Klager is zelf verantwoordelijk voor het missen van de visuminformatie. De reisbescheiden zijn niet van een dergelijke omvang dat ze niet tijdig gelezen hadden kunnen worden.

  • Home >>
  • Reizen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Reizen    Categorie: Informatie schriftelijk    Jaartal: 2019
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 119347

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 19 februari 2018 via een boekingskantoor met de reisorga¬nisator totstandgekomen overeen¬komst, waarbij de reisorganisator zich verplicht heeft tot het leveren van een vliegreis voor twee volwassenen naar Sint Petersburg en Moskou in Rusland met verblijf in een hotel op basis van logies met ontbijt voor de periode van 17 mei 2018 t/m 22 mei 2018 voor de som van € 4.467,- (de reis is niet doorgegaan).

Standpunt van klager

Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.

De door ons geboekte reis is niet doorgegaan, omdat mijn vrouw en ik niet beschikten over een visum. Door de volgende passage uit de gevoerde correspondentie zijn wij op het verkeerde been gezet/ misleid:

“Ik ben er vanuit gegaan dat u de Nederlandse nationaliteit bezit. Mocht dit niet het geval zijn, dan raad ik u aan om zorgvuldig na te gaan welke reisdocumenten/visa voor u benodigd/vereist zijn.”

Op Schiphol werden we na het inchecken geweigerd wegens het ontbreken van een visum.

Ter zitting heeft klager nog verklaard dat hij de bescheiden van de reisorganisator niet in zijn geheel heeft gelezen. Zijns inziens was er sprake van een ‘overkill’ aan informatie.

Klager verzoekt de commissie een vergoeding van € 4.662,- toe te kennen.

Standpunt van de reisorganisator

Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt.

Dat klager werd geweigerd voor de vlucht wegens het ontbreken van een visum, wijt klager aan ons. Dit op basis van het gebruik van de volgende zin:

Ik ben er vanuit gegaan dat u de Nederlandse nationaliteit bezit. Mocht dit niet het geval zijn, dan raad ik u aan om zorgvuldig na te gaan welke reisdocumenten/visa voor u benodigd/vereist zijn.”

Op meerdere momenten in het boekingsproces hebben wij klager duidelijk gemaakt dat er voor Rusland een visum nodig is en dat hij daar zelf voor verantwoordelijk is. Wij hebben tevens verwezen naar een partner, die hem het aanvragen van een visum uit handen zou kunnen nemen.

Volgens de ANVR-Reisvoorwaarden is de reiziger zelf verantwoordelijk voor zijn reisdocumenten. Wij zijn van mening dat wij op basis van de contactmomenten aan onze plicht tot informatievoorziening hebben voldaan. Met het doen van een nieuw aanbod, waardoor de reis op een later moment tegen de helft van de originele prijs alsnog gemaakt kon worden, zijn wij van mening dat wij samen met onze lokale agent juist meer gedaan hebben dan waartoe we ingevolge de ANVR-Reisvoorwaarden verplicht waren.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft als volgt overwogen.

De commissie heeft vastgesteld dat de reisorganisator in zijn berichtgeving aan klager diverse malen heeft gewezen op de noodzaak van een visum voor een reis naar Rusland, alsmede op het feit dat klager zelf verantwoordelijk is voor het aanvragen van zo’n visum. De commissie verwijst in dit verband naar het eerste reisvoorstel van 10 januari 2018, de reisbevestiging van 26 januari 2018 en de factuur, waarbij gevoegd als bijlage ‘Visuminformatie’. 

Gelet hierop kan niet gezegd worden dat het voor klager onduidelijk was dat hij voor zijn reis naar Rusland een visum moest aanvragen en dat hij hier zelf voor verantwoordelijk was. De commissie volgt klager dan ook niet in zijn stelling dat hij door de hierboven (in cursief) aangehaalde zin is misleid. In klagers opmerking dat hij de hem toegezonden reisbescheiden niet (geheel) heeft gelezen wegens een ‘overkill’ aan informatie, volgt de commissie klager evenmin. De commissie merkt op dat die reisbescheiden niet van een dergelijke omvang zijn, dat ze niet tijdig gelezen hadden kunnen worden. Dat klager ervoor heeft gekozen om dat niet te doen, dient dan ook voor rekening en risico van klager te komen.

Op grond van het voorgaande zal de klacht ongegrond worden verklaard.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De commissie verklaart de klacht ongegrond, zodat het door klager verlangde zal worden afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 9 november 2018.