Commissie: Thuiswinkel
Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
57292
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 10 augustus 2010 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. Naast abonnementsverplichtingen heeft de ondernemer zich daarbij verplicht tot het leveren van [een mobiele telefoon] tegen de daarvoor door de consument te betalen € 6,95 aan verzendkosten. De consument heeft, zoals toegelicht ter zitting, de klacht op 30 november 2010 gemeld bij de fabrikant zoals de ondernemer op de website aangaf en op 8 februari 2011 voorgelegd aan de ondernemer zelf. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Door softwareklachten startte de mobiele telefoon niet goed op. Het werd opgestuurd naar de fabrikant, die waterschade zegt te hebben geconstateerd en dit zou niet onder de garantie vallen. De mobiele telefoon zou ook niet gerepareerd kunnen worden. De mobiele telefoon is ongerepareerd teruggestuurd met een factuur voor onderzoekskosten ten bedrage van € 35,70, maar de consument heeft dat onder rembours gezonden pakket niet betaald of afgehaald. De consument weigert dit bedrag te betalen en verwacht dat de mobiele telefoon inmiddels is vernietigd. De consument verlangde aanvankelijk kosteloze vervanging, maar thans, zoals gewijzigd en toegelicht ter zitting, uitsluitend nog een vergoeding van € 289,–. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De reparateur heeft door middel van aangebrachte indicatoren vochtschade geconstateerd. De vochtschade is veroorzaakt door een externe factor en valt onder gebruikersschade. Het defect valt niet meer onder de fabrieksgarantie. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. De consument sloot de overeenkomst met de ondernemer. De ondernemer mag [een ander bedrijf] als zijn reparateur inschakelen, maar diens handelingen konden dan voor risico van de ondernemer. Ook als de ondernemer zelf geen verwijt treft, is hij jegens de consument voor tekortkomingen van de reparateur aansprakelijk. Nu de consument de klacht binnen zes maanden na aflevering en binnen de overeengekomen garantietermijn heeft gemeld, wordt vermoed dat de mobiele telefoon bij aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoord. De ondernemer voert aan dat de gemelde klacht kan zijn veroorzaakt door aangetroffen vochtschade als gevolg van onjuist gebruik door de consument, maar die vochtschade en dat onjuiste gebruik blijken onvoldoende. Middels indicatoren is alleen de aanwezigheid van enig vocht in de mobiele telefoon vastgesteld, maar enkel hieruit volgt nog niet dat sprake is van relevante vochtschade of van oneigenlijk gebruik van de mobiele telefoon door de consument. Anders dan de ondernemer meent, is de enkele aanwezigheid van enig vocht onvoldoende om het voornoemde vermoeden terzijde te stellen. De ondernemer concretiseert en onderbouwt zijn standpunt dat sprake is van aan de consument toerekenbare schade of onjuist gebruik verder niet met relevante feiten en hij doet ook geen specifiek bewijsaanbod. De commissie ziet geen aanleiding om zelf een deskundigenonderzoek te gelasten, zodat in het midden kan blijven of de mobiele telefoon voor eventueel onderzoek beschikbaar is. Nu moet worden aangenomen dat de mobiele telefoon bij aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoord en de ondernemer is tekortgeschoten in zijn herstel- of vervangingsplicht, is de consument bevoegd om de overeenkomst te (doen) ontbinden en zal de commissie de overeenkomst ontbonden verklaren, maar uitsluitend en alleen voor zover het de mobiele telefoon betreft.Dat op grond van de tekortkoming van de ondernemer in zoverre ontbinding plaatsvindt, verplicht hem tot vergoeding van de schade die de consument hierdoor lijdt. Dat de consument voor de mobiele telefoon niet afzonderlijk hoefde te betalen, doet er niet aan af dat hij nu een voordeel mist die op geld te waarderen is. Gelet op de ter zitting namens de consument overgelegde actuele print van de internetsite waarop de ondernemer een soortgelijk toestel als de onderhavige te koop aanbiedt voor € 289,–, stelt de commissie de door de ondernemer aan de consument te vergoeden schade op € 250,–. Ter zitting is aangevoerd dat de consument inmiddels een veel duurder toestel heeft gekocht, maar de daarvoor door de consument betaalde meerprijs staat niet in zodanig verband met de tekortkoming of de ontbinding dat zij de ondernemer als een gevolg daarvan kan worden toegerekend. Daarom zal de commissie de overeenkomst ontbonden verklaren voor zover het de mobiele telefoon betreft en bepalen dat de ondernemer een vergoeding van € 250,– betaalt. De commissie oordeelt dit ter beëindiging van het geschil ook redelijk en billijk. Het voorgaande leidt de commissie tot de slotsom dat de klacht gegrond moet worden geoordeeld. Daarom dient de ondernemer het betaalde klachtengeld aan de consument te vergoeden. De commissie beslist als volgt. Beslissing De commissie verklaart de overeenkomst van 10 augustus 2010 ontbonden, maar uitsluitend en alleen voor zover het de mobiele telefoon betreft. De commissie bepaalt dat de ondernemer aan de consument een vergoeding van € 250,– betaalt. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag. Partijen dienen elkaar over en weer in de gelegenheid te stellen aan hun verplichtingen uit dit bindend advies te voldoen. Bovendien betaalt de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie aan de consument een bedrag van € 25,– wegens betaald klachtengeld. De commissie wijst het meer of anders verlangde af. Aldus beslist door de Geschillencommissie Thuiswinkel op 7 september 2011.