Pakket dat niet verzekerd of aangetekend is verstuurd wordt niet vergoed

  • Home >>
  • Post >>
De Geschillencommissie




Commissie: Post    Categorie: Schadevergoeding    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 123805/128226

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument heeft een pakket verstuurd naar het buitenland. De consument heeft daarbij gekozen voor een traceerbare verzending in plaat van een normale verzending. Het pakket is vervolgens vermist geraakt, nadat er een mislukte bezorgpoging is gedaan. De consument verwijt de ondernemer dat hij niet voldoende is voorgelicht over de voorwaarden van de verzending. De ondernemer voert aan dat de consument geen recht heeft op een vergoeding, nu het pakket niet aangetekend of verzekerd verzonden is. De ondernemer is wel bereid tot vergoeding van de verzendkosten. De commissie geeft aan dat de ondernemer de algemene voorwaarden wel op de juiste manier ter beschikking heeft gesteld.  De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft vergoeding van de waarde van een verloren gegaan pakket dat met Track&Trace verstuurd was.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Op 2 maart 2021 verzond consument een pakket ter waarde van € 360,– via de ondernemer naar Frankrijk. Om er zeker van te zijn dat het, zonder risico, goed zou aankomen heeft consument de duurdere Track&Trace service gekozen in plaats van standaard verzending. In de Track&Trace is te lezen dat het pakket is aangeboden op 31 maart 2021 maar dat de geadresseerden niet thuis waren. Het zou later weer aangeboden worden maar dat is niet gebeurd. De ondernemer geeft aan dat het pakket als verloren/vermist beschouwd moet worden, hij neemt geen enkele verantwoordelijkheid en verwijst naar de algemene voorwaarden op de website. Na het indienen van de klacht heeft de ondernemer nog een voorstel gedaan om € 100,– te vergoeden. Hier is consument niet akkoord mee gegaan omdat hij van mening is dat het achteraf wijzen op algemene voorwaarden op de website belachelijk is. De ondernemer had hem voor het aangaan van de overeenkomst moeten wijzen op deze voorwaarden. Navraag leert dat deze ook niet in het postservicepunt hangen of verkrijgbaar zijn. Daarnaast heeft consument geen enkele voorlichting gehad van de verkoper, alleen de vraag wilt u verzenden met of zonder Track&Trace. De ondernemer is ernstig tekortgeschoten en heeft consument niet voorgelicht en niet gewezen op risico’s waar hij als dienstverlener geen risico en verantwoording over wil dragen terwijl consument met de extra gekozen service daar wel van uitging. Ergo, het was nooit fout gegaan bij juiste voorlichting omdat een verzekering maar enkele euro’s extra kost, daar had de ondernemer consument op moeten wijzen. Daarnaast stelt consument de vraag, waar is de Track&Trace goed voor wanneer het pakket door de ondernemer kwijt is geraakt? Consument is van mening dat de ondernemer hem € 360,– en verzendkosten van € 25,– zou moeten vergoeden en daarnaast veroordeeld zou moeten worden voor het klachtengeld.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Nu het pakket niet aangetekend of verzekerd verzonden is, vergoedt de ondernemer niet de waarde ervan als het pakket verloren is gegaan. De ondernemer is alleen bereid tot vergoeding van de verzendkosten.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De commissie heeft zich bij uitspraak van 18 november 2011 bevoegd verklaard dit geschil te beoordelen.

Anders dan consument betoogt is bij het massaal sluiten van overeenkomsten (denk aan openbaar vervoer en post) het vermelden van de toepasselijke Algemene Voorwaarden op het verstrekte (vervoers- of verzend)bewijs voldoende. Zie de laatste zin van artikel 6:234 lid 1 Burgerlijk Wetboek. De commissie verwijst kortheidshalve naar haar uitspraak 97721 d.d. 3 december 2015 (te vinden op de website van de Stichting Geschillencommissies). De commissie gaat ervan uit dat inderdaad op het verzendbewijs verwezen is naar de Algemene Voorwaarden en de vindplaats.

In artikel 29 van de Postwet 2009, in samenhang met bepalingen waarnaar in dat artikel verwezen wordt en in samenhang met de Algemene Voorwaarden, is door de wet- en regelgever de keuze gemaakt bij vermissing van een poststuk alleen de waarde te vergoeden als het pakket aangetekend of verzekerd verzonden is. Daarvan is in dit geval geen sprake, zodat de vordering afgewezen wordt.

Voor de duidelijkheid wordt nog overwogen dat Track&Trace geen verzekering inhoudt, doch louter informatie omtrent het verloop van de verzending. Daarbij is de ondernemer bij verzending naar het buitenland afhankelijk van informatie van de buitenlandse postdienst.

Bovendien kan van een postservicepunt (in casu een Primera winkel) niet verwacht worden dat eigener beweging voorlichting gegeven wordt over de mogelijkheden van verzending en de verzekering daarvan.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Post, bestaande uit de heer mr. R.J. Paris, voorzitter, de heer A. Verkaik en de heer H.W. Zuur, leden, op 10 februari 2022.