Commissie: Water
Categorie: Ondeugdelijke levering
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
35433
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil Het geschil betreft een jaarafrekening voor geleverd drinkwater die volgens de consument te hoog is. De consument heeft op 1 april 2009 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Ik ben op 1 maart 2008 komen wonen in het appartement [adres, woonplaats]. Met de ondernemer ben ik een voorschotbedrag van € 10,– per maand overeengekomen. Dat moest ruim voldoende zijn voor mijn eenpersoons huishouden. In maart 2009 kreeg ik echter een jaarafrekening volgens welke een groot bedrag moest worden bijbetaald. Ik kan nooit zo veel water hebben verbruikt. Het probleem is dat de watermeter bij mijn huisbaas staat. De meter is op 1 juni 2009 op diens naam gezet, maar voordien stond de meter op mijn naam. De huisbaas zou het hoge verbruik op de meter uitzoeken, maar dat is nooit gebeurd. Ik zit nu met mijn handen in het haar. De enige weg die mij nog openstaat, is de kwestie voor te leggen aan de commissie. De consument verlangt herziening van de jaarafrekening. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De consument is contractant geweest van 2 maart 2008 tot en met 31 mei 2009. Het waterverbruik wordt achteraf over een jaar in rekening gebracht. De geleverde hoeveelheid wordt bepaald door de watermeter. Op 6 maart 2009 heeft de moeder van de consument de stand van de watermeter doorgegeven. Deze was 1.639 m³. Deze stand is gebruikt bij het opstellen van de jaarafrekening. De consument heeft geen bewijs geleverd van zijn kennelijke standpunt dat niet hij zelf, maar ons bedrijf aansprakelijk is voor de hoge meterstand. Op 27 april 2009 heeft de consument ons opgebeld met de mededeling dat er een lekkage was, omdat de watermeter verbruik registreerde, terwijl alle kranen dicht waren. Voor lekkage achter de meter zijn wij niet aansprakelijk. Deze betreft de binneninstallatie waarvoor de afnemer zelf verantwoordelijk is. Het enige wat wij nog kunnen aanbieden is een ijking van de meter. Deze staat echter sinds 1 juni 2009 op naam van de verhuurder. De verhuurder is dus degene die een verzoek tot ijking zou moeten indienen. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Wat de watermeter registreert, is het enig mogelijke bewijs van de hoeveelheid verbruikt drinkwater. Daartegen kan tegenbewijs worden geleverd door aan te tonen dat de meter niet goed heeft gewerkt. In het algemeen geschiedt dat door middel van ijking van de meter door een onafhankelijk ijkinstituut. Van initiatieven in die richting van de zijde van de consument is niet gebleken. De commissie moet derhalve aannemen dat de meter de juiste hoeveelheid verbruikt water heeft geregistreerd. Aangezien de consument de houder van de meter is geweest gedurende de periode waarop de jaarafrekening betrekking heeft, is hij jegens de ondernemer aansprakelijk voor het in rekening gebrachte verbruik. Mochten andere bewoners van het gebouw waarvan de woning van de consument deel uitmaakt water hebben gebruikt dat via de meter van de consument is gelopen, dan dient de consument die andere bewoners daarvoor aan te spreken. Voor de op 27 april 2009 gemelde lekkage is de ondernemer niet aansprakelijk. Omdat de watermeter de hoeveelheid weggelekt water heeft geregistreerd, moet de lekkage hebben plaatsgevonden in de binnenleiding van het leveringsadres. Daarvoor is de ondernemer niet aansprakelijk, omdat zijn aansprakelijkheid bij de watermeter ophoudt. De ondernemer heeft immers geen zicht op wat er achter de meter gebeurt. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie en Water, op 5 november 2010.