eerst veel later is ontdekt komt omdat het achter de rozetten van de douchemengkraan lekt. Deze mengkraan heeft er altijd gezeten, en is nooit verwijderd of vervangen. Het lekdetectiebedrijf is door mij ingeschakeld omdat ik een second opinion wilde hebben. Achter de rozetten van die kraan gaat m.i. pas echt lekken bij schoonmaken en niet bij douchen. De douchekop zit op een glijstang, en wordt er een enkele keer wel eens afgehaald.
De consument verlangt de ondernemer te verplichten tot betaling van de schadevergoeding ad € 7.438,53.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
Door ons is het ontvangen vragenformulier verder ingevuld en sturen wij u bijgesloten toe. Wij zijn er van uit gegaan dat het de bedoeling is dat wij het vragenformulier verder moesten invullen. Ter aanvulling zijn door ons hierop bij de tekst onderstaande aanvullingen/opmerkingen geplaatst:
1. Er was toen geen aanleiding om ter hoogte van de aansluitingen van de douchemengkraan te zoeken omdat zich daar geen vochtplekken bevonden. Deze waren wel ter plaatse van de hoogte van de douchebak, vandaar dat de opdracht van de klant ook betrof: onderzoek onder de douchebak.
2. De nodige kit- en voegwerkzaamheden zijn uitgevoerd ter plaatse van de douchebak en niet ter hoogte van de douchemengkraan.
3. De genoemde houten lat zit onder de rand van de douchebak en is dan ook niet zichtbaar.
4. Het in onze offerte 211 047.002 genoemde te verrekenen bedrag ad € 414,28 is slechts uit coulance – en dus onverplicht – aangeboden, ondanks dat dit meer dan anderhalf jaar na de reparatie was.
Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Ik blijf bij wat door de ondernemer is aangevoerd. De lekkage was toen alleen zichtbaar bij de rand van de douchebak. Dan ligt onderzoek aan de douchemengkraan zeker niet in de rede. De rozetten van die kraan kunnen alleen worden verwijderd na verwijdering van die kraan.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft volgens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.
Partijen waren aanwezig bij mijn onderzoek ter plaatse.
Tijdens het gesprek met partijen zijn de navolgende feiten geconstateerd:
1: consument geeft aan dat er 6x per dag gebruik gemaakt wordt van de betreffende douche;
2: in februari 2020 is er lekkage geconstateerd door consument d.m.v. het opbollen van de parketvloer in de slaapkamer aangrenzend aan de badkamer op de plaats waar de douchehoek zich bevindt;
3: de consument heeft de ondernemer in februari 2020 telefonisch gevraagd om deze lekkage op te sporen en te verhelpen;
4: de ondernemer heeft d.m.v. onderzoek vastgesteld wat de oorzaak van de lekkage was, en heeft deze verholpen.
Uit dit onderzoek kwam naar voren dat enkele slechte voegen in de tegelmuur van de douchehoek, en ook kitnaden van de aansluiting douchebak op de tegelmuur douche hoek lek waren. De ondernemer heeft deze lekkagepunten verholpen.
Er heeft zich daarna gedurende 20 maanden geen lekkage meer voorgedaan.
In oktober 2021 is er door de consument wederom een lekkage constateert op dezelfde locatie als in februari 2020, met zelfs een uitbreiding naar de overloop. De consument heeft toen een lekdetectie bedrijf in de arm genomen welke de locatie van de lekkage heeft vastgesteld, zijnde de kitafdichting achter de rozetten van de douchemengkraan. Ook heeft detectiebedrijf melding gemaakt van het minimaal openstaan van kitvoegen op de aansluiting douchebak/tegelmuur. De consument heeft aangegeven dat hijzelf heeft geconstateerd (met het detectiebedrijf) dat bij belasten van de muur bij de mengkraan, er vrij veel water onder de douchebak vandaan druppelt. Hiervan is ook een foto in het dossier opgenomen.
Conclusie deskundige: De hoeveelheid water die nu zichtbaar is bij belasten van de muur, is geen lekkage die al lang bestaat zonder zichtbaar te worden. Bij het door de consument aangegeven gebruik van de douche, had deze lekkage, als deze in eerste instantie niet juist was gerepareerd, veel en veel eerder zichtbaar moeten worden. Met andere woorden: de lekkage van februari 2020 is op adequate wijze verholpen door aanbieder, er is immers in de 20 maanden na reparatie geen lekkage zichtbaar geweest. De lekkage van oktober 2021 is een lekkage welke vrij recent is opgetreden, zeker gezien de frequentie van het douchegebruik en de hoeveelheid water die hierbij gelekt werd.
