Commissie: Verbouwingen en nieuwbouw
Categorie: (on)werkbare dagen
Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
77999
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft een klacht over de te late oplevering van werkzaamheden inzake de plaatsing van een terrasoverkapping en een vordering tot schadevergoeding wegens overschrijding van de overeengekomen bouwtijd. Standpunt van de consument Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar het digitale intakeformulier van 1 juli 2013. In de kern komt de klacht van de consument op het volgende neer. De ondernemer is een schadevergoeding van € 40,– per kalenderdag verschuldigd omdat de overeengekomen bouwtijd is overschreden. De ondernemer is op 15 april 2013 aangevangen met het werk en de oplevering heeft plaatsgevonden op 4 juni 2013. Op maandag 6 mei 2013 had opgeleverd moeten zijn. De consument vordert 28 maal € 40,–, in totaal een bedrag van € 1.120,– aan schadevergoeding. Standpunt van de ondernemer Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken, in het bijzonder de brief van 9 juli 2013. In de kern komt de reactie van de ondernemer op het volgende neer. De consument heeft de klacht niet gemeld bij oplevering. De afspraak was dat de ondernemer “omstreeks 15 april” zou aanvangen met het werk en dat de werkzaamheden “ongeveer” 15 werkdagen zouden duren. Er zijn tijdens de uitvoering van het werk enkele onwerkbare dagen geweest en roostervrije dagen. De ondernemer heeft voldaan aan de afspraken met de consument. De klacht moet worden afgewezen. Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De ondernemer is op 18 april 2013 begonnen met de werkzaamheden en niet op 15 april 2013 zoals de consument aangeeft. Er waren meerdere dagen met stortregen. Dan is het niet mogelijk om met elektrische apparatuur te werken, omdat dit te gevaarlijk is. De werkzaamheden betroffen een terrasoverkapping en vonden (vrijwel) uitsluitend buiten plaats. Er is niet afgesproken dat de werkzaamheden 15 werkdagen zouden duren. De consument wist dat dit een indicatieve termijn was. Er is bovendien sprake geweest van bijzondere omstandigheden omdat de uitvoerder, nadat met het werk was gestart, enkele dagen in het ziekenhuis opgenomen is geweest. De ondernemer heeft de consument steeds zorgvuldig geïnformeerd en de consument toonde begrip en was akkoord met de gang van zaken. Op vrijdag 31 mei 2013 heeft de ondernemer de consument telefonisch kenbaar gemaakt dat het werk gereed voor oplevering was. De ondernemer heeft de werkzaamheden naar volle tevredenheid van de consument verricht. Er is ten tijde van de prijsvorming korting verleend en er zijn extra werkzaamheden verricht door de ondernemer. De ondernemer snapt niet goed waarom de consument deze klacht (thans) indient, gelet op het vorenstaande. Beoordeling van het geschil De commissie stelt voorop dat zij betreurt dat de consument niet ter zitting aanwezig was om zijn standpunt nader toe te lichten. Hierdoor heeft de consument zichzelf de mogelijkheid ontnomen om te reageren op de stellingen van de ondernemer zoals deze ter zitting naar voren zijn gebracht. De commissie zal allereerst ingaan op het meest verstrekkende verweer van de ondernemer, namelijk dat de klacht bij oplevering reeds had moeten worden gemeld. De commissie volgt hierin de ondernemer niet, nu naar het oordeel van de commissie de oplevering betrekking heeft op bouwkundige gebreken. De onderhavige klacht, een klacht voortvloeiend uit de afspraken tussen partijen, kan ook na oplevering nog worden gemeld. De commissie kan de ondernemer niet volgen in zijn standpunt dat anders zou blijken uit de tekst van artikel 11 van de CoVo voorwaarden. De commissie leidt dit niet uit de tekst van dat artikel af. De commissie overweegt als volgt. Vaststaat dat partijen op 5 maart 2013 een overeenkomst hebben gesloten voor het realiseren van een terrasoverkapping