Ondernemer had uit VVE stukken niet hoeven af te leiden dat kosten zou worden gemaakt in verband met groot onderhoud aan het appartement.

  • Home >>
  • Makelaardij >>
De Geschillencommissie




Commissie: Makelaardij    Categorie: Informatie    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 48069

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil   Het geschil betreft de vraag of de ondernemer toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen, voortvloeiend uit de tussen partijen op 28 augustus 2007 gesloten Opdracht tot Aankoop Support, en op grond daarvan schadeplichtig is jegens de consument. Daarnaast klaagt de consument over het gebrek aan communicatie van de kant van de ondernemer.   De consument heeft op 12 november 2009 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De op 28 augustus 2007 gesloten Opdracht tot Aankoopsupport heeft geleid tot de koop van een appartement aan de [adres appartement] op 20 september 2007. Uit een bouwtechnisch rapport van 4 april 2009 blijkt dat er onder andere aan het dak groot onderhoud nodig is. De consument stelt dat hem dat € 7.265,– gaat kosten. De consument wil dit bedrag vergoed zien door de ondernemer.   Hij voert daartoe aan dat bij de aankoop is gesproken over toekomstige vervanging van het dak en dat de ondernemer daarover heeft gezegd dat gelet op de financiële situatie van de VVE dit geen kostenverhoging voor de consument zou betekenen. Als de ondernemer echter zijn werk grondiger had gedaan dan had hij de consument erop kunnen wijzen dat er zodanig groot onderhoud moest worden gepleegd dat de consument daarmee rekening had kunnen houden bij zijn (beslissing tot) aankoop. De ondernemer had een en ander volgens de consument kunnen en moeten weten omdat uit eerdere VVE-notulen naar voren komt dat er vergaderingen zijn geweest over het verhogen van de servicekosten in verband met groot onderhoud. Nu de ondernemer de consument niet goed heeft geïnformeerd, is hij zijn verplichtingen niet nagekomen, waardoor de consument schade heeft geleden gelijk aan de door hem te betalen bijdrage in de onderhoudskosten, zo concludeert de consument.   De consument heeft op 11 november 2009 een gesprek gehad met de ondernemer. Dat gesprek is bij mail van 12 november 2009 door de consument bevestigd met de vraag naar een oplossing. Hierop heeft de consument echter niets meer vernomen, ondanks pogingen daartoe via de mail of telefoon.   Ter zitting heeft de consument verder nog aangevoerd dat zijn klacht ook ziet op het gebrek aan communicatie van de kant van de ondernemer.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer ontkent ten stelligste dat bij het tekenen van de koopakte het vervangen van het dak ter sprake is geweest. Door hem wordt daarnaast aangevoerd dat de Opdracht tot Aankoopsupport zich beperkt tot onderhandelen en persoonlijke begeleiding bij de bezichtiging. Verder wordt aangegeven dat de verkopend makelaar in de vragenlijst bij de koopovereenkomst duidelijk heeft ingevuld dat het dak toe is aan vervanging en dat de consument heeft getekend dat hij die informatie heeft ontvangen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De vraag die voorligt is of de ondernemer in september 2007 bij de aankoop van het appartement door de consument verwijtbaar tekort is geschoten in zijn informatie- en onderzoeksplicht als makelaar. Dit in verband met het betoog van de consument dat de ondernemer aan de hand van eerdere VVE-notulen had kunnen en moeten weten dat er plannen waren voor groot onderhoud en dat die plannen een verhoging van de servicekosten zouden meebrengen. Ter onderbouwing van dit betoog heeft de consument notulen van een VVE-vergadering van 21 december 2004 overgelegd.   Uit die notulen kan worden opgemaakt dat er toen offertes lagen voor diverse werkzaamheden, waaronder onderhoudswerkzaamheden aan het dak. Ten aanzien van de uitvoering van die werkzaamheden is volgens de notulen besloten dat dat geen prioriteit had. Voor zover al kan worden vastgesteld dat een beslissing was genomen over de uitvoering van bepaalde andere werkzaamheden dan blijkt in ieder geval niet dat dat gepaard zou gaan met een verhoging van de servicekosten of VVE-bijdrage. Ook blijkt niet dat er al een begroting zou hebben gelegen.   Dit een en ander brengt mee dat de commissie van oordeel is dat de notulen geen steun bieden aan het betoog van de consument en dat de hierboven weergegeven vraag ontkennend moet worden beantwoord. Niet valt in te zien dat de ondernemer op basis van de inhoud van die notulen of anderszins had moeten of kunnen voorzien dat de consument in 2009 kosten zou moeten maken in verband met groot onderhoud, onder andere aan het dak. Hierbij wordt meegewogen dat de beslissing daartoe is genomen in VVE-verband in aanwezigheid van de consument, althans met machtiging van de consument, en dat het gaat om een beslissing die ogenschijnlijk niet teruggrijpt op hetgeen in 2004 in de VVE was besproken of beslist. Ook zij opgemerkt dat het de consument bij de koop in 2007 bekend was dan wel redelijkerwijze bekend had moeten zijn dat het dak aan vervanging toe was en dat offertes waren aangevraagd. Dit stond immers vermeld in de aan de koopovereenkomst gehechte vragenlijst.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is en zal daarom als onderstaand beslissen.   De commissie wenst nog wel het volgende op te merken. Op de zitting heeft de consument benadrukt dat zijn klacht ook ziet op het gebrek aan communicatie van de kant van de ondernemer. Aan de consument kan zonder meer worden toegegeven dat de ondernemer niet de indruk heeft gegeven de klacht serieus te hebben genomen. Door niet te reageren op verzoeken van de consument, door pas na inmenging en herinnering van de NVM te komen met een summiere reactie en door zijn afwezigheid zonder bericht op de zitting kan niet worden gezegd dat het optreden van de ondernemer in voldoende mate heeft voldaan aan de daaraan te stellen eisen als redelijk handelend en bekwaam makelaar, die uitdrukkelijk ook gelden voor de wijze van klachtafhandeling. De commissie zal aan dit oordeel geen consequenties verbinden, maar wijst de ondernemer daar wel uitdrukkelijk op.   Beslissing   Het door de consument verlangde wordt afgewezen.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij op 17 juni 2011.