Sprake van een vaste prijsafspraak

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Advocatuur    Categorie: Opdracht    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 56785

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de kwaliteit van dienstverlening van de advocaat, de declaraties die de advocaat aan de cliënt heeft toegezonden en de door de cliënt gevorderde vergoeding.   Standpunt van de cliënt   Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het betoog van de cliënt op het volgende neer.   De cliënt heeft aangevoerd dat er geen dan wel slechte communicatie heeft plaatsgevonden. Ook zijn de gemaakte betalingsafspraken anders uitgelegd. De kosten van de advocaat zijn duurder uitgevallen. De cliënt en de advocaat zijn overeengekomen dat de kosten niet meer dan € 800,– exclusief BTW zouden bedragen.   Op grond van het voorgaande verzoekt de cliënt de commissie een creditering van het meerdere in rekening gebrachte, te weten een bedrag van € 418,80 (inclusief BTW).   Standpunt van de advocaat   Voor het standpunt van de advocaat verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het betoog van de advocaat op het volgende neer.   De advocaat heeft de klachten van de cliënt gemotiveerd weersproken. De gehele gang van zaken is duidelijk vastgelegd en telkens zeer snel met de cliënt gecommuniceerd. De aanvullende werkzaamheden zijnde de werkzaamheden die niet in de vaste prijs waren inbegrepen, zijn vervolgens tegen een uurtarief van € 180,- gedeclareerd. De advocaat ziet geen grondslag voor creditering van het door de cliënt aangegeven bedrag.   Op grond van het vorenstaande verzoekt de advocaat de commissie om de klachten van de cliënt ongegrond te verklaren.   Beoordeling van het geschil   Naar aanleiding van het over en weer door partijen gestelde overweegt de commissie het volgende.   De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de advocaat hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwaam en redelijk handelend advocaat.   Ter zitting heeft de cliënt verklaard dat de kern van het geschil de gedeclareerde werkzaamheden betreft voor zover deze een bedrag van € 800,– exclusief BTW overstijgen. De cliënt heeft aangevoerd dat hij en de advocaat een prijsafspraak hebben gemaakt van € 800,– exclusief BTW. De advocaat heeft een dergelijke prijsafspraak erkend, doch daarbij aangegeven dat er aanvullende werkzaamheden zijn verricht welke tegen een overeengekomen uurtarief van € 180,–, exclusief BTW, bij de cliënt in rekening zouden worden gebracht. Vast staat dat de cliënt alle declaraties aan de advocaat heeft voldaan. In het door beide partijen ondertekende intakeformulier is onder meer het volgende opgenomen: ”Een vaste prijs is overeengekomen om de zaak te inventariseren en voor het versturen van een eerste inhoudelijke brief ad € 800,– exclusief BTW. Dit is inclusief onderzoek naar of de kosten van rechtsbijstand voor cliënt verzekerde kosten zijn, op grond van een voormalige bedrijfsrechtsbijstand verzekering of particuliere verzekering. Indien voortijdig blijkt dat de zaak juridisch onhaalbaar is, zal worden afgerekend tegen de werkelijk bestede tijd, indien deze lager zijn dan de overeengekomen prijs. Verdere werkzaamheden zijn in overleg op basis van uurtarief. ” Niet is gebleken dat de advocaat de ‘verdere’ werkzaamheden in overleg heeft voortgezet althans dat hij de cliënt heeft geïnformeerd dat die werkzaamheden niet in de genoemde € 800,– exclusief BTW, waren begrepen. Ter zitting heeft de advocaat ook erkend dat bedoeld overleg niet heeft plaatsgevonden.   Om die reden is de commissie reeds van oordeel dat de advocaat, gemeten naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid, geen recht kan doen gelden op gehele betaling van de declaraties, doch op een bedrag van € 952,– inclusief BTW (€ 800,– plus € 152,– BTW) en het meerdere door de cliënt betaalde aan hem dient terug te betalen.   Nu de klacht van de cliënt gegrond wordt verklaard ziet de commissie daarin aanleiding de advocaat te veroordelen tot vergoeding van het klachtengeld derhalve een bedrag van € 75,–. Bovendien dient de advocaat – overeenkomstig het reglement van de commissie – een bijdrage van € 115,– in de behandelingskosten aan de commissie te voldoen.   Hetgeen partijen ieder voor zich verder nog naar voren hebben gebracht, behoeft – naar het oordeel van de commissie – geen verdere bespreking, nu dat niet tot een ander oordeel kan leiden.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De commissie verklaart de klacht van de cliënt gegrond.   De commissie bepaalt dat de advocaat aan de cliënt het bedrag dat € 952,– te boven gaat aan de cliënt dient terug te betalen, welke betaling dient plaats te vinden binnen een maand na verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt dient de advocaat bovendien de wettelijke rente over dit bedrag te betalen vanaf de verzenddatum van dit bindend advies.   Overeenkomstig het reglement van de commissie dient de advocaat het klachtengeld aan de cliënt, die deze kosten heeft voldaan, ter hoogte van € 75,– te vergoeden.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de advocaat aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag van € 115,– verschuldigd.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Advocatuur op 13 juli 2011.