Commissie: Makelaardij
Categorie: Opdracht
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
44898
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de kwaliteit van het door de ondernemer opgestelde taxatierapport, opgesteld in het kader van de aankoop van een woning. Door de consument is een bedrag van € 568,52 bij de commissie in depot gestort. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Het taxatierapport bedoeld voor een hypotheekaanvraag bij [naam hypotheekverstrekker] was ondeugdelijk. Volkomen ten onrechte maakt het rapport melding van: ernstig vergiftigde grond, onmiddellijk te verwijderen, …” enzovoorts. Dat deed [naam hypotheekverstrekker] de gevraagde hypotheek meteen weigeren. Toen wij zelf op onderzoek uitgingen bevestigde de gemeente dat het pand niets met de verontreiniging te maken heeft. In de vorm van een aanvulling kwam een herziening van het rapport. Daarna kende [naam hypotheekverstrekker] onmiddellijk de hypotheek toe. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De klacht van de consument heeft betrekking op het aan het rapport gehechte Uittreksel Bodeminfomatiesysteem. Dit door de gemeente [naam gemeente] aangeleverde document vermeldt dat het getaxeerde object binnen het door de gemeente gedefinieerde onderzoeksgebied “Voormalig Scadoterrein” valt. Het aanhechten van dit Uittreksel Bodeminformatiesysteem is juist. Het getaxeerde object is immers binnen het door de gemeente gedefinieerde onderzoeksgebied gelegen. Vanuit [naam hypotheekverstrekker] is na bestudering van ons taxatierapport verzocht om de situatie met betrekking tot dit gebeid nader toe te lichten. Vervolgens is door ons toegelicht dat het object buiten de contourenlijnen van ernstige verontreiniging met saneringsurgentie is gelegen en er geen actuele humane risico’s voor de gebruiksfunctie “wonen met tuin” bij het object aanwezig zijn. Met enige regelmaat komt het voor dat een geldverstrekker een toelichting vraagt. Dat doet niets af aan de kwaliteit van het taxatierapport. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Vast staat dat het taxatierapport met de bijlagen waaronder het genoemde Uittreksel Bodeminformatiesysteem (BIS), dateert van 5 maart 2010. Die BIS bijlagen zijn, blijkens de print in de kop van de betreffende pagina’s, als bladen 2, 3 en 4 van totaal 4 stuks, op 8 mei 2008 door de gemeente [naam gemeente] per fax verzonden en bevatten mededelingen van sterke verontreiniging van het voormalige Scado-terrein. Anders dan door de ondernemer is gesteld, geven de bijlagen geen uitsluitsel over de vraag of, en zo ja, in welke mate, de sterke verontreiniging van het Scado-terrein nabij het getaxeerde object, zich daarover uitstrekt. Buiten de verwijzing naar dit Uittreksel Bodeminformatiesysteem is in het rapport zelf geen informatie opgenomen die aanleiding geeft tot vermoedens ter zake van (ernstige) bodemverontreiniging te plaatse van het object. Vragen die van die strekking zijn worden alle ontkennend beantwoord in het rapport. Het taxatierapport zelf geeft op alle vragen in de richting van mogelijke verontreiniging ontkennende antwoorden zijn gegeven en aan de woning ook een waarde is toegekend die gen rekening houdt met saneringskosten of waardedrukkende effecten. Dat het rapport onjuist is kan daarom niet gezegd worden. Integendeel, het rapport trekt de juiste conclusies hetgeen bevestiging vindt in de aanvulling gedateerd op 17 maart 2010 waarin de ondernemer met bronvermelding verklaart dat er geen saneringsurgentie bestaat en er geen risico’s als vermeld zijn bij de gebruiksfunctie “wonen met tuin”. De commissie is van oordeel dat, gegeven het voorgaande, het rapport met bijlagen een innerlijk tegenstrijdig geheel vormt. Immers de bijlagen roepen de vraag op of de stellingen in het rapport wel juist zijn. Dit had de ondernemer moeten onderkennen en het had op zijn weg gelegen direct, dus voor het opstellen van zijn rapport, nader onderzoek in te stellen teneinde een eenduidig beeld te kunnen geven in het rapport zelf. De klacht is daarom gegrond. De fout is echter binnen enkele dagen hersteld en heeft geen aanleiding gegeven voor vermogensschade. De consument heeft weliswaar, ook ter zitting, uiteengezet dat een en ander hem zeer diep geraakt heeft en dat hij een hartaanval nabij is geweest, maar de commissie objectiveert de situatie naar de bij een incident als dit gebruikelijk niveau en concludeert dan dat het weliswaar een vervelende vertraging heeft opgeleverd en enkele dagen onzekerheid maar daarin is geen aanleiding gelegen voor het toekennen van schadevergoeding. Volstaan wordt met het enkele gegrond verklaren van de klacht met de beslissing dat de consument het klachtengeld van € 75,– vergoed dient te krijgen. Het in depot gestorte bedrag komt de ondernemer toe. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De commissie verklaart de klacht gegrond. De commissie bepaalt dat het in depot gestorte bedrag van € 568,52 aan de ondernemer wordt overgemaakt. Voorts dient de ondernemer aan de consument het door hem betaalde klachtengeld ad € 75,– te vergoeden. Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij, op 12 november 2010.