Commissie: Post
Categorie: Bewijs
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
60847
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de vermissing van een postzending. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. De consument heeft een pakket aangetekend verzonden. Het ging om een horloge, dat in [het buitenland] was gekocht. Er was iets niet goed aan het horloge en het moest terug naar de juwelier in [het buitenland] worden verzonden. Het pakket is echter verloren gegaan. Door een baliemedewerkster was het pakket verkeerd gelabeld, te weten als brief in plaats van als pakket. Omdat het pakket als brief was gelabeld, wilde PostNl slechts € 50,– vergoeden, terwijl de waarde € 479,– bedraagt. Nadien wilde PostNl wel een hoger bedrag vergoeden, mits de waarde wordt aangetoond. De consument beschikt echter niet meer over het bonnetje. Binnen de garantieperiode zou het horloge gratis worden gemaakt. Als bewijs dat de garantieperiode nog liep, moest het bonnetje worden meegestuurd. De consument heeft daar geen kopie van gemaakt en kan de waarde dus niet aantonen. De consument verlangt schadevergoeding en vergoeding van telefoonkosten. Standpunt van PostNl Het standpunt van PostNl luidt in hoofdzaak als volgt. PostNl erkent dat het pakket verloren is gegaan. Aanvankelijk is de wettelijke schadevergoeding voor aangetekende brievenbuspost aangeboden. De zending had echter als pakketpost moeten worden aangemerkt en dan had de consument aanspraak kunnen maken op een aanzienlijk hogere schadevergoeding van maximaal € 500,–. PostNl is bereid van deze hogere schadevergoeding uit te gaan. Aan de consument is bericht dat de schade wordt vergoed, als zij een verifieerbaar bewijs van de waarde van de inhoud van de zending levert. Zulks is voordat de klacht is ingediend aan de consument medegedeeld. De consument heeft daar niet op gereageerd. PostNl ziet geen taak voor de geschillencommissie: als de consument bewijs levert van de waarde, zal die – binnen het wettelijke maximum van € 500,– – worden uitgekeerd. Ook het klachtengeld zal dan worden vergoed. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. PostNl erkent aansprakelijkheid voor de vermissing van de postzending. Overeenkomstig de toepasselijke algemene voorwaarden moet de consument de waarde van de zending aantonen. De enkele mededeling dat sprake was van een horloge met een bepaalde waarde is daartoe onvoldoende. Al voordat de klacht bij de geschillencommissie was ingediend, was dit standpunt van PostNl bekend. Het geschil, zoals dat thans voorligt bij de geschillencommissie, betreft derhalve niet de vraag of PostNl aansprakelijk is, maar de vraag of PostNl een bewijs van de waarde van de inhoud van de zending mag verlangen alvorens de schade te vergoeden. Die vraag moet bevestigend worden beantwoord. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. De consument dient zich, om de schade vergoed te krijgen, wederom met PostNl te verstaan. Zij zal bewijs moeten leveren van de schade. Als zij daarin slaagt, zal PostNl deze vergoeden. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Post op 28 oktober 2011.