Ondernemer had vordering al uit handen gegeven bij indienen klacht bij commissie door consument. Geen recht op incassokosten.

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Installerende bedrijven    Categorie: Kosten    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 44719

De uitspraak:

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Uit de brief van de consument aan de commissie van 14 juli 2011 blijkt dat de consument zich op het standpunt stelt dat hij per saldo nog een bedrag van € 728,65 aan de ondernemer dient te betalen.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De factuur van 19 januari 2010 is niet betaald. Ik ben bereid om € 1.377,03 minus € 493,75 minus € 62,50 is € 820,78 te betalen. De incassokosten en rente ben ik niet verschuldigd.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Uit de brief van de ondernemer aan de commissie van 1 september 2011 blijkt dat de ondernemer zich op het standpunt stelt dat de ondernemer zijn vordering op de consument reeds in mei 2010 uit handen heeft gegeven aan een incassobureau, zodat de consument de rente over het openstaande bedrag vanaf mei 2010 en de incassokosten dient te voldoen.   Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De incassoprocedure is opgestart voordat de consument zijn klacht bij de commissie heeft ingediend. Het stond de consument niet vrij de betaling van de factuur op te schorten. De consument is derhalve de incassokosten en vertragingsrente verschuldigd.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Bij voormeld bindend advies heeft de commissie, voor zover thans van belang, beslist dat de ondernemer binnen een maand na de verzenddatum van dat bindend advies een vergoeding van € 493,75 aan de consument diende te betalen, bij gebreke waarvan de ondernemer de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies zou dienen te betalen, onder afwijzing van het meer of anders door de consument verlangde. Voorts heeft de commissie beslist dat de ondernemer een bedrag van € 62,50 aan de consument diende te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Na dit bindend advies is een nader geschil tussen partijen ontstaan over de financiële afwikkeling van hun geschil.   De commissie heeft in het bindend advies van 23 december 2010 beslist op welke wijze het geschil tussen partijen financieel dient te worden afgewikkeld. Dit bindend advies komt in de kern hierop neer dat de ondernemer de consument een bedrag van € 493,75 te veel in rekening heeft gebracht. De commissie is er hierbij vanuit gegaan dat de consument de factuur van de ondernemer van 19 januari 2010 ten bedrage van € 1.377,03 volledig had voldaan. Later is gebleken dat dit niet het geval was. Dit brengt met zich mee dat niet de ondernemer nog een bedrag van € 493,75 aan de consument dient te betalen, maar dat de consument nog een bedrag van € 883,28 te verminderen met de door de ondernemer te betalen vergoeding van het klachtengeld van € 62,50, oftewel € 820,75 aan de ondernemer dient te betalen. De consument heeft ter zitting hiermee ook ingestemd.   De commissie verwerpt het standpunt van de ondernemer dat hij jegens de consument aanspraak kan maken op vergoeding van de rente over het openstaande bedrag vanaf mei 2010 en op vergoeding van de incassokosten. De ondernemer had zijn vordering naar eigen zeggen al ter incasso uit handen gegeven op het moment dat de consument zijn klacht bij de commissie heeft ingediend. De ondernemer had zijn aanspraak op vergoeding van de rente en de incassokosten tijdig, dat wil zeggen uiterlijk ter zitting van 23 december 2010, kenbaar moeten maken. Dit heeft hij nagelaten en het is niet redelijk dat de ondernemer na de zitting en het bindend advies van 23 december 2010 alsnog aanspraak maakt op vergoeding van de incassokosten en de rente. De consument heeft er immers op mogen vertrouwen dat het geschil zou worden afgewikkeld conform het bindend advies van 23 december 2010. Volgens dit advies heeft de ondernemer geen aanspraak op vergoeding van rente en incassokosten.   Uit het vorenstaande volgt dat de consument de ondernemer nog een bedrag van € 820,75 dient te betalen en dat partijen na voldoening van dit bedrag ter zake het onderhavige geschil niets meer van elkaar te vorderen hebben.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De consument betaalt aan de ondernemer een bedrag van € 820,75. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   Na uitvoering hiervan hebben partijen met betrekking tot het onderhavige geschil niets meer van elkaar te vorderen.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven op 21 november 2011.