
Commissie: Schilders-, Behangers- en Glaszetbedrijf
Categorie: Ondeugdelijk werk (non conformiteit)
Jaartal: 2019
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
117486
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 1 mei 2017 tussen partijen gesloten overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het uitvoeren van schilderwerkzaamheden tegen de daarvoor door de consument te betalen richtprijs van € 9.200,-. De overeenkomst is uitgevoerd op of omstreeks 21 november 2017.
De consument heeft een bedrag van € 1.800,– niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument legt aan haar klacht ten grondslag, samengevat weergegeven, dat de werkzaamheden niet deugdelijk zijn uitgevoerd en de ondernemer ook de verkeerde verf heeft geadviseerd. Ook heeft de ondernemer beschadigingen in en om de woning veroorzaakt. De door de ondernemer opgestelde offerte is vaag en met 150% overschreden. De houding en opstelling van de ondernemer was tijdens de werkzaamheden onplezierig wat tot onnodige discussies en gezeur heeft geleid.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Er is niet gesproken over een 1½ of 2½ schilderbeurt. Er is enkel gesproken over het schilderwerk klaar maken voor de verkoop. De consument kan zich vinden in het deskundigenrapport. Dat geldt ook voor de deskundige begrote herstelkosten. De consument stelt hiernaast aanspraak te willen maken op een financiële compensatie voor de door haar ervaren overlast en irritatie als gevolg van de opstelling van de ondernemer.
De consument verlangt een (schade)vergoeding van € 10.000,–.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De werkzaamheden zijn deugdelijk uitgevoerd. De consument heeft hiermee ook ingestemd. Dit geldt ook voor de overeengekomen meerwerkzaamheden. De ondernemer betwist schade in de woning te hebben veroorzaakt. De consument heeft een bedrag van € 1.800,– onbetaald gelaten.
Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De afspraak was dat het schilderwerk verkooptechnisch klaar moest worden gemaakt, wat neerkomt op een 1½ schilderbeurt. De deskundige gaat ten onrechte niet uit van verkooptechnisch schilderwerk. De herstelkosten zijn ook door de deskundige? te hoog ingeschat. Twee mandagen voor de genoemde herstelwerkzaamheden is voldoende.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang en in hoofdzaak, het volgende vastgesteld.
De deskundige heeft de uitgevoerde werkzaamheden beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat herstelwerkzaamheden noodzakelijk zijn. Niet omdat de schilderwerkzaamheden als zodanig niet goed zijn uitgevoerd of verkeerde verf is gebruikt, maar omdat op onderdelen meer voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd hadden moeten worden. De deskundige heeft de herstelkosten (arbeid en materiaal inclusief btw) begroot op een totaalbedrag van € 4.045,–.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De conclusies en aanbevelingen van de door de commissie benoemde deskundige komen de commissie zowel feitelijk als vaktechnisch overtuigend voor. Dit betreft zowel de geconstateerde gebreken als de geadviseerde herstelwerkzaamheden.
Tussen partijen staat vast dat zij met elkaar hebben gesproken over schilderwerkzaamheden voor de verkoop van de woning. De commissie is niet gebleken dat partijen tegenover elkaar hebben uitgesproken wat dit dan precies zou betekenen. Dat het schilderwerk 1½ of 2½ schilderbeurt zou betreffen, is ook niet in de offerte opgenomen. Daarom kan de ondernemer niet worden gevolgd in zijn verweer dat ‘slechts’ 1½ schilderbeurt zou zijn afgesproken. Dit brengt met zich mee dat de ondernemer zijn bezwaar ten aanzien van het deskundigenrapport dat de deskundige een onjuiste beoordelingsmaatstaf heeft gehanteerd ook onvoldoende heeft onderbouwd, zodat hieraan voorbij gegaan moet worden. De commissie neemt het deskundigenrapport voor wat betreft de gebreken en de herstelwerkzaamheden dan ook over.
De commissie is wel met de ondernemer van mening dat de deskundige het aantal mandagen dat met de herstelwerkzaamheden gemoeid zal zijn enigszins te hoog heeft ingeschat. De commissie schat deze herstelkosten op een bedrag van € 3.956,87 inclusief btw, bestaande uit een bedrag van € 446,15 inclusief btw aan materiaalkosten en een bedrag van € 3.501,72 inclusief btw aan loonkosten (72 uur). Nu niet is vast komen te staan dat de ondernemer de door de consument gestelde beschadigingen, indien aanwezig, heeft veroorzaakt, is hier bij de begroting van de herstelkosten geen rekening mee gehouden.
De commissie stelt vast dat de consument weliswaar heeft gesteld dat de uiteindelijke kosten 150% van de in de offerte genoemde (richt)prijs hebben bedragen, maar dat zij de facturen van de ondernemer als zodanig niet (voldoende) inhoudelijk heeft weersproken.
Dat de consument de communicatie met en de houding van de ondernemer als niet plezierig heeft ervaren is, hoe vervelend ook, geen reden om een financiële compensatie toe te kennen.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gedeeltelijk gegrond is.
De ondernemer dient aan de consument te vergoeden het door haar betaalde klachtengeld, alsmede de herstelkosten als door de commissie begroot. Het door de consument bij de commissie gedeponeerde bedrag zal worden verrekend met de door de ondernemer aan de consument te betalen schadevergoeding.
Wat partijen voor het overige nog hebben aangevoerd, leidt niet tot een andere beslissing.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 2.156,88. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 102,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
De commissie wijst het meer of anders verlangde af.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.
Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag van € 1.800,- aldus verrekend dat dit aan de consument zal worden terugbetaald.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Schilders-, Behangers- en Glaszetbedrijf bestaande uit: mr. A.G.M. Zander, voorzitter, mevrouw mr. M.J. Boon en G.D.H. Scheers, leden, op 18 oktober 2018.