Commissie: Energie
Categorie: Kosten
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
33209/36393
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
Het geschil gaat over de vraag of de ondernemer aan de consument twee opties voor de afsluiting van de gasaansluiting moet aanbieden. De consument wil definitief van het gas af. Hij heeft de ondernemer verzocht om een offerte voor twee opties voor permanente gasafsluiting. De ondernemer biedt alleen de optie voor volledige verwijdering van de gasaansluiting. Volgens de ondernemer is het afdoppen vanwege veiligheidsoverwegingen namelijk niet mogelijk. Daarom is het volledig verwijderen van de gasleiding de enige optie voor de ondernemer. De ondernemer geeft aan dat als de kosten van afdoppen hoger zijn dan het geheel verwijderen van de aansluiting, de kosten voor de verwijdering dan aan de consument doorberekend mogen worden. Volgens de commissie is het langdurig afdoppen op grond van de Wet Milieubeheer inderdaad in strijd is met de verplichting van de ondernemer, waardoor het geheel verwijderen van de gasaansluiting voor de ondernemer de enige optie is. Het is de commissie bekend dat afdoppen duurder is dan het volledig verwijderen van de aansluiting, daarom heeft de consument geen belang bij een offerte van de twee opties. De commissie oordeelt wel dat de ondernemer duidelijker had moeten maken dat de kosten voor de consument zijn.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de vraag of de ondernemer aan de consument twee opties voor de afsluiting van de aansluiting op het gasnet moet aanbieden.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument heeft een warmtepomp laten installeren en wil definitief van het gaf af. Op 4 mei 2020 heeft hij de ondernemer verzocht hem voor permanente afsluiting twee opties te offreren, een optie voor de volledige verwijdering aansluiting en een optie voor het afdoppen aansluiting. Hij heeft daarbij verwezen naar de uitspraak nr. 118868 van de commissie. De ondernemer wenst voor een permanente afsluiting uitsluitend de “volledige verwijdering” aan bieden. Die offerte is geen inschatting van de werkelijke kosten maar een toerekenen naar een vaste prijsafspraak en daarom volgens de consument niet toelaatbaar.
Hij verzoekt de commissie in lijn met de uitspraak nr. 118868 de ondernemer te veroordelen tot het uitbrengen van een tweede offerte voor de optie ‘alleen afdoppen’, het terugbetalen van de proceskosten en de abonnementskosten van de gasaansluiting over de periode 4 mei 2020 tot de datum van de definitieve afsluiting alsmede een vergoeding van € 753,-.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer wijst erop dat door de rechtbank Gelderland in eenzelfde zaak het bindend advies nr. 119641 is vernietigd (ECLI:NL:RBGEL:2019:3921). Uit een onderzoek van het keuringsinstituut Kiwa in 2018 is gebleken dat afgesloten gasaansluitingen op lange termijn een veiligheidsrisico kunnen opleveren. Als er geen gas meer wordt gebruikt, verdwijnt het besef dat er nog leidingen lopen, waar deze lopen en welke leidingen wel of geen gas bevatten. In 2019 is door het Kiwa vastgesteld dat een leiding niet langer dan 12 maanden onbeheerd in de grond mag blijven liggen. Voor de ondernemer is volledig verwijderen van de gasleiding daarom de enige optie, indien het – zoals hier – gaat om gasleidingen die meer dan 12 maanden moeten worden afgesloten. In meerdere uitspraken is inmiddels ook uitgemaakt dat de afnemer moet meewerken aan de verwijdering van de gasleiding en dat de ondernemer gerechtigd is daarvoor redelijke kosten in rekening te brengen die de consument ook moet betalen. Voorts geeft de ondernemer aan dat de commissie niet bevoegd is over de hoogte van de kosten een uitspraak te doen en dat overigens de kosten van het tweezijdig afdoppen hoger blijken dan de kosten van de verwijdering. De ondernemer is verder niet verplicht om maatwerkoffertes voor het verwijderen te maken. Zij mag volstaan met een vereenvoudigde offerte op basis van normcalculatie.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Op zichzelf is het juist dat een bindend advies waarin ook is overwogen dat als de consument kiest voor afdoppen maar de netbeheerder besluit toch tot verwijdering over te gaan, de consument alleen de kosten voor afdoppen in rekening gebracht mogen worden, door de rechter is vernietigd. Het betreft hier echter een verstekvonnis dat dus niet is gebaseerd op een inhoudelijke discussie. Dat geldt niet voor een recente uitspraak waarbij na een inhoudelijke discussie tussen de betrokken consument en de ondernemer een soortgelijke beslissing van de commissie door de rechter in stand is gelaten (rechtbank Midden-Nederland 30 september 2020, zaaknummer 876889AC 20-2486).
Duidelijk is dat de discussie op dit punt nog niet is afgerond.
Inmiddels is de problematiek door meerdere gerechtelijke uitspraken, de discussie binnen de Tweede Kamer en de visie van de Minister van Economische Zaken en Klimaat, wel duidelijk geworden. Langdurig afdoppen is in strijd met de verplichting van de ondernemer op grond van de Wet Milieubeheer. Dat betekent dat het geheel verwijderen van de gasaansluiting voor de ondernemer, vanuit zijn brede publieke verantwoordelijkheid, de enige optie is als de consument – zoals hier – een warmtepomp heeft geïnstalleerd en definitief van het gas af wil. Daaruit volgt echter nog niet dat de ondernemer een op een alle kosten die verband houden met die brede publieke verantwoordelijkheid ook zonder meer kan doorberekenen aan de consument (zie ook ECLI:NL:RBNNE:2020: 2734).
Dit ligt anders als de kosten van afdoppen duurder zouden zijn dan de kosten van geheel verwijderen van de gasafsluiting. De ondernemer stelt dat dat het geval is maar heeft dit, mede gelet ook op de reactie van de consument van op 8 augustus 2020 op het verweerschrift, onvoldoende inzichtelijk gemaakt. Van netbeheerders mag op dit punt immers duidelijkheid en transparantie verwacht worden, zeker waar het gaat om voor de ondernemer eenvoudig te verstrekken informatie. Dat had het geschil mogelijk kunnen voorkomen.
Het is de commissie echter inmiddels ambtshalve bekend dat de KIWA-methode van dubbelzijdig afdoppen nagenoeg even duur – en soms zelfs duurder – is als het volledig verwijderen van de aansluiting. Daarom heeft de consument, ondanks hetgeen hiervoor is overwogen, geen belang bij het uitbrengen van een tweede offerte.
De offerte die door de ondernemer is uitgebracht is, gelet op het bepaalde daaromtrent in de Tarievencode gas, verder voldoende gespecificeerd. De ondernemer is in zoverre niet gehouden tot het geven van een nadere specificatie.
Op grond van het voorgaande wordt derhalve als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Ingevolge het reglement van de commissie is de ondernemer behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit mevrouw mr. E.A.G.M. van Rens, voorzitter, de heer E.J.C. van Lier, de heer H.W. Zuur, leden, op 19 oktober 2020.