Deskundige heeft niet kunnen constateren of er ook water langs de kitnaad douchebak/tegelmuur heeft gelekt. Bij belasten van de douche bak met gewicht (door het naar beneden drukken van de rand) heeft deskundige geen opening kunnen vaststellen, iets wat wel een vereiste is als er hier lekkage opgetreden zou zijn. Tenslotte, het is in de bouwwereld algemeen bekend dat kitnaden en voegen regelmatig vernieuwd dienen te worden, men spreekt hier over elke 5 jaar. Bij oplevering dient hier ook altijd melding van te worden gemaakt. De woning is opgeleverd in 2001, de kit welke de lekkage mede veroorzaakte in februari 2020 was dus toen al 19 jaar oud. De kit welke nu volgens lekdetectie bedrijf de hoofdschuldige is van de lekkage in oktober 2021, is dus al 20 jaar oud.
Dit behoort de ondernemer ook te weten. Het had de professionaliteit en vakbekwaamheid van de ondernemer getoond als hij de consument hierop had gewezen ten tijde de reparatie van de lekkage in februari 2020. Het behoorde niet tot zijn opdracht om preventief zaken te vervangen, de opdracht was immers spoor lekkage op en verhelp deze, maar het had aanbieder wel gesierd.
De omvang van de klacht is ernstig.
Herstel is mogelijk en wel als volgt: verwijderen alle voegen en kitnaden en loszittend tegelwerk, demontage douche bak. Aanbrengen tegels en voegwerk, terugplaatsen douchebak. De kosten hiervan bedragen: (incl. BTW) ± € 5000,–.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Er is naar het oordeel van de commissie geen reden om te twijfelen aan de conclusie van de deskundige dat zich een nieuwe lekkage oorzaak heeft voorgedaan, eerst omstreeks 20 maanden nadat de eerdere en andere lekkageoorzaak door de ondernemer met succes was verholpen.
De nieuwe lekkage oorzaak is bovendien dusdanig ernstig, dat in het geval daarvan al in 2020 sprake zou zijn geweest, deze lekkage onmiddellijk (ook) zou zijn opgevallen bij het toenmalige onderzoek van de ondernemer naar een lekkageoorzaak. Niet is de ondernemer dus te verwijten dat hij in 2020 de hier aan de orde zijnde tweede (“nieuwe”) lekkageoorzaak over het hoofd moet hebben gezien.
De commissie is voorts van oordeel dat de ondernemer bij het vinden en oplossen van de toenmalige lekkageoorzaak niet (louter preventief) ook de douchemengkraan had moeten verwijderen, en vervolgens ook de rozetten op de muur, zulks ter beoordeling van de waterdichte afwerking van de aansluitingen en/of rozetten. Daar was toen geen reden toe, en dit viel ook buiten de toen gegeven opdracht tot het vinden en herstellen van de toen aangetroffen lekkageoorzaak, waarop immers ook daadwerkelijk een lekkageoorzaak van betekenis is aangetroffen en opgelost.
Het (sterk) gedateerde kitwerk achter de rozetten van deze douchmengkraan was toen in 2020 ook geen onvolkomenheid aan de zaak waaraan gewerkt moest worden, immers vonden de werkzaamheden plaats onder/nabij de douchebak. Er was daarom geen verplichting van de ondernemer op basis van de algemene voorwaarden om de consument te wijzen op deze niet aanstonds zichtbare – immers zich achter de rozetten bevindende – kitafdichting die enkel door ouderdom in de toekomst wel eens een lekkagerisico zou kunnen gaan betekenen.
De commissie is dan ook van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de ondernemer bij diens werkzaamheden toerekenbaar is tekortgeschoten in een juiste en volledige nakoming van de toenmalige opdracht tot het verhelpen van de toen aan de orde zijnde lekkage.
Bij dit oordeel speelt ook een niet-onbelangrijke rol dat de nieuwe lekkage eerst 20 maanden later is opgetreden.
De klacht wordt dan ook ongegrond geoordeeld en er dient in na te melden zin te worden beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven, bestaande uit M.L.J. Koopmans, voorzitter, de heer R.A. Timmer en mr. B.W. Weilers, leden, op 22 december 2022.