Redelijke uitleg beding brengt met zich mee dat tariefswijziging is toegestaan

De Geschillencommissie




Commissie: Sport en Beweging    Categorie: Algemene voorwaarden / Overeenkomst / Prijs    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 201737/207161

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Het sportschoolabonnement tussen consument en ondernemer is verlengd voor drie jaar. Volgens de consument is afgesproken dat het tarief niet gewijzigd zou worden. De consument klaagt erover dat het tarief nu toch is verhoogd. De commissie is van oordeel dat een redelijke uitleg van het beding met zich mee brengt dat het tarief op dat moment niet zou wijzigen. Dat betekent echter niet dat het tarief gedurende die drie jaar helemaal niet gewijzigd kan worden, aldus de commissie. Bovendien is de consument akkoord gegaan met de algemene voorwaarden, waarin de mogelijkheid tot een tariefswijziging is opgenomen. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Sport en Beweging (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 18 juli 2023 te Utrecht.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

Partijen hebben ter zitting hun standpunt toegelicht.

Ter zitting werd de ondernemer vertegenwoordigd door de heer [naam] en de heer [naam].

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft een prijsverhoging na de overeengekomen verlenging van de tussen partijen gesloten overeenkomst.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument is ingegaan op het aanbod van de ondernemer om zijn contract te verlengen voor drie jaar. De voorwaarde die hem toen over de streep heeft getrokken is dat het tarief ongewijzigd zou blijven. In december 2022 kreeg hij echter te maken met een tariefverhoging van € 20,– naar € 40,–. Dit is in strijd met de voorwaarde van de aanbieding dat mijn maandelijkse fee hetzelfde zou blijven. Volgens de ondernemer is een verhoging mogelijk op grond van artikel 7 van de branchevoorwaarden.

De consument wil de afgesproken drie jaar blijven betalen volgens de afgesproken prijs en zou deze prijsverhoging ongedaan willen zien.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer is van mening zorgvuldig te hebben gehandeld. De prijsverhoging van de membership fee was toegestaan volgens de richtlijnen van NL Actief en onze Algemene Voorwaarden. Deze wijziging is ruim van tevoren via e-mail aangekondigd. De algemene voorwaarden van december 2020 vermelden onder artikel 09.b dat de ondernemer het recht heeft om jaarlijks de abonnementsprijzen aan te passen.

Er staat letterlijk: ‘b. Jaarlijks vindt er voor alle lidmaatschappen een prijsverhoging plaats volgens de CBS prijsindexcijfer voor gezinsconsumpties of op prijsaanpassingen die direct voortvloeien uit de wet, zoals een btw-verhoging. [De ondernemer] zal één maand voor de ingangsdatum van de prijsverhoging een tarievenlijst kenbaar maken. Indien de wijziging een verhoging inhoudt hoger dan de CBS prijsindexcijfer voor gezinsconsumpties, heb je het recht het lidmaatmaatschap binnen 4 weken na bekendmaking, conform artikel 3, te ontbinden. Het recht van ontbinding vervalt één maand na het kenbaar maken van de nieuwe tarievenlijst’.

De ondernemer heeft ervoor gekozen om in de jaren 2021 en 2022 geen gebruik te maken van het recht om de prijzen te verhogen ondanks een stijging van de eigen vaste lasten in deze periode. Vanwege de groeiende inflatie en structurele prijsstijgingen van huur, energietarieven en personeelskosten, zijn de kosten verder gestegen in 2022. Dit heeft de ondernemer gedwongen om in 2023 gebruik te maken van de mogelijkheid de prijzen te verhogen. Bovendien heeft de ondernemer aanzienlijk gerenoveerd, waardoor er veel extra trainingsruimte is gecreëerd met veel nieuwe fitnessapparatuur.

Members die het niet eens waren met de prijsverhoging, hadden de mogelijkheid om hun membership kosteloos te beëindigen vóór de wijziging inging. De consument is gewezen op deze optie en heeft er vervolgens voor gekozen niet op te zeggen. Door geen gebruik te maken van de mogelijkheid tot beëindiging van zijn membership, heeft de consument ingestemd met de nieuwe voorwaarden van het membership, inclusief de nieuwe membership fee.

Het is juist dat in de verlengingsaanbieding is aangegeven dat de maandelijkse fee hetzelfde blijft maar dit heeft niet tot gevolg dat de in de Algemene Voorwaarden gegeven mogelijkheid om de membership fee te verhogen niet van toepassing zou zijn. De consument is akkoord gegaan met de Algemene Voorwaarden en wist dus dat de ondernemer de mogelijkheid had de fee te verhogen.

De huidige membership fee van € 40,– die de consument thans betaalt is ook redelijk. Vooral omdat hij nog steeds € 12,– minder betaalt dan een member die vandaag lid zou worden. Indien de consument alsnog zijn membership wil beëindigen, is dat mogelijk.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Uit hetgeen partijen over en weer hebben aangevoerd en ingebracht stelt de commissie het volgende vast.

Om gebruik te kunnen maken van het aanbod van de ondernemer de toen geldende overeenkomst met drie jaren te verlengen heeft de consument een formulier moeten invullen. Daarin staat onder meer vermeld: ‘Wij verlengen het tarief wat je nu hebt, je maandelijkse fee blijft hetzelfde’.

Daarbij is de consument akkoord gegaan met de geldende algemene voorwaarden van de ondernemer, zoals ook blijkt uit de tekst van genoemd formulier.

Een redelijke uitleg van het door de ondernemer gedane en door de consument aanvaarde verlengingsaanbod voor de duur van drie jaar brengt met zich mee dat de op dat moment betaalde fee bij ingang van de verlenging gelijk zou blijven. Dat die fee voor de gehele termijn van drie jaren zou gelden kon de consument in redelijkheid uit dit aanbod niet afleiden nu als onderdeel van dit aanbod hij ook uitdrukkelijk akkoord is gegaan met de algemene voorwaarden van de ondernemer, waaronder artikel 9b waar de jaarlijks verhoging is geregeld.

Op grond van dit artikel heeft de ondernemer tijdig en op goede gronden in 2022 de jaarlijkse verhoging aangekondigd en de consument volgens diezelfde voorwaarden in de gelegenheid gesteld de overeenkomst binnen vier weken na de bekendmaking van de wijziging te beëindigen nu hij het met die verhoging niet eens was en de tariefwijziging een verhoging inhoudt die hoger is dan het CBS-prijsindexcijfer voor de gezinsconsumpties.

De consument heeft van die mogelijkheid geen gebruik gemaakt ook omdat hij graag bij de ondernemer wou blijven trainen en heeft ter zitting desgevraagd aangegeven dan ook member te zijn gebleven en hij daar nog steeds traint tegen betaling van het verhoogde tarief waarbij hij aan het einde van de looptijd nog vier maanden gratis ontvangt.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Verklaart de klacht ongegrond en wijst het door de consument verlangde af.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Sport en Beweging, bestaande uit de heer mr. N. Schaar, voorzitter, de heer drs. J. Zoutendijk, mevrouw mr. A. Zwart-Hink, leden, op 18 juli 2023.