Commissie: Taxivervoer
Categorie: Klachtafhandeling / Schadevergoeding product/dienst
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: gegrond
Referentiecode:
2813/14489
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De consument wordt vervoerd door een in opdracht van de ondernemer ingeschakelde derde. Aan het einde van de rit wordt zij uit de taxi geholpen, waarbij zij een heupfractuur oploopt. Beide ondernemers ontkennen aansprakelijkheid en weigeren kenbaar te maken wie hun aansprakelijkheidsverzekeraars zijn. De commissie acht zich in deze zaak bevoegd tot een oordeel. Daarbij stelt zij zich op het standpunt dat de aansprakelijkheid moet worden beoordeeld door de verzekeraar, welke inmiddels kenbaar is gemaakt. Dit laatste is na indiening van het geschil gebeurd, daarom is – hoewel reeds aan het verzoek van de consument is voldaan – de klacht gegrond.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft letselschade van de consument.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument heeft letsel opgelopen bij het uitstappen uit een taxi van de ondernemer op 11 februari 2019. Bij het uitstappen heeft de betreffende taxichauffeur haar op onzorgvuldige wijze uit de taxi gezet, waardoor zij een heupfractuur heeft opgelopen. Zowel [naam ondernemer] als [naam taxi bedrijf] betwisten de aansprakelijkheid. Dat is tot daaraan toe, hoewel het politieonderzoek anders uitwijst. Maar beide partijen weigeren ook om kenbaar te maken wie de aansprakelijkheidsverzekeraar is en om de schade bij de verzekeraar te melden. Daarmee dwingen ze cliënte en mij om een procedure te starten.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer heeft de klacht bij zijn verzekeraar gemeld.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De consument klaagt over de gang van zaken omtrent een taxirit, in opdracht van [naam ondernemer] uitgevoerd door [naam taxi bedrijf], waarbij zij bij het uitstappen door van de chauffeur zodanig uit de auto is geholpen dat daarbij haar heup is gebroken.
De kern van de klacht is echter dat de chauffeur en zijn opdrachtgever weigeren de aansprakelijkheid te melden bij de verzekeraar alsmede weigeren de naam van de verzekeraar te noemen.
De commissie acht zich bevoegd van de klacht kennis te nemen.
De aansprakelijkheid van [naam taxi bedrijf] en / of [naam ondernemer] moet nog worden beoordeeld door de verzekeraar. Inmiddels is deze zijdens de [naam ondernemer] bekend gemaakt als Centraal Beheer. Aan de vorderingen is aldus voldaan. [Naam ondernemer] heeft immers tevens de zaak bij haar verzekeraar aangemeld.
Een en ander heeft plaatsgevonden nadat het geschil bij de commissie was aangemeld.
Dat betekent dat de klacht gegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie acht de klacht gegrond.
De ondernemer dient overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Taxivervoer, bestaande uit de heer mr. B.W.T. Hagendoorn, voorzitter, de heer M.H. van der Putten, mevrouw drs. P.C. Hoogeveen-de Klerk, leden, op 12 juni 2020.