Geschil over terugleververgoeding bij omzetting van energiecontract

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Energie    Categorie: Contract / Teruglevering / Vergoeding    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 227936/230804

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument klaagt erover dat de ondernemer na omzetting van het vaste leveringscontract van een jaar
per 3 september 2023 naar een contract voor onbepaalde tijd de terugleververgoeding heeft aangepast.
Consument vindt dat dat niet kan omdat de sprake is van verlenging van het contract en de
contractvoorwaarden waarin de terugleververgoeding niet kan worden aangepast.

De uitspraak

Beoordeling

De klacht van de consument luidt als volgt.

Op 3 september 2022 sloot ik bij ondernemer een contract af voor de levering van stroom. Het betrof een
contract met tarieven die een jaar vast zouden staan. Bij dit contract horen de contract en
productvoorwaarden 1.3, de algemene voorwaarden, cashback voorwaarden en het tariefblad augustus 22.
Op 4 augustus 2023 ontving ik van ondernemer bericht dat deze overeenkomst omgezet zou worden in een
overeenkomst met nieuwe contract- en productvoorwaarden en nieuwe tarieven. Ik ben het oneens met het
wijzigen van de contract- en productvoorwaarden.

In de contractvoorwaarden die bij aangaan van het contract zijn verstrekt is in artikel 3.3 vastgelegd dat dit
contract na de looptijd automatisch verlengd zou worden voor onbepaalde tijd, met de dan geldende
variabele tarieven. In de algemene voorwaarden staat in artikel 21.6 echter dat de overeenkomst na het
einde van de looptijd omgezet wordt in een overeenkomst zonder vaste einddatum. Deze twee bepalingen
zijn tegenstrijdig. Artikel 5 van de contractvoorwaarden bepaalt dat bij een tegenstrijdigheid tussen
contractvoorwaarden en algemene voorwaarden de bepaling in de contractvoorwaarden geldt. Ik ga er dus
vanuit dat het contract na afloop van het eerste jaar verlengd is voor onbepaalde tijd en niet is omgezet
naar een nieuwe overeenkomst. Bij een verlenging van de overeenkomst kunnen wel de tarieven, maar niet
de contract- en productvoorwaarden gewijzigd worden. Daarvoor bieden noch deze voorwaarden, noch de
algemene voorwaarden de mogelijkheid. Op 18 augustus 2023 heb ik daarom een klacht ingediend bij
ondernemer. Deze en vervolgcommunicatie is (in zeer gebrekkig Nederlands) beantwoord. Ondernemer
stelt zich op het standpunt dat dit contract niet verlengd wordt, maar omgezet wordt in een nieuw variabel
contract (artikel 21.6 algemene voorwaarden). Volgens de contractvoorwaarden hebben deze prioriteit
indien ze tegenstrijdig zijn met de algemene voorwaarden (artikel 5 contractvoorwaarden). Essentieel is dat
voor nieuwe variabele contracten in de productvoorwaarden een terugleververgoeding opgenomen is van 7
ct per kWh, terwijl in het huidige contract in de productvoorwaarden is opgenomen dat de
terugleververgoeding gelijk is aan het kale levertarief. Ik verzoek deze commissie dus om [ondernemer] zich aan
haar eigen contractvoorwaarden te houden en mijn bestaande contract te verlengen voor onbepaalde tijd
en dit niet om te zetten naar een nieuw contract met andere voorwaarden en de terugleververgoeding gelijk
aan het kale levertarief te handhaven.

De ondernemer heeft het volgende verweer gevoerd.

Ondernemer stelt zich op het standpunt dat zij de contract- en productvoorwaarden wel mag wijzigen na
afloop van de afgesproken looptijd van de leveringsovereenkomst voor bepaalde tijd met vaste tarieven en
dus op de de leveringsovereenkomst voor onbepaalde tijd met variabele tarieven wel nieuwe Contract- en
productvoorwaarden van toepassing mag verklaren. Consument is juist, volledig en tijdig geïnformeerd met
betrekking tot de omzetting van de leveringsovereenkomst voor bepaalde tijd met vaste tarieven in een
leveringsovereenkomst voor onbepaalde tijd met variabele tarieven, en welke voorwaarden op
laatstgenoemde leveringsovereenkomst van toepassing zijn. Ondernemer heeft consument op 4 augustus
2023 per e-mail geïnformeerd dat de leveringsovereenkomst voor bepaalde tijd met vaste tarieven
binnenkort eindigt en dat vanaf 3 september 2023 de leveringsovereenkomst omgezet wordt in een
leveringsovereenkomst voor onbepaalde tijd met variabele tarieven. Het tariefblad met de variabele
tarieven is in de bijlage van deze e-mail toegevoegd.

