Scheurtje in motorblok geconstateerd na reparatie motor. Ondernemer niet aansprakelijk.

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Waterrecreatie    Categorie: HISWA Algemene Aannemings-, verkoop- en leveringsvoorwaarden    Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: WAT02-0008

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil
 
Het geschil vloeit voort uit een op 14 augustus 2001 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van reparatiewerkzaamheden aan het vaartuig van de consument. De overeenkomst is uitgevoerd in augustus 2001.
 
De consument heeft een bedrag van € 443,50 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.
 
De consument heeft op 4 oktober 2001 de klacht schriftelijk voorgelegd aan de ondernemer.
 
Standpunt van de consument
 
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
 
Omdat de motor niet meer startte en er sprake was van vochtige bougies, is op 14 augustus 2001 aan de ondernemer opdracht gegeven om de motor te repareren. De monteur stelde op die dag vast dat er water in de verbrandingsruimte van de motor zat, waarschijnlijk veroorzaakt door een lekke koppakking. De cilinderkop werd gedemonteerd en voor verdere behandeling meegenomen.
Op 24 augustus 2001 werd de cilinderkop weer gemonteerd. Na enkele minuten proefdraaien meldde de monteur dat er een nog probleem was: onder de inmiddels gemonteerde cilinderkop bevond zich een (oude) scheur in het motorblok, welke volgens de monteur vermoedelijk veroorzaakt is door een slecht – door vorig eigenaar – uitgevoerde winterbeurt. Vanwege deze scheur was de motor volgens de monteur alleen nog maar geschikt voor korte vaarttochten, waardoor deze motor voor mij niet meer geschikt en dus ook niet meer bruikbaar is.
 
Ondanks mijn verzoek tot een aangepaste rekening, ontving ik op 29 augustus 2001 een factuur ad
ƒ 1.255,54, zijnde het volledige bedrag voor de reparatie. Ik heb de ondernemer laten weten het oneens te zijn met de hoogte van dit bedrag. Op mijn voorstel om ƒ 279,86 te betalen is de ondernemer niet in gegaan. Dit bedrag heb ik reeds overgemaakt aan de ondernemer, de rest heb ik bij de commissie in depot gestort.
 
In essentie ben ik van mening dat de monteur niet achteraf, maar vooraf de (oude) scheur in het motorblok had moeten melden, zodat overleg had kunnen volgen of de reparatie van de motor onder die omstandigheden nog de moeite waard was. Bij een meer zorgvuldige beschouwing van de motor had de scheur ontdekt kunnen worden, waardoor onnodige kosten voorkomen hadden kunnen worden.
 
De consument verlangt vergoeding van de kosten gemaakt op 14 augustus 2001, te weten een bedrag van ƒ 279,86, welke reeds aan de ondernemer zijn betaald.
 
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
 
De consument heeft nog geprobeerd om de motor te reviseren. Ondanks de nieuwe koppakking, bleek er nog water in de motor te zitten. Het is niet mogelijk gebleken te achterhalen wat de oorzaak hiervan is. De consument heeft de motor in zijn vaartuig vervangen door een buitenboordmotor aan het vaartuig. De consument heeft het motorblok van de motor welke gerepareerd is door de ondernemer, meegenomen naar de zitting. De motor bevond zich onder de instap naar de kajuit toe.
 
Standpunt van de ondernemer
 
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
 
De consument meldde bij ons als klacht dat de motor niet startte vanwege waterdruppels aan de bougie. Er zijn geen klachten gemeld over waterlekkage van de motor in de boot.
 
De motor is ingebouwd onder de kuipvloer en naast twee kooien. De reparatie heeft de monteur liggend op zijn zij uit moeten voeren met behulp van een zaklantaarn. Het was niet mogelijk de motor voor inspectie te laten draaien in verband met water in de cilinders. Nadat de cilinderkop was gerepareerd en weer was gemonteerd, werd tijdens het proefdraaien van de motor geconstateerd dat er waterdruppels aanwezig waren aan stuurboordzijde van de motor. Deze zijn afkomstig van een scheurtje van ongeveer 2 centimeter in het motorblok. Dit is geen recente lekkage, maar waarschijnlijk al enige jaren oud. Dit heeft nooit tot klachten over het functioneren van de motor geleid. De eigenaar zegt hiervan niets te weten.
Het verbaasd mij dan ook in hoge mate, dat na de reparatie en het ontdekken van het scheurtje in het motorblok, de motor onbruikbaar is. De motor heeft immers voor de reparatie goed gefunctioneerd met het scheurtje in het motorblok en is hierdoor niet minder betrouwbaar. Zoals uit de wijze van repareren blijkt, was door ons nooit van tevoren te constateren geweest dat het scheurtje aanwezig was. Alleen bij lopende motor konden wij dat constateren.
 
Beoordeling van het geschil
 
De commissie heeft het volgende overwogen.
 
Op grond van de door partijen overgelegde stukken en het door de consument ter zitting verklaarde komt de commissie tot de conclusie dat de motor in kwestie zich in een slecht toegankelijke en schemerige, zo niet donkere ruimte bevond. Gezien deze positie van de motor en de omstandigheden waaronder het onderzoek naar de oorzaak van de problemen met de motor plaats moest vinden (de monteur moest op zijn zij liggend en met behulp van een zaklantaarn het onderzoek uitvoeren), is de commissie van oordeel dat voldoende aannemelijk is geworden dat de ondernemer de scheur in de motor niet had kunnen zien.
De ondernemer had de scheur in dit geval ook niet behoeven te zien, daar naar het oordeel van de commissie de onderzoeksplicht van de ondernemer in dit geval niet zover reikt dat de ondernemer de scheur had moeten opmerken. Gezien de door de consument gemelde klacht over de motor heeft de ondernemer de juiste diagnose gesteld en behoefde de ondernemer geen rekening te houden met andere problemen met de motor. De ondernemer heeft zodoende voldaan aan hetgeen de consument hem had opgedragen en was tot meer niet gehouden.
 
Derhalve wordt als volgt beslist.
 
Beslissing
 
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
 
Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend.
 
Het depotbedrag wordt overgemaakt aan de ondernemer. 
 
Aldus beslist door de Geschillencommissie Waterrecreatie op 2 juli 2002.