Commissie: Reizen
Categorie: Informatieverstrekking
Jaartal: 2018
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: gegrond
Referentiecode:
119494
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
Toen de cliënt op de bestemming aankwam, bleek dat er bouwactiviteiten rond het hotel waren. Dit was niet van te voren gemeld. De reisorganisator had dit kunnen weten, omdat deze werkzaamheden eerder gepland waren, maar pas later uitgevoerd werden. De reisleiding en accommodatieverschaffer hadden dit aan de reisorganisator kunnen laten weten. Dat dit niet gebeurde, is het risico van de reisorganisator. De cliënt krijgt een vergoeding, maar wel lager dan gevraagd.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 17 december 2017 met de reisorganisator totstandgekomen overeenkomst. De reisorganisator heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een vliegreis voor twee personen naar Mont Gordo in Portugal met verblijf in een hotel op basis van logies van 28 mei tot 18 juni 2018 voor de prijs van € 2.402,50.
Standpunt van klager
Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.
Wij hebben ongemak ondervonden door bouwactiviteiten rond het hotel. Deze waren ons niet vooraf gemeld. Toen wij daarover klaagden nam de hostess een afwerende en bagatelliserende houding aan. Wij kregen geen inzage in de rapportage van de hostess. De risico’s van langdurige bouwactiviteiten worden of de consument afgewenteld. Mijn echtgenote is gevallen door de bouwactiviteiten en heeft daarbij letsel opgelopen.
Klager verlangt een vergoeding van € 1.201,25.
Standpunt van de reisorganisator
Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt.
Wij zijn niet vooraf op de hoogte gesteld van het feit dat in de appartementen werkzaamheden zouden plaatsvinden. Deze bestonden uit het schilderen in fases van de balkons en het vervangen van een omheining bij het zwembad. Andere consumenten hebben niet over overlast geklaagd. Klager heeft bij de hostess geklaagd over de werkzaamheden rond het hotel. De hostess heeft gezocht naar mogelijkheden voor een externe verhuizing, maar daarvan heeft klager geen gebruik gemaakt. Onze organisatie is vooraf niet geïnformeerd over het tijdstip van aanvang, duur en omvang van de werkzaamheden. Zelfs de accommodaties waren niet op de hoogte van enige planning. Door verschillende oorzaken werden bepaalde werkzaamheden zeer regelmatig stilgelegd of weer zeer ad hoc gestart. Wij konden onze klanten niet vooraf informeren.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie kan ingevolge artikel 5, onder b, van haar reglement het geschil niet behandelen voor zover de klacht betrekking heeft op ten gevolge van de uitvoering van de reisovereenkomst ontstane ziekte of lichamelijk letsel.
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is de commissie van oordeel dat het wel degelijk op de weg van de reisorganisator had gelegen om klager tevoren ervan op de hoogte te stellen dat er ter plekke uitgebreide bouwwerkzaamheden plaatsvonden. Ter zitting is gebleken dat het ging om de herinrichting van een gebied dat weliswaar veel eerder gepland was, maar door allerlei oorzaken pas in het voorjaar is gestart. Zelfs al zou het zo zijn dat de reisleiding ter plaatse de bouwactiviteiten zouden zijn ontgaan, dan nog had het op de weg van de accommodatie gelegen de reisorganisator over een en ander up-to-date te houden. Dat dit kennelijk niet is geschied, ligt geheel in de risicosfeer van de reisorganisator. Naar het oordeel van de commissie heeft klager wel degelijk recht op een vergoeding, welke de commissie naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid zal vaststellen op het hierna te noemen bedrag. Het gevraagde bedrag acht de commissie evenwel bovenmatig.
Op grond van het voorgaande en alle aan de commissie gebleken feiten en omstandigheden in aanmerking nemende, is de commissie van oordeel dat de reisorganisator bij het uitvoeren van het overeengekomene zodanig tekort is geschoten en klager daardoor zodanig ongerief heeft ondervonden, dat de reisorganisator klager een vergoeding verschuldigd is. De commissie stelt deze vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vast op het hierna te noemen bedrag.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De reisorganisator betaalt aan klager een vergoeding van € 500,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
De commissie wijst het meer of anders verlangde af.
Bovendien dient de reisorganisator overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 127,50 aan klager te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Ingevolge het reglement van de commissie is de reisorganisator behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen, bestaande uit mr. D.J. Buijs, voorzitter, J.H. van Dongen-Romein en drs. W. Nienhuis, leden, op 10 oktober 2018.