Kapotte interne LCD kabel laptop.

De Geschillencommissie




Commissie: Elektro    Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: ELE09-0142

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 26 mei 2008 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst, waarbij de ondernemer zich heeft verplicht tot het leveren van [een notebook], tegen een daarvoor door de consument te betalen prijs van € 849,–. De levering heeft op 26 mei 2008 plaatsgevonden.   De consument heeft op 18 november 2009 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Na ruim één jaar gebruik van de laptop viel het beeldscherm uit, er was geen opstartscherm alleen een zwart beeld. De consument heeft toen de klacht bij de ondernemer ingediend en verzocht de notebook kosteloos te repareren. De ondernemer was daartoe niet bereid omdat de garantietermijn (van één jaar) reeds was verstreken. Omdat de consument wilde weten wat de reden van het gebrek was heeft zij opdracht gegeven tot nader onderzoek. Bij dat onderzoek is gebleken dat een interne kabel, de LCD kabel, kapot was. Dat is een oorzaak buiten schuld van de consument omdat zij zelf niet bij de kabel kan komen. De kosten van het herstel zijn geraamd op € 148,–, waarbij de consument een coulancekorting zou verkrijgen van € 22,51 zodat zij aan reparatiekosten € 125,49 zou moeten betalen. Onder protest van gehoudenheid tot betaling is de consument akkoord gegaan met de reparatie en heeft zij ook het bedrag van € 125,49 voldaan. De consument stelt zich op het standpunt dat sprake is van non-conformiteit ex artikel 7:17 BW. De consument mocht verwachten dat de notebook van die kwaliteit naar behoren zou werken en niet binnen anderhalf jaar kapot zou gaan vanwege een oorzaak die geheel buiten het bereik van de consument is gelegen. De consument wenst dan ook teruggave van de door haar betaalde reparatiekosten.   Verder is gebleken dat binnen enkele (drie) maanden na de reparatie de notebook wederom niets doet. De consument heeft opnieuw contact opgenomen met de ondernemer en haar is medegedeeld dat zij eerst € 65,– diende aan te betalen alvorens nader onderzoek zou plaatsvinden en dat zij zelf de herstelkosten zou moeten dragen. Ook daar kan de consument niet mee akkoord gaan.   De consument verlangt een kosteloos herstel dan wel vervanging van de notebook, alsmede teruggave van de eerder door haar betaalde reparatiekosten.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer betreurt het dat de consument problemen heeft met de notebook. De doorberekende kosten zijn de onderzoekskosten van de reparateur omdat er helaas maar één jaar fabrieksgarantie op de notebook zit. Die fabrieksgarantie is verlopen zodat er kosten in rekening zijn gebracht. Er is een bedrag van € 22,51 in mindering gebracht. De consument kan de notebook opnieuw ter reparatie aanbieden. Op de reparatiekosten zal de ondernemer een coulance toepassen op basis van de economische gebruiksduur van het apparaat.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.   Binnen 15 minuten is de processor 50 °C waardoor de laptop niet meer kan functioneren. Dit ontstaat in dit geval niet door vervuiling van het koelcircuit maar door een overproductie van warmte in de processor. Dit vindt zijn oorsprong in een defect in de processor. Het is aannemelijk dat dit bij de uitgevoerde reparatie ook al gaande was maar in mindere mate waardoor het niet is waargenomen. Dit heeft de consument niet kunnen voorkomen en zij is niet de veroorzaker van het probleem. Het defect vindt zijn oorsprong in het fabricageproces. Omdat er geen rapportage beschikbaar is van de reparatie is niet meer vast te stellen of dat toen al was te voorzien.   Naar het vaktechnisch oordeel van de deskundige zijn de geconstateerde gebreken ernstig te noemen. Herstel is technisch mogelijk door het vervangen van de microprocessor. De herstelkosten worden door de deskundige becijferd op een bedrag van € 208,25.