Commissie: Reizen
Categorie: Informatie schriftelijk
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
54026
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op of omstreeks 24 maart 2010 via een boekingskantoor met de reisorganisator tot stand gekomen overeenkomst. De reisorganisator heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een vliegreis naar Australië voor twee personen, één hotelovernachting en de huur van een camper gedurende 28 dagen. Een en ander in de periode van 1 september tot en met 1 oktober 2010, voor de som van € 4.868,80, waarvan € 2.464,– voor de huur van de camper, zijnde het onderwerp van geschil. Standpunt van klager Het standpunt van klager luidt samengevat en in hoofdzaak als volgt. Voor de huur van de camper is een bedrag van € 2.464,– in rekening gebracht, inclusief de basisverzekering. Bij het afhalen van de camper werd klager gedwongen een bedrag van twee maal AUD 789,25 (totaal AUD 1.578.50) te betalen als borg voor eventuele schade. De reis is zonder schade aan de camper verlopen. Bij het inleveren van de camper werd dit bedrag door de verhuurder als een borgsom betiteld. Bij thuiskomst bleek dat twee maal een bedrag van € 565,59 (totaal € 1.131,18) was afgeschreven. Klager claimt dit bedrag terug: – omdat het een borgsom betrof; – omdat het niet in verhouding staat tot de door de reisorganisator in rekening gebrachte reissom; – omdat bij terugkeer in Adelaïde de door klager ondertekende formulieren zelfs werden vernietigd ten bewijze dat het bedrag niet zou worden geïnd; – omdat het boekingskantoor niet heeft gerept van een zo exorbitante borgsom, laat staan van extra verzekeringen. Ter zitting heeft klager nog verklaard dat zij onvoorbereid op reis is gegaan, maar ook dat zij van mening is dat het boekingskantoor haar had moeten informeren en dat de medewerkers van de autoverhuurder erg vasthoudend waren met betrekking tot de af te sluiten verzekering. Klager had er geen rekening mee gehouden dat zij ter plaatse nog een dergelijk hoog bedrag zou moeten betalen. Dat zij een bedrag van AUD 7.500 als borg zou moeten betalen als zij geen extra verzekering zou afsluiten was haar niet bekend en ook daarmee had zij geen rekening gehouden. Klager verlangt terugbetaling van twee maal € 565,95, totaal € 1.131,18. Standpunt van de reisorganisator Het standpunt van de reisorganisator luidt samengevat en in hoofdzaak als volgt. Het door klager betaalde bedrag betreft geen borgsom die nog teruggestort zou moeten worden. Het bedrag van AUD 1.578,50 wordt gespecificeerd op het huurcontract en betreft de volgende onderdelen: 1. AUD 1.176,– voor de Excess Reduction 2 verzekering; 2. AUD 250,– voor de one way rental; 3. AUD 22,50 voor de huur van het chemisch toilet; 4. AUD 35,– voor de huur van de gasfles; 5. AUD 95,– voor vooruitbetaalde brandstof. Het huurcontract is door klager voor accoord ondertekend. Hierop staat de borg van AUD 220,– vermeld. Dit bedrag is slechts gereserveerd en niet daadwerkelijk van klagers rekening afgeschreven. Van de vermelde locale extra’s heeft klager ook daadwerkelijk gebruik gemaakt. Tijdens de vakantie is klager verzekerd geweest via de Excess Reduction 2 verzekering. Achteraf is het niet mogelijk om deze verzekering ongedaan te maken. Een Excess Reduction 2 verzekering heeft twee voordelen; het eigen risico wordt verlaagd van AUD 7.500,– naar nul en er is een lager borgbedrag van toepassing (AUD 220,– in plaats van AUD 7.500,–). Deze verzekering is optioneel, het is niet verplicht om deze verzekering af te sluiten. Zowel in de prijsbijlage op pagina 24 en 25 als in de passagiersinformatie wordt informatie gegeven met betrekking tot de borg en de verzekeringen. Ook wordt aangegeven dat de borg per creditcard dient te worden voldaan. Expliciet wordt vermeld dat bij een borg van AUD 2.500,– of AUD 7.500,– het bedrag daadwerkelijk wordt afgeschreven en later wordt teruggestort. Bij een borg van AUD 220,– wordt het bedrag slechts gereserveerd en niet daadwerkelijk afgeschreven. Bovendien wordt vermeld dat er een creditcardtoeslag geldt van 2% voor Mastercard en Visa en 4,5% voor American Express voor het voldoen van de borgsommen. Er is geen sprake van bedragen die ten onrechte zijn doorbelast. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. De commissie is van oordeel dat de boekingsbevestiging, de prijsbijlage bij het reisaanbod, de door het boekingskantoor verstrekte informatiebijlage over camperhuur in Australië en de door de reisorganisator met de reisbescheiden verstrekte bijlage over camperhuur in Australië alle informatie bevatten die klager nodig had om zich goed op haar reis voor te bereiden. De genoemde documenten gaan uitvoerig in op de borgsom, het eigen risico, de verzekeringen, locaal aan te schaffen extra’s, enzovoort. Van een reiziger mag worden verlangd dat deze een reis voorbereidt en in ieder geval kennis neemt van de door het boekingskantoor en de reisorganisator verstrekte informatie. Klager heeft de huurovereenkomst voor accoord ondertekend. In de huurovereenkomst is een specificatie opgenomen van de ter plaatse overeengekomen extra faciliteiten, waaronder een uitbreiding van de verzekering. In de informatiebijlage van het boekingskantoor wordt benadrukt dat bij het in ontvangst nemen van de camper een huurcontract wordt opgemaakt, dat de reiziger voor accoord tekent voor hetgeen daarop vermeld staat en dat men zich ervan moet overtuigen dat de verzekeringen die men niet wenst, niet alsnog worden vermeld. Klager stelt dat zij zich door de camperverhuurder onder druk gezet voelde. Klager had zich op dat moment om hulp en advies tot de reisorganisator kunnen wenden. De reisorganisator had daartoe in de reisbescheiden een plaatselijke vertegenwoordiger en een noodnummer in Nederland bekend gemaakt. Klager had bij vragen of twijfel contact kunnen opnemen met zowel de plaatselijke vertegenwoordiger van de reisorganisator als met het kantoor in Nederland. Klager heeft dat niet gedaan, maar heeft ervoor gekozen het huurcontract te ondertekenen en middels twee pin-betalingen de vermelde extra faciliteiten af te rekenen en middels een creditcardreservering de borg te regelen. De betalingen voor de extra faciliteiten (2x AUD 789,25) waren definitief. Het bedrag voor de borg, AUD 220,–, betrof een reservering op een creditcardrekening die niet is geïncasseerd en op de definitieve afrekening is gecrediteerd. De commissie moet vaststellen dat klager inderdaad onvoorbereid op reis is gegaan, dit valt echter noch het boekingskantoor, noch de reisorganisator te verwijten. Voorts heeft de commissie geen onregelmatigheden in de camperhuurovereenkomst aangetroffen. Deze stemt overeen met hetgeen klager daarvan op grond van de vooraf bekend gemaakt informatie kon verwachten. De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht ongegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing Het door klager verlangde wordt afgewezen. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de reisorganisator aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 150,–. Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 14 juli 2011.