voor de aanneemsom van € 21.510,55 inclusief B.T.W. De Consumentenvoorwaarden 2010 (CoVO 2010) zijn van toepassing. In de overeenkomst staat over een startdatum niets opgenomen. De consument heeft bij de ondertekening van de overeenkomst met pen toegevoegd: “onder voorbehoud dat werk omstreeks 15 april 2013 start”. In de overeenkomst staat in artikel 6 het volgende opgenomen: “Het uitvoeringstermijn van de werken, die loopt tot het werk in oplevering kan worden genomen, beloopt op ongeveer 15 werkdagen. Wel rekening te houden met werkbare dagen. De uitvoering van gevel-, schilder- en dakwerk kan bij voortdurende slechte weersomstandigheden uitgesteld worden tot een later tijdstip; dit om onnodige kwaliteitsrisico’s te vermijden. Werkdagen worden als onwerkbaar beschouwd wanneer daarop door omstandigheden buiten de aansprakelijkheid van de ondernemer gedurende tenminste vier uren door het grootste deel van de werknemers of machines niet kan worden gewerkt. Niet als werkdagen worden beschouwd de algemene erkende, door de overheid dan wel bij of krachtens collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- en feestdagen, vakantiedagen en andere vrije dagen. … ” De ondernemer heeft ter zitting benadrukt dat het werk op 18 april 2013 en niet op 15 april 2013 is aangevangen. Nu dit standpunt van de ondernemer door de consument onvoldoende is betwist, neemt de commissie de datum van 18 april 2013 aan als moment van aanvang van de werkzaamheden. De commissie zal met inachtneming van hetgeen partijen hebben afgesproken in de overeenkomst, nagaan of er te laat is opgeleverd en of de consument een bedrag aan schadevergoeding toekomt wegens overschrijding van de bouwtijd. De commissie zal hieronder door middel van een berekening weergeven wanneer naar het oordeel van de commissie door de ondernemer opgeleverd had moeten worden. Bij deze berekening neemt de commissie het volgende mee. De onwerkbare dagen door weersomstandigheden zijn door de ondernemer aangetoond middels een rapport van [naam meteobedrijf]. Nu deze door de consument niet dan wel onvoldoende zijn betwist, staan deze dagen vast. Ook de halve onwerkbare dagen zal de commissie als volledige onwerkbare dagen meetellen, gezien de afspraak die partijen daarover hebben gemaakt in artikel 6 van de overeenkomst, hiervoor weergegeven (tenminste vier uur…etc.). De commissie telt vijf roostervrije dagen in de betreffende periode (29/30 april, 9/10 mei en 20 mei). Met inachtneming van het bovenstaande komt de commissie dan op het volgende uit: Werkbare werkdagen: 18/19 april = 2 dagen 22/23/24/25 april = 4 dagen 1/3 mei = 2 dagen 6/7/8 mei = 3 dagen 15 mei = 1 dag 20/22/24 mei = 3 dagen Totaal van 15 dagen. Bij een strikte uitleg van 15 werkdagen zou de commissie dan uitkomen op een oplevering in de week van maandag 27 mei 2013. De uiteindelijke opleveringsdatum was 4 juni 2013. Een strikte uitleg van het aantal werkdagen is echter in casu niet aan de orde. Dit acht de commissie niet redelijk en billijk nu naar het oordeel van de commissie door de afspraak “ongeveer 15 werkdagen” enkele dagen rek zit in hetgeen partijen over en weer mochten verwachten. Daarnaast heeft de ondernemer zich met recht beroepen op een bijzondere omstandigheid, namelijk de ziekenhuisopname van de uitvoerder. Vast is komen te staan dat hierover duidelijk is gecommuniceerd en de consument op dat moment geen bezwaren heeft geuit. Ook heeft de ondernemer aangegeven dat hij op vrijdag 31 mei 2013 contact heeft gezocht met de consument voor het maken van een afspraak voor oplevering. Al deze omstandigheden in acht nemend, beslist de commissie dat de ondernemer conform de afspraken heeft opgeleverd en verklaart zij de klacht van de consument ongegrond. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De commissie wijst de klacht af. Aldus beslist door de Geschillencommissie Verbouwingen op 8 oktober 2013.