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De commissie is van oordeel dat de reeds door de consument betaalde reparatiekosten van € 125,49 voor het vervangen van de kapotte interne LCD kabel door de ondernemer aan haar vergoed dienen te worden. Uit niets is gebleken dat de consument zelf de hand heeft gehad en de oorzaak is geweest van dit gebrek (middels ondeskundig gebruik van de notebook) en dat is ook niet door de ondernemer gesteld. De commissie gaat er vanuit dat de economische levensduur van de notebook drie jaar bedraagt zodat de consument ten tijde van de eerste reparatie uit mocht gaan van een langere levensduur dan anderhalf jaar toen dat gebrek zich voordeed. De consument behoefde niet te verwachten dat de LCD kabel het binnen een termijn van anderhalf jaar zou begeven en vervangen zou moeten worden. In dat opzicht stelt de commissie vast dat de notebook niet de eigenschappen bezat die de consument op grond van de koopovereenkomst met de ondernemer mocht verwachten en dat de notebook niet aan de overeenkomst heeft beantwoord. De commissie acht het onder die omstandigheden dan ook niet gerechtvaardigd dat de ondernemer (een deel van) de reparatiekosten voor rekening van de consument heeft laten komen. De reparatiekosten van € 125,49 dient de ondernemer dan ook aan de consument te retourneren.   Duidelijk is verder geworden dat de notebook na de reparatie wederom defect is geraakt. Dat blijkt ook uit het deskundigenrapport. De commissie onderschrijft de bevindingen van de deskundige, eens temeer nu van de zijde van de ondernemer die bevindingen van de deskundige onbestreden zijn gelaten (en de ondernemer daartegen niets heeft ingebracht). De deskundige stelt in zijn rapport dat het huidige defect aan de microprocessor zijn oorsprong vindt in het fabricageproces en dat de consument dat effect niet had kunnen voorkomen en zij ook niet de veroorzaker van dat defect/probleem is. Op basis van de bevindingen van de deskundige is de commissie van oordeel dat het herstellen van dat defect (het vervangen van een microprocessor) eveneens kosteloos door de ondernemer dient te geschieden. Ook daarvoor geldt dat de consument niet behoefde te verwachten dat dat defect zich binnen een termijn van twee jaar zou voordoen en dat herstel noodzakelijk is. Ook daarvoor geldt dat de notebook niet de eigenschappen bezit die de consument op grond van de koopovereenkomst met de ondernemer mocht verwachten en dat de notebook aldus niet aan de overeenkomst heeft beantwoord. Dat betekent dat de consument aanspraak kan maken op herstel op basis van artikel 7:21 BW, waarmee de vastgestelde non-conformiteit kan worden gecorrigeerd. Verder is het zo dat van de ondernemer wel had mogen worden verwacht dat hij de consument sneller en beter had bediend, meer in het bijzonder na de bevindingen in het deskundigenrapport van 30 juli 2010. Gelet op de gang van zaken acht de commissie het redelijk en billijk dat de ondernemer binnen één maand na de verzenddatum van dit bindend advies de notebook kosteloos verder zal laten onderzoeken en zal laten repareren op het geconstateerde gebrek (zoals vastgesteld door de deskundige). Indien en voor zover alsdan nog andere gebreken aan het licht zullen komen gaat de commissie er vanuit dat partijen met elkaar in overleg zullen treden om een adequate oplossing te vinden. Indien partijen daarin niet zullen slagen kan de consument zich wederom tot de commissie wenden zonder opnieuw klachtengeld te betalen.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument terug een bedrag van € 125,49 (ter zake de reeds door de consument betaalde reparatiekosten). De betaling dient plaats te vinden binnen één maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de verzenddatum van dit bindend advies.   De ondernemer zal binnen één maand na de verzenddatum van dit bindend advies de notebook kosteloos laten onderzoeken en tot kosteloos herstel van het door de deskundige geconstateerde gebrek (vervanging microprocessor) overgaan (en indien er meer dan wel andere gebreken worden geconstateerd zullen partijen bezien of zij tot een oplossing kunnen komen).   Indien partijen niet tot een oplossing zullen geraken, kan de consument zich weer tot de commissie wenden zonder opnieuw klachtengeld te betalen.   De ondernemer dient overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 75,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 75,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Elektro op 29 oktober 2010.