Commissie: Recreatie
Categorie: Waarborgsom
Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
REC06-0199
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil Het geschil betreft het inhouden van de borgsom. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. De consument huurde voor zich en een aantal vrienden twee standplaatsen met twee tenten bij de ondernemer voor de periode van 5 augustus tot 12 augustus 2006. De tweede tent stond op naam van de heer “naam”, maar de consument heeft alles geregeld en betaald. Voor beide tenten werd een borgsom van € 75,– betaald. Bovendien werd een borgsom betaald van € 50,– per standplaats. De voorlaatste dag van hun verblijf werd een eiergevecht gehouden waaraan ook de consument en zijn vrienden meededen. Zij hebben maar twee doosjes eieren gekocht en vervolgens gegooid. Hierbij werd een andere tent besmeurd. De ondernemer zei dat indien ze de tent zouden schoonmaken, ze hun borgsom zouden terugkrijgen. Toen ze volgende dag uitcheckten, werden de beide tenten en standplaatsen gecontroleerd en ook de tent die ze hadden schoongemaakt. Alles werd in orde bevonden en voor beide tenten ontvingen ze een akkoordbewijs waarin wordt vermeld dat de borgsom binnen een week zal worden overgemaakt. Toen dit niet gebeurde, informeerde de consument bij de ondernemer naar de restitutie van de borgsommen. De ondernemer zei toen dat de besmeurde tent niet goed was schoongemaakt en dat ze de borgsom daarom niet terug zouden krijgen. Volgens de consument kan de ondernemer niet meer terugkomen op de schriftelijke toezegging dat de borgsom zou worden teruggestort. De consument verlangt restitutie van € 250,–. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De ondernemer heeft één borgsom ontvangen voor de tent en één voor de standplaats van de consument. Die borgsom wordt gerestitueerd indien de tent en de standplaats bij vertrek in goede staat worden opgeleverd en er ook verder geen schade is aangericht. Op 11 augustus 2006 is er door een aantal groepen waaronder die van de consument een eiergevecht georganiseerd waarbij wel honderden eieren werden gegooid. Toen dit door de campingleiding werd geconstateerd, werden de betrokkenen gesommeerd de rotzooi op te ruimen. Hieraan werd slechts gedeeltelijk gehoor gegeven. Op de dag van vertrek werd verder opgeruimd. Omdat de eigen standplaats en tent van de consument in orde waren, ontving hij een akkoordverklaring. Na vertrek van de consument moest personeel van de ondernemer echter de buitenzijde van de besmeurde tent opnieuw schoonmaken. Aan de binnenzijde moest een deel van de vloer verwijderd en vervangen worden. Later moest de tent opnieuw waterdicht gemaakt worden. De ondernemer meent dat het terecht is dat hij de borgsom niet restitueert vanwege de schade die door de consument en zijn vrienden is aangericht. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. De commissie is van oordeel dat een recreant ervan uit mag gaan dat bij vertrek de inspectie of alles in goede staat wordt achtergelaten in zijn aanwezigheid plaatsvindt. Die inspectie heeft ook plaatsgevonden, volgens de consument niet alleen van de door hem gehuurde tent en standplaats maar ook van de besmeurde tent. Deze inspectie resulteerde in een schriftelijke akkoordverklaring waarin wordt toegezegd dat de borgsom zal worden gerestitueerd. De commissie is van oordeel dat de ondernemer daarop later niet kan terugkomen, zeker niet nu het om schade gaat die ook bij vertrek van de consument al bekend was. De commissie constateert dat er een misverstand bestaat ten aanzien van het aantal gehuurde tenten en standplaatsen en dientengevolge de daarvoor betaalde borgsommen. De consument ging ervan uit dat het duidelijk was dat hij alles had geregeld en betaald. De tweede tent stond echter op naam van de heer “naam”. Aangezien de heer “naam” op de zitting aanwezig was en bevestigde dat de consument de financier was van alles, meent de commissie dat het redelijk is dat beide borgsommen worden terugbetaald aan de consument. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is. Beslissing De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 250,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 7 maart 2007.