Ondernemer heeft consument hierbij ook geïnformeerd dat op de leveringsovereenkomst voor onbepaalde
tijd met variabele tarieven de volgende voorwaarden van toepassing zijn:
– Contract- en productvoorwaarden Particulier30;
– Algemene voorwaarden voor de levering van elektriciteit en gas aan particuliere kleinverbruikers
– [ondernemer]-Tariefblad-VARIABEL per 01-07-2023.
Ondernemer stelt zich op het standpunt dat zij bij de leveringsovereenkomst voor onbepaalde tijd met
variabele tarieven (vanaf 3 september 2023) wel een terugleververgoeding van € 0,07 excl. btw (€ 0,08470
inclusief 21% btw) per kWh mag hanteren, nu consument juist, volledig en tijdig is geïnformeerd over de
geldende voorwaarden met betrekking tot de terugleververgoeding.

De Algemene voorwaarden, Contract- en productvoorwaarden en het tariefblad, waarin de geldende
voorwaarden voor de terugleververgoeding zijn opgenomen, zijn tijdig van toepassing verklaard en maken
onderdeel uit van de leveringsovereenkomst voor onbepaalde tijd met variabele tarieven. Via onder andere
de van toepassing zijnde voorwaarden is consument geïnformeerd dat hij van ondernemer een redelijke
terugleververgoeding ontvangt voor de extra terug geleverde elektriciteit als consument op jaarbasis meer
energie teruglevert dan verbruikt.

De hoogte van de terugleververgoeding per 3 september 2023 is € 0,07 exclusief btw (€ 0,08470 incl. 21%
btw) per kWh.

De commissie overweegt als volgt.

Kern van het geschil is de vraag of de ondernemer per 3 september 2023 de terugleververgoeding mocht
aanpassen.

Consument heeft op zich gelijk dat het op 3 september 2022 afgesloten leveringscontract voor 1 jaar vast
op grond van artikel 3.3. van de bij dat contract behorende Contractvoorwaarden na afloop van die periode
per 3 september 2023 automatisch wordt verlengd voor onbepaalde tijd, met de dan geldende variabele
tarieven. Deze bepaling heeft op grond van artikel 5 van de Contractvoorwaarden voorrang op de
andersluidende bepaling in de Algemene Voorwaarden, waar in artikel 21.6 staat dat de overeenkomst na
het bereiken van de einddatum wordt omgezet naar een overeenkomst zonder vaste einddatum.
De commissie volgt consument echter niet in zijn stelling dat de ondernemer na afloop van het
leveringscontract per 3 september 2023 in het aansluitende contract voor onbepaalde tijd gebonden blijft
aan de in de artikel 3.3 van de Productvoorwaarden opgenomen terugleververgoeding gelijk aan het kale
enkeltarief en deze niet zou mogen aanpassen in de nieuwe gewijzigde Productvoorwaarden naar een
redelijke vergoeding, welke volgens het nieuwe Tarievenblad € 0,07 excl. btw (€ 0,08470 incl. 21% btw) per
kWh bedraagt.

Er is op grond van de Contractvoorwaarden immers sprake van een verlenging voor onbepaalde tijd, maar
dan wel met de dan geldende variabele tarieven. Consument kan derhalve na afloop van het jaarcontract
geen aanspraak meer maken op de met hem voor dat jaar afgesproken vaste tarieven. Een redelijke uitleg
van die bepaling uit de Contractvoorwaarden brengt naar het oordeel van de commissie met zich mee dat
hij ook geen aanspraak meer kan maken op de voor dat jaar afgesproken vaste terugleververgoeding van €
0.69432, welke is gekoppeld aan het gelijkluidend vaste enkeltarief en als zodanig ook is opgenomen in de
contractbevestiging onder het kopje “Leveringskosten”. De ondernemer mocht derhalve op dit punt de
Productvoorwaarden wijzigen in die zin, dat aanspraak bestaat op een redelijke, en daarmee variabele,
terugleververgoeding.

Bovendien is op grond van artikel 21.6 van de Algemene Voorwaarden op een situatie als deze artikel 19
van die Algemene Voorwaarden van toepassing, waaruit volgt dat de voorwaarden en de leveringstarieven
mogen worden aangepast, mits tijdig aangezegd. Ook hier geldt in het licht van het vorenoverwogene dat
een redelijke uitleg van die bepalingen in dit geval ook ziet op de aanpassing van de (voorwaarden van de)
terugleververgoeding. Dat dit tijdig is aangezegd heeft de ondernemer in het verweerschrift voldoende
aannemelijk gemaakt.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten
verschuldigd.

Deze behandelingskosten worden geheel betaald.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit de heer mr. R.H. Smits, voorzitter,
mevrouw mr. W.N. Kip, de heer drs. L. van Rootselaar, leden, op 21 december 2023.